de complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · de zorg voor de...

87
Bronnen Aköz, A., Isik, M. Sahin, H., Emet, M. (2012). Do characteristics of seriously injured older adults differ from those of their younger counterparts in the emergency department? Turkwan Journal of Medical Sciences, 43, 464-469. Geraadpleegd op 13 november 2017, via http://journals.tubitak.gov.tr/medical/issues/sag-13-43-3/sag-43-3-20-1207-67.pdf Grossmann, F., Zumbrunn, T., Frauchiger, A., Delport, K., Bingisser, R., Nickel, C. (2012). At Risk of Undertriage? Testing the Performance and Accuracy of the Emergency Severity Index in Older Emergency Department Patients. Annals of Emergency Medicine, 60(3), 317-325. Geraadpleegd op 15 december 2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22401951 Conclusie De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden, valkuilen en aandachts- punten. Er zijn tekortkomingen op het vlak van triage, traumaprotocollen en de vormgeving van de spoedgevallendienst. Dit wordt toegeschreven aan diverse factoren die enkel op deze populatie van toepassing zijn. Verder onderzoek is aanbevolen om deze tekortkomingen in kaart te brengen en de nodige aanpassingen te realiseren. Triagesysteem Cognitieve afwijkingen Comorbiditeiten Verstoorde pijnperceptie Onbetrouwbare parameters ONDERTRIAGE • Toename ziekenhuisoponames • Slechtere outcome • Laattijdig starten behandeling • Toename mortaliteit en morbiditeit De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de spoedgevallendienst Loes Daelemans, Maartje Tilburg, Sophie Verroken Introductie De wereldwijde toename van de levensverwachting en de daardoor vergrijzende samenleving brengt grote uitdagingen voor de ge- zondheidszorg met zich mee. Ouderen zijn gekend met specifieke gezondheidsproblemen en een atypische ziektepresentatie wat een groter risico geeft op trauma. Ongeveer 25% van de trauma- patiënten is ouder dan 65 jaar. Het is bijgevolg belangrijk de vraag te stellen of de bestaande triagesystemen toereikend zijn voor de geriatrische (trauma)patiënt. Daarnaast is het onderzoeken van de noden van deze populatie cruciaal om een adequate spoedgevallen- zorg te kunnen bieden. Aanbevelingen Ter verbetering van de opvang van geriatrische (trauma)patiënten Bijscholing van verpleegkundigen met betrekking tot het risico op ondertriage en het alert zijn op de atypische ziektepresentatie Testen van de bestaande triagesystemen en het eventueel toe- voegen van criteria specifiek voor de geriatrische patient zowel pré- als inhospitaal Het oprichten van mulitidisciplinaire traumateams, specifieke traumaprotocollen en geriatrische trauma-eenheden • Vormgeving van de spoedgevallendienst aanpassen aan de geriatrische patiënten • Het aanstellen van een geriatrisch verpleegkundige val verkeersongeval andere traumata schotwonden fysiek geweld steekwonden • Hogere mortaliteit • Meer complicaties • Langere hospitalisatieduur • Fysieke beperkingen • Institutionalisering • TBI • Fracturen • Abdominaal trauma SOORTEN TRAUMA’S • Comorbiditeiten • Fysiologische veranderingen • Polyfarmacie • Frailty • Chronische ziekten RISICOFACTOREN GEVOLGEN 54% 28% 11% 2% 2% 3%

Upload: others

Post on 06-Jul-2020

3 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

BronnenAköz, A., Isik, M. Sahin, H., Emet, M. (2012). Do characteristics of seriously injured older adults differ from those of their younger counterparts in the emergency department?Turkwan Journal of Medical Sciences, 43, 464-469. Geraadpleegd op 13 november 2017, via http://journals.tubitak.gov.tr/medical/issues/sag-13-43-3/sag-43-3-20-1207-67.pdf Grossmann, F., Zumbrunn, T., Frauchiger, A., Delport, K., Bingisser, R., Nickel, C. (2012). At Risk of Undertriage? Testing the Performance and Accuracy of the Emergency Severity Index in Older Emergency Department Patients. Annals of Emergency Medicine, 60(3), 317-325. Geraadpleegd op 15 december 2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22401951

ConclusieDe zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden, valkuilen en aandachts- punten. Er zijn tekortkomingen op het vlak van triage, traumaprotocollen en de vormgeving van de spoedgevallendienst. Dit wordt toegeschreven aan diverse factoren die enkel op deze populatie van toepassing zijn. Verder onderzoek is aanbevolen om deze tekortkomingen in kaart te brengen en de nodige aanpassingen te realiseren.

Triagesysteem

Cognitieveafwijkingen

Comorbiditeiten

Verstoorde pijnperceptie

Onbetrouwbare parameters

ONDERTRIAGE

• Toename ziekenhuisoponames• Slechtere outcome• Laattijdig starten behandeling• Toename mortaliteit en morbiditeit

De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de spoedgevallendienst

Loes Daelemans, Maartje Tilburg, Sophie Verroken

IntroductieDe wereldwijde toename van de levensverwachting en de daardoor vergrijzende samenleving brengt grote uitdagingen voor de ge-zondheidszorg met zich mee. Ouderen zijn gekend met specifieke gezondheidsproblemen en een atypische ziektepresentatie wat een groter risico geeft op trauma. Ongeveer 25% van de trauma-patiënten is ouder dan 65 jaar. Het is bijgevolg belangrijk de vraag te stellen of de bestaande triagesystemen toereikend zijn voor de geriatrische (trauma)patiënt. Daarnaast is het onderzoeken van de noden van deze populatie cruciaal om een adequate spoedgevallen-zorg te kunnen bieden.

AanbevelingenTer verbetering van de opvang van geriatrische (trauma)patiënten• Bijscholing van verpleegkundigen met betrekking tot het risico op ondertriage en het alert zijn op de atypische ziektepresentatie• Testen van de bestaande triagesystemen en het eventueel toe- voegen van criteria specifiek voor de geriatrische patient zowel pré- als inhospitaal• Het oprichten van mulitidisciplinaire traumateams, specifieke traumaprotocollen en geriatrische trauma-eenheden• Vormgeving van de spoedgevallendienst aanpassen aan de geriatrische patiënten• Het aanstellen van een geriatrisch verpleegkundige

val

verkeersongeval

andere traumata

schotwonden

fysiek geweld

steekwonden

• Hogere mortaliteit• Meer complicaties• Langere hospitalisatieduur• Fysieke beperkingen• Institutionalisering

• TBI• Fracturen• Abdominaal trauma

SOORTEN TRAUMA’S

• Comorbiditeiten• Fysiologische veranderingen• Polyfarmacie• Frailty• Chronische ziekten

RISICOFACTOREN GEVOLGEN

!"#$%&'( )*%()+#%,-%)./0)",1'#'( ))

!"#$

!%&'%%&()*+%,"#$

-*.%&%$/&"01"/"$

234)/5)*.%*$

67(8%'$+%5%#.$

2/%%'5)*.%*$

54%

28%

11%

2% 2%3%

!"#$%&'( )*%()+#%,-%)./0)",1'#'( ))

!"#$

!%&'%%&()*+%,"#$

-*.%&%$/&"01"/"$

234)/5)*.%*$

67(8%'$+%5%#.$

2/%%'5)*.%*$

Page 2: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

De complexiteit van de geriatrische

(trauma)patiënt op de

spoedgevallendienst

Bachelor in de Intensieve Zorg en Spoedgevallenzorg

UC Leuven-Limburg

Departement Gezondheid & Welzijn

2017-2018

Loes Daelemans, Maartje Tilburg en Sophie Verroken

Promotor: Perrine Thiry

Inhoudsdeskundige: Lisa Vanmechelen

Page 3: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

1

Abstract

De complexiteit van de geriatrische traumapatiënt op de

spoedgevallendienst Auteurs: Daelemans, L., Tilburg, M., & Verroken, S.

