5specificiteit in krachttraining 5.1specificiteit en transfer of training 5.2 de beperkte transfer...
TRANSCRIPT
5 Specificiteit in krachttraining
5.1 Specificiteit en transfer of training
5.2 De beperkte transfer van kracht en vermogen5.2.1 Maximaal kracht en transfer 5.2.2 Vermogen (power) en transfer
5.3 Categorieën van specificiteit5.3.1 Bewegingsverwantschap door overeenkomsten in innerlijke bewegingsstructuur5.3.2 Bewegingsverwantschap door overeenkomsten in uiterlijke bewegingsstructuur5.3.3 Bewegingsverwantschap door overeenkomsten in energieleverantie5.3.4 Bewegingsverwantschap door overeenkomsten in sensoriek5.3.5 Bewegingsverwantschap door overeenkomsten in de intentie van de beweging
5.4 Halters versus krachtmachines
5.5 Beperkingen aan specificiteit van krachttraining5.5.1 Overload versus specificiteit5.5.2 Specificiteit in snelle en langzame sportbewegingen5.5.3 Open sportbewegingen en specificiteit5.5.4 Negatieve transfer
5.6 Voorbeeld: hamstring werking en specificiteit 5.6.1 Specificiteit5.6.2 Bewegingsvrijheden van de hamstrings5.6.3 Excentrisch-concentrisch, of toch anders?5.6.4 Motorische controle en specificiteit5.6.5 Voetbal en atletiek5.6.6 Attractors en fluctuations5.6.7 Training5.6.8 Samenvattend
kracht/snelheid kracht/lengte
max kracht en lengte/snelheid
Maximaalkracht en transfer
MVC ongetraind= ±75%
recrutering bewegingsspecifiek getraind = ±90-95%
recrutering niet bewegingsspecifiek getraind = << 90%
hoogspringer gaat hoogspringen
hoogspringer gaat speerwerpen
Maximaalkracht en transfer
Vermogen en transfer
a) Een kracht-snelheid relatie met de verschuiving als gevolg van het trainen met hoge contractiesnelheden. b) Idem, nu met een verschuiving van de grafiek als gevolg van het trainen met zware halterlasten.c) Vermogenscurve (gestippelde lijn).
Vermogen en stijgtijd
countermovement
geen countermovement
Het schillenmodel
Het schillenmodel
Typen spiercontractieisometrisch + elastischexcentrischconcentrisch (power)stijgtijd
Wanneer de centrifuge langzaam draait (links, lage bewegingsintensiteit) kunnen de spieren buiten hun specialiteit werken. Bij hoge bewegingsintensiteit (rechts), worden de spieren in hun specialiteit gedwongen en kunnen ze alleen nog maar in hun specialiteit bijdragen aan de prestatie.De overgang van veelzijdige werking naar specialisatie kan geleidelijk gebeuren (boven, de overgang van het blauwe naar het groene bereik), maar kan ook plotseling optreden (onder).
intramusculair
Het schillenmodel
vergelijkbare patronen van samenwerking tussen
spieren
Het schillenmodel
vergelijkbare ROM in de bewegende gewrichten
samenwerking tussen spieren: m. Erector spinae en Hamstrings
Het schillenmodel
vergelijkbare intentie
intentie voor de afzet bij het lopen: geen rotaties bij toe off
Hamstringsisometrische werking
Hamstringsisometrische werking
Controle over de kanteling van het bekken is voorwaarde voor het kunnen belasten van de hamstrings in isometrie en in hun optimum lengte.
Hamstrings
De criteria voor hamstringtraining; - voldoende overload (één been gefixeerd) (1)- de hamstring wil de heup bewegen en de kniestrekking tegengaan (2)- in de optimumlengte (3)- waarbij het bekken kan bewegen om de optimum lengte te vinden (4).
F = fysiotherapeutisch handelenF/T = zowel fysiotherapeutische als conditionele aspectenT = training en conditionele aspecten