Inleiding: De wereldwijde toename van de levensverwachting en de daardoor

vergrijzende samenleving brengt grote uitdagingen voor de gezondheidszorg met

zich mee. Ouderen zijn gekend met specifieke gezondheidsproblemen en een

atypische ziektepresentatie wat een groter risico geeft op trauma. Het is bijgevolg

belangrijk de vraag te stellen of de bestaande triagesystemen toereikend zijn voor

de geriatrische (trauma)patiënt. Daarnaast is het onderzoeken van de noden van

deze populatie cruciaal om een adequate zorg te kunnen bieden. Deze topics

worden in het kader van deze specialisatieproef nader onderzocht en omschreven.

Methode: Binnen deze specialisatieproef werd een literatuurstudie uitgevoerd via de

databanken Limo, PubMed, Wiley Online Library en Science Direct. Enkel

Engelstalige artikels vanaf publicatiejaar 2007 werden in beschouwing genomen. De

onderzoeksdesigns van de artikels betreffen systematic reviews, randomized

controlled trials, case study’s, prospective study’s en retrospective study’s en zijn

wisselend single centre of multi centre. De leeftijd waarop een patiëntenpopulatie

als geriatrisch wordt gezien verschilt per artikel tussen 65 en 75 jaar. Om een

vertaling te kunnen maken naar de Vlaamse praktijk werd op de

spoedgevallendiensten van het UZ Leuven, het Jessa Ziekenhuis Hasselt en AZ

Sint-Maarten Mechelen gekeken hoe de zorg voor de geriatrische (trauma)patiënt

vormgegeven wordt.

Resultaten: Uit de literatuur blijkt dat de geriatrische patiënt een groot deel

uitmaakt van de spoedgevallenpopulatie. Een mogelijke oorzaak hiervan is het

grotere risico op trauma door een verminderde conditie en cognitie, de

aanwezigheid van comorbiditeiten, evenwichtsproblemen en polyfarmacie. Deze

risicofactoren worden onder andere opgespoord door het gebruik van

screeningtools. Daarnaast is door fysiologische veranderingen de ziektepresentatie

anders. Ondertriage is een belangrijk gevolg van deze afwijkende ziektepresentatie

en kan het risico op morbiditeit, mortaliteit en een langere ziekenhuisopname

verhogen. Uit de literatuur blijkt tevens dat heel wat triagesystemen,

traumaprotocollen en ook spoedgevallendiensten niet aangepast zijn aan de

geriatrische patiënt.

Conclusie: De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst

kent een aantal specifieke noden, valkuilen en aandachtspunten. Er zijn

tekortkomingen op het vlak van triage, traumaprotocollen en vormgeving van de

spoedgevallendienst. Dit wordt toegeschreven aan diverse factoren die enkel op

deze populatie van toepassing zijn. Verder onderzoek is aanbevolen om deze

tekortkomingen in te vullen en de nodige aanpassingen te realiseren.

Page 4: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

2

1. Inhoudsopgave

Abstract ....................................................................................................... 1

1. Inhoudsopgave ......................................................................................... 2

2. Voorwoord ............................................................................................... 4

3. Introductie .............................................................................................. 5

4. Methodologie ........................................................................................... 6

4.1. Zoekstrategieën en zoektermen .......................................................... 6

4.2. PICO en onderzoeksvragen ................................................................. 8

4.2.1. PICO ............................................................................................. 8

4.2.2. Hoofdvraag ................................................................................ 8

4.2.3. Deelvragen ................................................................................. 8

4.3. Verwerking artikels ............................................................................ 9

5. Literatuurstudie ................................................................................... 10

5.1. Algemeen ........................................................................................ 10

5.1.1. Enkele begrippen ....................................................................... 10

5.1.2. De geriatrische patiënt op de spoedgevallendienst .......................... 13

5.1.3. Triage van de geriatrische patiënt ................................................ 18

5.1.4. Screeningtools ........................................................................... 22

5.2. Trauma bij de geriatrische patiënt ...................................................... 25

5.2.1. Risicofactoren en oorzaken van trauma bij de geriatrische patiënt .... 25

5.2.2. Veel voorkomende letsels bij de geriatrische traumapatiënt ............. 26

5.2.3. Behandelplan, pijnbeleid en medicatie .......................................... 28

5.2.4. Gevolgen van trauma ................................................................. 30

5.2.5. Specifieke triage, traumaprotocollen en -schalen ............................ 32

5.2.6. De opvang van de geriatrische traumapatiënt ................................ 33

5.3. De link tussen trauma en triage ......................................................... 35

5.4. Een ‘geriatrisch vriendelijke’ spoedgevallendienst ................................. 37

6. Praktijkgedeelte .................................................................................. 39

6.1. Jessa Ziekenhuis .............................................................................. 39

6.2. UZ Leuven ....................................................................................... 41

6.3. AZ Sint-Maarten ............................................................................... 43

6.4. Conclusie ........................................................................................ 44

7. Discussie en limieten ........................................................................... 45

8. Besluit ............................................................................................... 48

9. Aanbevelingen naar de praktijk ............................................................. 49

10. Bibliografie ......................................................................................... 50

Page 5: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

3

11. Bijlagen.............................................................................................. 56

Bijlage 1: Resultatentabel ........................................................................... 56

Bijlage 2: Literatuurtabel ............................................................................ 59

Bijlage 3: Vragenlijst praktijkgedeelte .......................................................... 87

Page 6: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

4

2. Voorwoord

Deze specialisatieproef is de laatste stap naar het afronden van een intensieve

maar zeer leerrijke Bachelor in de Intensieve zorg en Spoedgevallenzorg. Wij hopen

hiermee een bijdrage te kunnen leveren aan evidence-based nursing en aan de

dagelijkse praktijk op een spoedgevallendienst.

Hierbij danken wij Johan Asnong, Perrine Thiry en Lisa Vanmechelen voor hun

begeleiding bij dit werk.

Ondergetekenden dragen de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor deze

specialisatieproef.

15 mei 2018 te Leuven,

Loes Daelemans

Maartje Tilburg

Sophie Verroken

Page 7: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

5

3. Introductie

De gehele wereld staat voor grote demografische uitdagingen. Eén van de grootste

problemen is de vergrijzing. De groep ‘ouderen’, de welbekende

babyboomgeneratie, wordt steeds groter ten opzichte van het aantal werkenden. In

België zou tegen 2050 30% van de bevolking gepensioneerd zijn (Verstraete,

2016). Dit probleem doet zich ook voor in de rest van Europa en in Noord- en Zuid-

Amerika. De vergrijzing heeft heel wat gevolgen, onder andere ook voor de

gezondheidszorg (Dewitte, 2018).

De levensverwachting in België is volgens de Federale Overheidsdienst van

Economie (2017) de laatste twintig jaar ieder jaar met ongeveer twee maanden

gestegen. In 2016 bedroeg de levensverwachting in België voor mannen 78,8 jaar

en voor vrouwen 83,7 jaar. Dit resulteerde in een gemiddelde levensverwachting

van 81,3 jaar voor de gehele Belgische bevolking bij geboorte. Deze extra

levensjaren worden echter niet altijd in goede gezondheid doorgebracht. Het begrip

‘healthy life years’ beschrijft de kwaliteit van het leven, de jaren zonder ziekte.

Ondanks de verschillende levensverwachting bij mannen en vrouwen blijken de

‘healthy life years’ ongeveer hetzelfde te zijn: 64,4 jaar voor mannen en 64 jaar

voor vrouwen (Eurostat, 2014).

De gezondheid verslechtert dus naargelang men ouder wordt waardoor het risico op

chronische aandoeningen stijgt. Ook multimorbiditeit en/of comorbiditeit komen

frequenter voor wanneer de leeftijd toeneemt. Logischerwijs stijgt ook het aantal

ziekenhuisopnames en bijgevolg ook het aantal spoedopnames. Trauma is hier een

frequent voorkomende opnamereden (Pacolet et al., 2007).

Ouderen hebben een groter risico op trauma doordat ze algemeen zwakker zijn of

een verminderde conditie hebben. Dit wordt vaak veroorzaakt of versterkt door

reeds aanwezige aandoeningen of comorbiditeiten. Dientengevolge wordt deze

patiëntenpopulatie gekenmerkt door een hogere mortaliteit en een slechtere

outcome na majeur trauma. Ouderen die eenzelfde trauma doormaken als jongeren

lopen dus een groter gezondheidsrisico. Dit maakt de (spoedgevallen)zorg voor

ouderen een grote uitdaging en bemoeilijkt de inschatting van de ernst van de

situatie (Pacolet et al., 2007).

De vergrijzing is een actueel en druk besproken thema dat veel ruimer is dan alleen

het medische aspect. Ouderenzorg vormt hierin een belangrijk onderdeel. Binnen

het bestek van deze specialisatieproef wordt voornamelijk de geriatrische

traumapatiënt besproken.

Als toekomstige spoed- en intensieve verpleegkundigen beseffen we dat ten

gevolge van de vergrijzing de door ons te verzorgen patiëntenpopulatie steeds

meer zal bestaan uit ouderen. De geriatrisch (trauma)patiënten die zich aanmelden

op de spoedgevallendienst zijn een onderdeel van deze populatie. Wij willen te

weten komen waar verpleegkundigen aandacht voor moeten hebben bij de zorg

voor de geriatrische (trauma)patiënt om zo de ernst van de situatie correct te

kunnen inschatten.

Page 8: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

6

4. Methodologie

4.1. Zoekstrategieën en zoektermen

In het kader van deze literatuurstudie werden verschillende databanken

geraadpleegd.

Ten eerste werd het onderzoeksplatform Limo gebruikt dat een verzameling van

wetenschappelijke artikels van verschillende databanken bezit waar de UCLL

Leuven toegang tot heeft. Er werd hierin gezocht naar artikels die maximaal tien

jaar oud zijn. De volgende trefwoordencombinatie werd gebruikt: ‘geriatric patients’

AND ‘emergency department’ wat 6619 artikels opleverde. Bij uitgebreide

zoektermen werd bij het onderwerp ‘elderly’ ingevuld wat het aantal artikels

reduceerde tot 929. Na het toevoegen van de term ‘triage’ bleven er nog 730

artikels over. De titels en abstracten van de verkregen artikels werden kritisch

bekeken en op basis hiervan werd er een selectie gemaakt volgens volgende

inclusiecriteria. Het artikel:

(1) handelt over geriatrische (trauma)patiënten op een spoedgevallendienst,

(2) is gericht op de opvang en/of triage van geriatrische patiënten op een

spoedgevallendienst,

(3) vermeldt studies die de opvang van geriatrische patiënten beschrijven,

(4) is gepubliceerd in het Engels.

Dit leidde uiteindelijk tot een selectie van zes artikels.

Nadien werden ook de zoektermen ‘geriatric patients’ AND ‘emergency department’

AND ‘atypical symptoms’ ingegeven wat 705 artikels opleverde. Dezelfde

inclusiecriteria als voorheen werden gehanteerd, uitgezonderd inclusiecriterium (2)

dat vervangen werd door: ‘het artikel is gericht op de presentatie van atypische

symptomen bij geriatrische patiënten’. Dit leverde uiteindelijk vijf artikels op.

Ten tweede werd ook de databank PubMed geraadpleegd. Hier werd gezocht naar

artikels die maximaal vijf jaar oud zijn. Volgende trefwoorden werden bij deze

databank gebruikt: ‘complexities’ AND ‘emergency care’ AND ‘geriatric patients’ wat

één artikel opleverde. Bij het vervangen van de zoekterm ‘geriatric patients’ door

‘elderly’ werden er dertien resultaten gevonden en werd er een kritische selectie

gemaakt op basis van de titels, abstracten en de volgende inclusiecriteria. Het

artikel:

(1) handelt over geriatrische patiënten/ouderen op een spoedgevallendienst,

(2) beschrijft de complexiteit van een geriatrische patiënt,

(3) is gepubliceerd in het Engels.

De Wiley Online Library werd ook geraadpleegd om in het Journal of the American

Geriatrics Society te zoeken naar ‘emergency care’ wat 2795 resultaten opleverde.

Hieruit werden vijf artikels geselecteerd aan de hand van de volgende

inclusiecriteria. Het artikel:

Page 9: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

7

(1) handelt over triage bij de geriatrische (trauma)patiënt,

(2) is maximum tien jaar oud,

(3) is gepubliceerd in het Engels.

Ten slotte werd ook de databank Science Direct geraadpleegd. De trefwoorden die

bij deze databank werden ingegeven zijn de volgende: ‘geriatric’ AND ‘trauma’ met

een limiet van vijf jaar. Dit leverde 165 resultaten op waarna er een kritische

selectie werd gemaakt aan de hand van het abstract en de inclusiecriteria. Het

artikel:

(1) handelt over de benadering van geriatrische traumapatiënten op een

spoedgevallendienst,

(2) beschrijft hoe trauma bij geriatrische patiënten zich (anders)

presenteert,

(3) is gepubliceerd in het Engels.

Na het uitvoeren van de eerste literatuurstudie in oktober en november 2017 werd

in februari 2018 opnieuw een korte opzoeking uitgevoerd om de meest recente

artikels te kunnen includeren in deze literatuurstudie. Ook werd er specifiek gezocht

op triagesystemen en traumaprotocollen voor ouderen. De volgende zoektermen

werden gebruikt in Limo: ‘geriatric’ AND ‘trauma’ AND ‘triage’. Er werd een

tijdslimiet van vijf jaar gebruikt en boeken werden uitgesloten. Dit resulteerde in

336 artikels. Hiervan werden de meest recente en relevante rond trauma en triage

bij de geriatrische patiënt geselecteerd, dit leverde vier extra artikels op. Er werden

ook nog twee bronnen aangeboden door de promotor.

Deze zoekopdrachten leidden tot een selectie van 33 artikels die werden

samengevat in een literatuurtabel1.

1 Zie bijlage 2

Page 10: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

8

4.2. PICO en onderzoeksvragen

De hieronder geformuleerde onderzoeksvragen zijn opgesteld en gebruikt om

richting te geven aan deze literatuurstudie. Allereerst is een PICO gevormd waar

een hoofdvraag en diverse deelvragen uit voortvloeiden.

4.2.1. PICO

PICO

Patiënt geriatrische traumapatiënten die zich

aanmelden op de spoedgevallendienst

Interventie opvang op maat van de geriatrische

traumapatiënt

Controle /

Outcome ondertriage vermijden door gepaste zorg

te verlenen en zo de outcome van de

geriatrische traumapatiënt te verbeteren

4.2.2. Hoofdvraag

Wat zijn de complexiteiten van de geriatrische traumapatiënt en hoe kan de

benadering van deze patiënten binnen de spoedgevallenzorg geoptimaliseerd

worden?

4.2.3. Deelvragen

o Wat is een geriatrische patiënt?

o Wat maakt de geriatrische patiënt complex?

o Hoe kan triage geoptimaliseerd worden om in de complexiteit van de

geriatrische traumapatiënt te voorzien?

o Wat zijn de oorzaken en risicofactoren van trauma bij de geriatrische

patiënt?

o Is er een link tussen trauma en triage bij de geriatrische patiënt?

o Op welke wijze kan de spoedgevallendienst aangepast worden aan de

geriatrische patiënt?

o Hoe wordt de geriatrische patiënt in de praktijk benadert?

Page 11: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

9

4.3. Verwerking artikels

Gezien de veelheid aan artikels werden deze ingedeeld in een literatuurtabel1 op

basis van volgende deelonderwerpen: algemeen, triage, trauma, atypische

symptomen en meest recente artikels. Dit om structuur en overzicht te kunnen

creëren bij het schrijven van de literatuurstudie. De artikels werden vervolgens

uitgebreid bestudeerd om bruikbare informatie te extraheren en aansluitend te

verwerken. Op basis van voorgaande indeling werd hiermee de literatuurstudie

vormgegeven. Uiteindelijk heeft dit geleid tot het gebruik van 27 artikels.

Om een specifiek antwoord te kunnen geven op enkele deelvragen werden alle

artikels rond trauma en triage uit de literatuurtabel geselecteerd. Vervolgens werd

elk artikel rond trauma gescreend op triage en elk artikel rond triage op trauma. De

frequent voorkomende aandachtspunten bij de triage van geriatrische

traumapatiënten werden in een tabel2 gezet en besproken in de paragraaf over de

link tussen trauma en triage3.

1 Zie bijlage 2 2 Zie bijlage 1 3 Zie hoofdstuk 5.3 ‘Link tussen trauma en triage’

Page 12: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

10

5. Literatuurstudie

5.1. Algemeen

5.1.1. Enkele begrippen

Om een beeld te kunnen schetsen van de geriatrische patiënt en diens

complexiteiten die later in deze literatuurstudie aan bod zullen komen, worden in de

volgende paragraaf enkele begrippen verklaard.

5.1.1.1 De geriatrische patiënt en “frailty”

Een eenduidige definitie van de geriatrische patiënt bestaat niet. In de literatuur

worden, meestal op basis van leeftijd, allerhande definities gebruikt. De

leeftijdsgrens varieert tussen 55 en 85 jaar (O'Neill & Jeremitsky, 2011). Volgens

sommige bronnen is een patiënt geriatrisch vanaf een leeftijd van 65 jaar, dit zijn

vooral Amerikaanse en Europese artikels (Bonne & Schuerer, 2013). In België geldt

meestal de leeftijdsgrens van 75 jaar of wordt er bij de definiëring gebruik gemaakt

van het geriatrisch profiel. Een oudere persoon met dit profiel vertoont volgens

Deschodt et al. (2015) een belangrijke kwetsbaarheid omwille van één of meerdere

van de volgende redenen: beperkte homeostase, multimorbiditeit, atypische

symptomen, verstoorde farmacokinetiek, gevaar van functionele achteruitgang,

gevaar voor deficiënte voeding, tendens tot inactiviteit en bedlegerigheid, met

toegenomen risico op opname in een instelling en afhankelijkheid bij de activiteiten

van het dagelijks leven en psychosociale problemen. Het kenmerk leeftijd is dus

niet uitdrukkelijk een criterium voor de geriatrische patiënt (Vander Meeren, 2014).

Daarnaast wordt er geregeld gebruik gemaakt van een algemene definitie van de

geriatrische patiënt, de meest gehanteerde luidt: “Iemand met een complex

ziektebeeld, als gevolg van stoornissen op lichamelijk, geestelijk en/of sociaal

gebied waardoor zelfstandig functioneren en de kwaliteit van het leven negatief

beïnvloed wordt (Lagaay, 2018).”

Tot slot is ‘frailty’ een belangrijk kenmerk als het gaat over de geriatrische patiënt.

Dit beschrijft de fragiele toestand van de oudere ten gevolge van minder

fysiologische reserves. Bijgevolg kan een oudere hierdoor het risico lopen op een

slechtere outcome. Een belangrijk element van ‘frailty’ is de mate van mobiliteit.

Dit kan verder gelinkt worden aan de nood tot heropname, institutionalisering en

het risico op mortaliteit (Kahn, Magauran, Olshaker & Shankar, 2016). Toch zegt

Vander Meeren (2014) “het frailty-syndroom is geen pathofysiologisch

verklaringsmodel voor het optreden van beperkingen, maar wel een beschrijving

van die ouderen die een specifieke geïntegreerde zorg nodig hebben”.

De geriatrische patiënt is dus een ruim begrip, maar heeft wel typerende

kenmerken die verder aan bod zullen komen in deze literatuurstudie.

Page 13: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

11

5.1.1.2 Multimorbiditeit, comorbiditeit en morbiditeit

Volgens van Oostrom et al. (2011) is het aantal mensen met een chronische

aandoening toegenomen ten gevolge van de gestegen levensverwachting. Daarmee

is volgens hen ook het aantal mensen met meerdere chronische ziekten, de

multimorbiditeit, gestegen. Bij comorbiditeit zijn er meerdere aandoeningen of

stoornissen aanwezig die gelinkt kunnen worden aan één bepaalde ziekte. Tot slot

geeft morbiditeit de vatbaarheid van een persoon voor het ontstaan van een ziekte

weer (Jochems & Joosten, 2009).

Volgens van Oostrom et al. (2011) is er bij 37% van de mensen ouder dan 55 jaar

sprake van multimorbiditeit. Daarnaast is ook de prevalentie van comorbiditeit

toegenomen. Dit heeft tevens een invloed op de ‘healthy life years’.

Multimorbiditeit, comorbiditeit en morbiditeit maken de gezondheidszorg complex

doordat er verschillende behandelingen en medicatie nodig zijn en dit een

multidisciplinaire aanpak vereist. Daarnaast wordt multimorbiditeit gelinkt aan een

hogere mortaliteit inhospitaal (O’Neill & Jeremitsky, 2011). Bij de opname van een

geriatrische patiënt op de spoedgevallendienst is het belangrijk om met deze vooraf

bestaande aandoeningen rekening te houden. Zowel comorbiditeit als

multimorbiditeit zorgen voor een verhoging van de ‘frailty-factor’ van een

geriatrische patiënt (Maxwell, 2015). Dit kan ook de presentatie van atypische

symptomen4 gedeeltelijk verklaren.

De meest voorkomende verouderingsprocessen die kunnen leiden tot

comorbiditeiten zijn volgens Brooks en Peetz (2017): een verminderd gehoor en

zicht, verminderde reflexen, evenwichtsstoornissen, verslechtering van de

motorische en/of cognitieve functie, spierafbraak en verlies van spiersterkte en een

verminderde botdichtheid met een verhoogde kans op osteoporose en verminderde

gewrichtsflexibiliteit. Tot slot heeft meer dan 30% van de geriatrische populatie een

onderliggende hartziekte en heeft meer dan 50% hypertensie. Dit heeft effect op de

bloeddruk en het hartritme (Bonne & Schuerer, 2013).

5.1.1.3 Polyfarmacie

Polyfarmacie wordt door het RIZIV (2014) gedefinieerd als ‘het chronisch gebruik

van vijf of meer geneesmiddelen (op ATC-3 niveau5) gedurende het voorbije jaar.’

Volgens het RIZIV (2014) is de impact van polyfarmacie bij ouderen significant. Het

wordt door hen geassocieerd met slechte therapietrouw, medicatiefouten,

interacties tussen geneesmiddelen en bijwerkingen. Deze gevolgen kunnen

aanleiding geven tot valincidenten, verwardheid, nierinsufficiëntie en delirium. Dit

zijn tevens frequente aanmeldklachten op de spoedgevallendienst.

4 Zie verder bij 5.1.2.1: ‘Atypische ziektepresentatie, -symptomen en bijbehorende opnameredenen’ 5 Dit is een hiërarchisch opgebouwd classificatiesysteem om medicatie in te delen volgens anatomie,

therapie en chemie (Stichting Farmaceutische Kengetallen, z.d.)

Page 14: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

12

Ouderen zijn gevoeliger voor bijwerkingen van geneesmiddelen door onder andere

een verandering in de farmacokinetiek (Kahn et al., 2016). Dit omvat de processen

van absorptie, verdeling en eliminatie (Zorginstituut Nederland, 2018). Het effect

van ouder worden op de absorptiefase is gering, maar heeft wel invloed op de

verdelingsfase. Door een afname van de spiermassa en het toegenomen percentage

vetweefsel in verhouding tot het lichaamswater ontstaat er een verandering in de

eliminatiehalfwaardetijd en de verdeling van medicatie ter hoogte van de weefsels.

Dit kan leiden tot een accumulatie van lipofiele stoffen, zoals diazepam, in het

vetweefsel. Ter hoogte van de eliminatiefase zijn er ook enkele veranderingen die

optreden bij het ouder worden. Door onder andere een afname van het volume van

de lever en bijgevolg een vermindering van oxidatie wordt medicatie in de lever

langzamer afgebroken. Daarnaast neemt de eliminatie door de nier af ten gevolge

van een verminderde nierfunctie bij tweederde van de geriatrische patiënten.

Hierdoor ontstaat een groter risico op accumulatie (Zorginstituut Nederland, 2018).

Ondanks het feit dat medicatie wordt voorgeschreven om de (fysiologische)

veranderingen die optreden bij het ouder worden te compenseren, leiden deze vaak

tot een versterking van deze veranderingen door een wijziging in de

farmacodynamiek. Zorginstituut Nederland (2018) zegt dat de farmacodynamiek de

reactie omschrijft die een werkzame stof heeft na interactie met receptoren,

alsmede de intensiteit en duur ervan. Diuretica en antihypertensiva, die door veel

geriatrische patiënten dagelijks worden gebruikt, verhogen bijvoorbeeld het risico

op orthostatische hypotensie doordat de baroreceptoren minder sensitief gemaakt

worden voor schommelingen in de bloeddruk (Peters et al., 2010).

Daarnaast leidt bepaalde medicatie tot effecten waardoor objectieve (vitale)

parameters soms onbetrouwbaar worden. Bètablokkers vertragen bijvoorbeeld de

hartslag wat kan leiden tot een falend compensatiemechanisme van het hart bij

veranderingen in de cardiac output (Bonne & Schuerer, 2013). Een goede

interpretatie van deze (vitale) parameters is dus vereist (Grossmann, et al., 2012).

Anticoagulantia leiden op hun beurt tot het sneller ontstaan van een bloeding bij

wonden of trauma (Bonne & Schuerer, 2013). Tevens verhogen orale

anticoagulantia het risico op een intracraniële bloeding (Reske-Nielsen & Medzon,

2016). Daarnaast kan andere medicatie, zoals steroïden, de heling van wonden

bemoeilijken (Bonne & Schuerer, 2013).

Psychofarmaca zorgen ervoor dat de uitkomsten van neurologische testen

onbetrouwbaar kunnen zijn. Daarnaast kunnen oogdruppels, die bijvoorbeeld bij

glaucoom gebruikt worden, ervoor zorgen dat de pupilgrootte en -reactie verandert.

Antidopaminergische medicatie die wordt gebruikt om de ziekte van Parkinson te

bestrijden kan ook een verkeerd neurologisch beeld geven van de functie van de

extremiteiten (Bonne & Schuerer, 2013).

Tot slot moet het gebruik van benzodiazepines bij de geriatrische patiënt zoveel

mogelijk worden vermeden aangezien deze een versterkte werking kunnen hebben

en zo het risico op oversedatie verhogen (Maxwell, 2015).

Page 15: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

13

5.1.1.4 Delirium

Delirium wordt door ‘The International Statistical Classification of Diseases 10th

Revision’ gedefinieerd als een “Etiologisch, niet-specifiek cerebellair syndroom dat

gekenmerkt wordt door wisselende stoornissen in het bewustzijn en de aandacht,

de perceptie, het denken, het geheugen, psychomotorisch gedrag, emotie en het

slaap-waakritme. De duur van een delirium is variabel en de graad van ernst

varieert van mild tot zeer ernstig” (Kahn et al., 2016).

Delirium ontstaat meestal acuut en kan veroorzaakt worden door verschillende

medische handelingen zoals heelkunde en het gebruik van sedativa. Andere

risicofactoren zijn pijn, infectie, elektrolytenstoornissen, hypoxie en ondervoeding.

Een combinatie van polyfarmacie en het optreden van een acuut letsel kan delirium

verder in de hand werken (Brooks & Peetz, 2017).

Het is belangrijk om bij delirium preventief op te treden door de omgeving van de

patiënt te normaliseren, de patiënt vroegtijdig te mobiliseren, hem te oriënteren in

tijd, plaats en persoon en door de eerder genoemde risicofactoren te behandelen

(Maxwell, 2015). Het risico op delirium kan onder andere gemeten worden met de

‘Richmond Agitation Sedation Scale’ (RASS)6.

Daarnaast wordt delirium geassocieerd met een verhoogde mortaliteit, morbiditeit,

een langere hospitalisatieduur, hogere ziekenhuiskosten en cognitieve en

functionele achteruitgang op lange termijn. Deze risico’s treden al op bij het

eenmalig doormaken van delirium. Tot slot heeft een delier ook een negatieve

invloed op het herstel van de geriatrische traumapatiënt. Het belang van preventie

en het vroegtijdig herkennen van delirium wordt hierdoor benadrukt (Kahn et al.,

2016 en Brooks & Peetz, 2017).

5.1.2. De geriatrische patiënt op de spoedgevallendienst

5.1.2.1 Atypische ziektepresentatie, -symptomen en bijbehorende

opnameredenen/aanmeldklachten

De spoedgevallendienst wordt steeds vaker bezocht door ouderen. De statistische

gegevens hierover uit de literatuur zijn verdeeld. Volgens Limpawattana, Phungoen,

Mitsungnern, Laosuangkoon en Tansangworn (2015) is het percentage geriatrische

patiënten op een spoedgevallendienst 12% – 24% van het totaal aantal patiënten.

Kahn et al. (2016) schatten dit op 18%. Volgens Steinmiller, Routasalo en

Suominen (2014) is het zelfs hoofdzakelijk deze populatie die op een

spoedgevallendienst terecht komt. In België vertegenwoordigen patiënten ouder

dan zeventig jaar 21% van de totale patiëntenpopulatie op de spoedgevallendienst

(UZ Leuven, 2015).

6 Zie verder bij 5.1.4: ‘Screeningtools’

Page 16: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

14

Ten gevolge van het grote aantal ouderen dat een spoedgevallendienst bezoekt is

het cruciaal om kennis te hebben van de fysiologische veranderingen die gepaard

gaan met het ouder worden. Deze veranderingen zijn belangrijk om in acht te

nemen aangezien ze ervoor zorgen dat een ziekte zich bij geriatrische patiënten

anders presenteert dan bij jongere patiënten. Daarnaast leiden ze tot atypische

symptomen waardoor sommige aandoeningen laattijdig of foutief worden

gediagnosticeerd. Naast de atypische presentatie zijn er ook een aantal

opnameredenen die specifiek van toepassing zijn op de geriatrische patiënt

(Limpawattana et al., 2015). Deze zullen, samen met de fysiologische

veranderingen, in de volgende paragraaf besproken worden.

• Homeostase

Homeostase is het vermogen van het lichaam om het interne milieu in evenwicht te

houden met behulp van verschillende regelmechanismen. Hierdoor worden een

aantal functies, zoals bloeddruk, temperatuur, zuurtegraad en ademhaling, stabiel

gehouden. Het verlies aan functionele reserves bij de geriatrische patiënt maakt

deze mechanismen kwetsbaar. Homeostase wordt beïnvloed door verscheidene

factoren zoals chronisch ziek zijn, medicatiegebruik en fysiologische veranderingen

(Peters et al., 2010). Een voorbeeld van een verstoord regelmechanisme is de

thermoregulatie, dit zorgt ervoor dat geriatrische patiënten soms geen koorts

maken bij ziektes waar dit normaal gezien wel voorkomt. Dientengevolge zijn

geriatrische patiënten meer vatbaar voor hypo- of hyperthermie (Limpawattana et

al., 2015).

Een verstoorde homeostase is ook te zien aan veranderingen in de functie van de

nieren en de longen. Dit leidt tot een trager herstel van de pH bij acidose of

alkalose door een respectievelijk tragere bloedflow en een verminderd vermogen

om te hyperventileren (Peters, 2010).

Tot slot is de geriatrische patiënt vatbaarder voor metabole stoornissen zoals

veranderingen in de glycemiewaarden door een daling in de insulinerespons,

hyponatriëmie en hypokaliëmie. Hypo- of hyperglycemie en diabetes mellitus zijn

dan ook vaak voorkomende opnameredenen bij deze patiënt (Peters, 2010).

• Cardiovasculair

Het ouder worden gaat gepaard met verscheidene veranderingen op cardiovasculair

vlak. Zo treedt een verdikking van de vasculaire wand op waardoor er een groter

risico is op het ontstaan van atherosclerose en hypertensie. Daarnaast is er een

verhoogd risico op het ontwikkelen van hartritmestoornissen doordat het

hartspierweefsel vervangen wordt door vet en fibreus weefsel (Brooks & Peetz,

2017).

Tevens neemt de contractiliteit van het hart af door een verstijving van het

hartspierweefsel wat onder andere leidt tot een diastolische dysfunctie. Dit zorgt

voor een daling van de cardiac output dat wordt gecompenseerd door een

verhoogde vasculaire weerstand met een verhoging van de bloeddruk tot gevolg.

Door deze verhoogde bloeddruk en de algehele verzwakking van het hart stijgt de

mortaliteit van de geriatrische patiënt al bij een systolische bloeddruk lager dan

Page 17: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

15

110mmHg en een hartritme hoger dan 90 slagen per minuut. Dit in tegenstelling

tot jongere patiënten waarbij de mortaliteit pas stijgt bij een systolische bloeddruk

lager dan 95mmHg en een hartritme hoger dan 130 slagen per minuut (Brooks &

Peetz, 2017). Daarnaast zijn de baroreceptoren minder gevoelig voor

schommelingen in de bloeddruk wat het risico op orthostatische hypotensie

verhoogd (Peters, 2010).

Een opname omwille van cardiovasculaire problematiek is vaak gelinkt aan een

voorgeschiedenis van cardiovasculaire pathologie. Angina pectoris, tachycardie,

VKF 7 en (orthostatische) hypotensie zijn voorbeelden van symptomen waarmee

cardiale patiënten zich presenteren. Deze symptomen kunnen echter misleidend,

onbetrouwbaar of afwezig zijn bij de geriatrische patiënt (Steinmiller et al., 2014 en

Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Zo is bijvoorbeeld in het kader van een

myocardinfarct de typische pijn op de borst vaak afwezig bij ouderen. Meestal zijn

vermoeidheid, dyspnoe en misselijkheid de enige symptomen. Als er toch pijn

optreedt is deze eerder abdominaal aanwezig (Peters, 2010). Dit kan leiden tot een

laattijdige diagnose van een myocardinfarct waardoor er een incorrecte of

laattijdige behandeling wordt gestart (Grosmaitre et al., 2013). Naast de acute

symptomen presenteren geriatrische patiënten zich ook geregeld met een meer

chronische problematiek zoals hartfalen, hypertensie en ischemisch hartlijden

(Steinmiller et al., 2014).

• Respiratoir

Geriatrische patiënten zijn volgens Brooks en Peetz (2017) vatbaarder voor

longziekten, dit wordt onder andere veroorzaakt door spierafbraak en

krachtsvermindering. Ook de functie van het diafragma, die een belangrijke rol

speelt bij de ademhaling, neemt hierdoor af. Daarnaast is er een stijging in de

compliantie van de longen. Deze is te wijten aan een daling van de elasticiteit van

de longen en het stijver worden van de thoraxwand. Deze verminderde

thoraxuitzetting leidt ook tot een verlaagd teugvolume. Dit in combinatie met een

verminderde longfunctie kan bij deze patiënten leiden tot een inadequaat

ademminuutvolume bij een ademfrequentie van twaalf tot twintig per minuut. De

vitale longcapaciteit is bij ouderen namelijk 50% lager dan bij jongere patiënten.

Verder neemt het alveolair oppervlak af naargelang de leeftijd toeneemt, bij een

leeftijd van zeventig jaar zou er een reductie zijn van 16%. Daarnaast daalt de

zuurstofsaturatie van hemoglobine waardoor de geriatrische patiënt een kleinere

zuurstofreserve heeft (National Association of Emergency Medical Technicians &

American College of Surgeons Committee on Trauma, 2016 en Brooks & Peetz,

2016).

Geriatrische patiënten zijn ook gevoeliger voor pulmonaire complicaties omwille van

een verminderde hoestreflex, een minder goede mucociliaire epitheelfunctie en een

toename van de kolonisatie van micro-organismen in de orofaryngeale ruimte

(Brooks & Peetz, 2017).

7 Voorkamerfibrillatie (UZ Leuven, 2017).

Page 18: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

16

Tenslotte is het optreden van dyspnoe bij de geriatrische patiënt een belangrijk

symptoom dat kan duiden op een ernstige ziekte die zich bij de geriatrische patiënt

anders presenteert dan bij jongere patiënten. Dit blijft vaak onopgemerkt omwille

van de verminderde lichamelijke activiteit van geriatrische patiënten (Grosmaitre et

al., 2013).

• Neurologisch

Neurologische veranderingen die optreden bij het ouder worden zijn onder andere

een daling in het neurotransmittersysteem en een verhoogde permeabiliteit van de

bloed-hersenbarrière. Dit maakt geriatrische patiënten gevoeliger voor toxines en

neveneffecten van medicatie (Peters, 2010).

Daarnaast is er een verandering in pijnperceptie, pijn wordt op een andere manier

waargenomen en er is eerder sprake van discomfort dan van acute pijnsensatie.

Het niet ontstaan van pijn bij ziektes die normaliter wel pijn veroorzaken is volgens

Limpawattana et al. (2015) één van de drie voornaamste atypische presentaties bij

ouderen. Deze verstoorde pijnperceptie verhoogt het risico op het niet tijdig

opsporen van ernstige en/of verborgen letsels. Het zorgt er tevens voor dat

mondelinge pijnschalen niet altijd accuraat zijn bij de geriatrische patiënt (Bonne &

Schuerer, 2013).

Naast de verstoorde pijnperceptie kan het centraal zenuwstelsel volgens Brooks en

Peetz (2017) aangetast zijn omwille van atrofie van de cerebrale cortex en

atherosclerose in de cerebrale bloedvaten. Hierdoor treden er bij het ouder worden

vertraagde reflexen en evenwichtsstoornissen op die leiden tot een verhoogd risico

op trauma (Peters, 2010).

Verder is cognitieve dysfunctie volgens Bonne en Schuerer (2013) aanwezig bij

35% van de geriatrische populatie, maar wordt het slechts in 6% van de gevallen

herkend. Het afnemen van de Glasgow Coma Schaal is daardoor niet altijd

betrouwbaar (Bonne & Schuerer, 2013).

Bij geriatrische patiënten zijn neurologische veranderingen zoals verwardheid,

lethargie en agitatie vaak de eerste symptomen die wijzen op de aanwezigheid van

een ziekte (Peters, 2010).

Een mogelijke opnamereden waarmee geriatrische patiënten op de

spoedgevallendienst terechtkomen is gerelateerd aan hun mentale gezondheid.

Dementie en delirium zijn twee aandoeningen die frequent voorkomen. Daarnaast

presenteren ook geriatrische patiënten zich met depressie of depressieve

symptomen, tekenen van automutilatie of een alcoholproblematiek (Steinmiller et

al., 2014).

Verder hebben geriatrische patiënten ten opzichte van de jongere populatie een

groter risico op het doormaken van een CVA8. Tot slot zijn deze patiënten ook

vatbaarder voor het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson en visuele problemen

(Steinmiller et al., 2014).

8 Cerebrovasculair Accident (Jochems & Joosten, 2009)

Page 19: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

17

• Renaal

In het renale systeem zijn er veranderingen in de glomerulaire filtratie. Deze daalt

vanaf een leeftijd van veertig jaar en de daling versnelt bij hypertensie. Brooks en

Peetz (2017) spreken over een verlies van 30 tot 50% van het glomerulair weefsel

bij een leeftijd vanaf zeventig jaar. Door de daling in de glomerulaire filtratie is er

een vermindering in de creatinineklaring. Samen met spierafbraak leidt dit tot een

verandering in de creatininespiegel. Het meten van deze spiegel om de nierfunctie

te beoordelen wordt hierdoor minder betrouwbaar bij de geriatrische patiënt.

Dientengevolge wordt nierinsufficiëntie soms laattijdig ontdekt. Om de nierfunctie

van geriatrische patiënten te bepalen wordt er volgens Peters (2010) beter gebruik

gemaakt van de Cockcroft-Gaultformule9. Het verlies aan glomerulair weefsel zorgt

ook voor een verminderde afbraak van medicatie. Hierdoor zijn deze patiënten

gevoeliger voor accidentele overdosering. Naargelang het medicijn dat gebruikt

wordt kan dit bijvoorbeeld leiden tot vertigo, orthostatische hypotensie en anemie

(Steinmiller et al., 2014).

Daarnaast zorgt het verlies aan glomerulair weefsel ook voor veranderingen in de

urineproductie, deze is minder geconcentreerd. Verder leiden veranderingen van de

blaas tot een verhoogde mictie en een verhoogde kans op urineweginfecties

(Peters, 2010). Het optreden van incontinentie kan volgens Limpawattana et al.

(2015) een signaal zijn van nosocomiale bloedbaaninfecties bij ouderen.

Veel voorkomende opnameredenen ten gevolge van de bovenstaande urologische

veranderingen zijn urinewegaandoeningen. Vier procent van deze aandoeningen

zijn gerelateerd aan acuut nierfalen of chronische nierinsufficiëntie. Daarnaast zijn

er andere urologische problemen, zoals mictieklachten, waarmee geriatrische

patiënten op de spoedgevallendienst terecht komen (Steinmiller et al., 2014).

• Gastro-intestinaal

Geriatrische patiënten presenteren zich geregeld met abdominale last. Klassieke

tekenen van onder andere een appendicitis, zoals rechterflankpijn, koorts,

misselijkheid en braken, zijn vaak afwezig bij deze patiëntenpopulatie.

Dientengevolge heeft de geriatrische patiënt 50% meer risico op mortaliteit dan de

jongere patiënt ten gevolge van appendicitis (Peters, 2010). Abdominale last wijst

echter niet altijd op een probleem met het gastro-intestinaal stelsel. Het kan onder

andere ook wijzen op een cardiovasculair probleem zoals een myocardinfarct

(Steinmiller et al., 2014 en Grosmaitre et al., 2013).

• Dermaal

Geriatrische patiënten hebben een fragielere huid wat leidt tot een verhoogde kans

op het ontwikkelen van huidkanker of oppervlakkige wonden zoals skintears

(Steinmiller et al., 2014).

9 Creatinineklaring (Cockroft-Gault) = (140 – leeftijd (jaren)) x gewicht(kg)/(72 x [creat]serum(mg/dl))

(Wilmer, et al., 2016).

Page 20: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

18

• Trauma10

Trauma is een overkoepelende term voor verschillende letsels met verschillende

oorzaken en is een veel voorkomende opnamereden bij de geriatrische patiënt

(Steinmiller et al., 2014).

Om een foutieve diagnose ten gevolge van bovenstaande atypische symptomen te

voorkomen en te voldoen aan de biopsychosociale noden van de geriatrische

patiënten kan een holistische11 benadering toegepast worden (Hyer, 2013).

5.1.3. Triage van de geriatrische patiënt

Door de atypische wijze waarop geriatrische patiënten zich presenteren op de

spoedgevallendienst rijst de vraag of gestandaardiseerde werkwijzen zoals

protocollen, screeningtools en triagesystemen valide zijn in het gebruik bij deze

populatie (Baumann & Strout, 2007). Op deze topics zal in de volgende paragraaf

verder worden ingegaan.

Triagesystemen worden wereldwijd zowel pre- als inhospitaal gebruikt om patiënten

te screenen en in te delen naargelang de ernst van de symptomen en de eventueel

afwijkende parameters. In de loop der jaren zijn er veel triagesystemen ontwikkeld

met ieder hun eigen voordelen en beperkingen. De triagesystemen die frequent aan

bod komen in de literatuur zullen hieronder verder beschreven worden.

5.1.3.1 Triage in de prehospitale setting

De prehospitale triage van geriatrische patiënten is een belangrijk element in de

totaalzorg voor deze populatie op de spoedgevallendienst. De geriatrische patiënt

maakt namelijk meer gebruik van prehospitale zorg ten opzichte van jongere

patiënten (Kahn et al., 2016). Uit een onderzoek van Kahn et al. (2016) blijkt dat

bijna 50% van de prehospitale oproepen ten behoeve is van patiënten boven de 65

jaar. Een kwaliteitsvolle prehospitale triage van deze populatie is volgens hen dan

ook essentieel.

In een onderzoek van Cross en Cicero (2013) werden zes verschillende

triagesystemen (START12, FDNY13, CareFlight, Glasgow Coma Scale, Sacco Score en

Unadjusted Sacco Score) onderzocht en vergeleken op basis van nauwkeurigheid

en het gebruik ervan bij pediatrische, volwassen en geriatrische traumaslachtoffers.

Een belangrijke uitkomst van dit onderzoek is dat alle zes triagesystemen bij

geriatrische patiënten minder accuraat waren ten opzichte van de andere

leeftijdscategorieën. De onderzoekers concluderen dat verder onderzoek moet

uitwijzen op welke manier deze triagesystemen valide kunnen zijn in het

prehospitale gebruik bij geriatrische traumapatiënten.

10 Dit wordt verder besproken in hoofdstuk 5.2: ‘Trauma’ 11 De holistische mensvisie gaat ervan uit dat de mens een socio-psychosomatische eenheid vormt (de

Jonge, 1997) 12 Simple Triage and Rapid Treatment (Cross & Cicero, 2013) 13 The Fire Department of New York (Cross & Cicero, 2013)

Page 21: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

19

Uit een onderzoek via de grootste spoedgevallendatabase van de Verenigde Staten

(de NEDS 14 ) blijkt dat patiënten boven 55 jaar, ongeacht het gebruikte

triagesysteem, meer risico lopen op prehospitale ondertriage (Kahn et al., 2016).

Om ondertriage prehospitaal te beperken heeft ‘the National Expert Panel on Field

Triage’ in de Verenigde Staten een leeftijd boven 55 jaar als criterium opgenomen

bij de beoordeling van de patiënt. O’Neill en Jeremitsky (2011) geven aan dat

adequate prehospitale triage vooral bij geriatrische patiënten van belang is.

Prehospitale ondertriage binnen deze populatie wordt namelijk geassocieerd met

een hogere inhospitale mortaliteit en een hoger risico op lichamelijke beperkingen

en complicaties (O’Neill & Jeremitsky, 2011).

5.1.3.2 Triage in de inhospitale setting

Een triagesysteem dat in de literatuur frequent aan bod komt is de ‘Emergency

Severity Index’ (ESI). Dit systeem is in 1999 in de Verenigde Staten ontwikkeld

door het ‘ESI Triage Research Team’. Binnen dit systeem worden patiënten in vijf

niveaus ingedeeld naargelang de ernst van hun toestand, parameters en de nodige

middelen. Wat betreft de parameters worden de hartfrequentie, bloeddruk,

saturatie het bewustzijn en pijn gemeten. Als het gaat om middelen moet gedacht

worden aan bijvoorbeeld het maken van een echo, röntgenfoto en ECG of het

plaatsen van hechtingen. Niveau één, het laagste ESI-niveau, duidt op een urgente

situatie die onmiddellijk levensreddende handelingen vereist. Niveau vijf, het

hoogste ESI-niveau, duidt op een niet-urgente situatie waarbij wordt verwacht dat

er geen middelen nodig zijn.

Het systeem kan gebruikt worden voor de inhospitale triage van de gehele

populatie van spoedgevallenpatiënten (ESI triage research team, 2004). Het ESI

algoritme is weergegeven in figuur 1.

14 Nationwide Emergency Department Sample (Kahn et al., 2016)

Page 22: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

20

Figuur 1. ESI algoritme. Overgenomen van ESI triage research team, 2004, via https://www.esitriage.com/esi-

algorithm/.

Volgens een onderzoek van Grossman, Zumbrunn, Frauchiger, Delport, Bingisser en

Nickel (2012) naar het gebruik van dit triagesysteem bij geriatrische patiënten was

er in 23% van de onderzochte casussen sprake van ondertriage. Bij ondertriage

wordt door de triageverpleegkundige omwille van de atypische symptomen en

vitale parameters van de patiënt een te hoog ESI niveau toegekend. Meestal werd

er bij ondertriage een ESI-niveau drie toegekend bij patiënten waarbij volgens ESI

experts een niveau twee meer van toepassing was. Hierdoor kan de behandeling

mogelijk te lang op zich laten wachten. Bij overtriage daarentegen wordt er een te

laag ESI niveau toegekend. Dit kwam in het onderzoek veel minder voor ten

opzichte van ondertriage (15 tegenover 117 cases).

Door Grossman et al. (2012) worden verscheidene factoren beschreven die

meespelen in het ontstaan van ondertriage en specifiek op de geriatrische patiënt

van toepassing zijn. Zo kunnen communicatieproblemen, depressie en een

verminderde neurologische status een rol spelen. Verwardheid, lethargie en agitatie

zijn vaak de eerste symptomen die wijzen op de aanwezigheid van een ziekte

(Peters, 2010). De complexe combinatie van medische en sociale problemen kan de

beoordeling van de geriatrische patiënt nog verder bemoeilijken. Atypische

symptomen bij deze patiëntenpopulatie kunnen een hoog-risico situatie of zelfs de

nood aan een levensreddende interventie maskeren. Ook inadequate interpretatie

van de vitale parameters door de triageverpleegkundige kan een oorzaak zijn van

ondertriage. Tot slot wordt door de onderzoekers de werkdruk van de

triageverpleegkundige als een factor genoemd. Zo zou een hoge werkdruk minder

accurate triage tot gevolg kunnen hebben. Dit laatste is niet specifiek geldend voor

Page 23: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

21

de geriatrische patiënt, maar weerspiegelt zich in alle leeftijdscategorieën

(Grossman et al., 2012).

Desalniettemin stellen Grossman et al. (2012) dat de ESI een betrouwbaar en

valide triagesysteem is voor het gebruik bij de geriatrische patiënt op voorwaarde

dat triageverpleegkundigen een bijscholing volgen. Deze bijscholing moet de

bewustwording met betrekking tot het risico op ondertriage bij deze populatie

vergroten. Tevens moet het belang van de eventuele onbetrouwbaarheid van vitale

parameters bij geriatrische patiënten benadrukt worden (Grossman et al., 2012).

Een andere studie naar het gebruik van de ESI bij deze patiëntenpopulatie is die

van Baumann en Strout (2007). Zij vergeleken het ESI-niveau met de opnameduur

op de spoedgevallendienst, ontslag, benodigde middelen en éénjaarsoverleving. De

onderzoekers vonden een correlatie tussen deze variabelen en het toegekende ESI-

niveau. Vooral het voorspellend vermogen van de ESI met betrekking tot de

benodigde middelen bleek significant. Zo werden bij niveau één in alle gevallen

meer dan twee middelen gebruikt, bij een niveau twee was dit doorgaans ook het

geval. Baumann en Strout (2007) concluderen dan ook dat het ESI triagesysteem

accuraat is in het voorspellen van opnameduur, ontslag, benodigde middelen en

éénjaarsoverleving en dus valide is in het gebruik bij de geriatrische patiënt. In

combinatie met screeningstools kan het systeem fungeren als basis in de volledige

behoeftebepaling van deze patiënt op de spoedgevallendienst. Dit zou ongewenste

gezondheidsuitkomsten helpen voorkomen.

In een onderzoek waarin casussen van over- en ondertriage bij het ESI

triagesysteem werden vergeleken met leeftijd, werd vastgesteld dat het risico op

ondertriage steeg naarmate de leeftijd van de patiënt toenam. Bij patiënten ouder

dan zeventig jaar was dit risico het grootst. Omgekeerd bleek het risico op

overtriage te dalen naarmate de leeftijd van de patiënt toenam. Het risico op

overtriage was dus het minst bij patiënten ouder dan zeventig jaar (Hinson,

Martinez, Schmitz, Toerper, Radu & Scheulen, 2018).

In het onderzoek van Hinson et al. (2018) werd ook gekeken naar de gevolgen van

ondertriage. Deze zijn onder andere een toename van het aantal

ziekenhuisopnames en een verhoogd risico op een slechte outcome voor de

geriatrische patiënt. Daarnaast kunnen tijdgevoelige behandelingen te laat worden

opgestart, wat kan leiden tot een potentieel vermijdbare toename van de

morbiditeit en mortaliteit.

In de handleiding van het ESI triagesysteem wordt er volgens Hinson et al. (2018)

aanbevolen om bij het triëren van patiënten rekening te houden met de leeftijd.

Naargelang de leeftijd moet bepaald worden of er sprake is van een hoog-

risicosituatie. Hiervoor worden echter geen specifieke richtlijnen geformuleerd. De

onderzoekers geven dan ook als aanbeveling om dit te verwerken in de ESI

trainingsprogramma’s.

Tot slot concluderen Hinson et al. (2018) dat de ESI wereldwijd het meest

gebruikte triagesysteem is en dat het systeem veel voordelen kent. Ondanks

intensieve training van triageverpleegkundigen bleek uit hun studie echter dat

onder- of overtriage nog geregeld voorkwam. De onderzoekers raden aan om deze

Page 24: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

22

resultaten te gebruiken bij de informatievoorziening en training van

triageverpleegkundigen. Daarnaast kunnen de resultaten gebruikt worden bij de

ontwikkeling van een nieuw, objectief en efficiënt triagesysteem.

5.1.4. Screeningtools

Om risico’s binnen de zorg voor geriatrische patiënten op te sporen zijn in de loop

der jaren veel verschillende screeningtools ontwikkeld. Deze tools kunnen volgens

de ‘Geriatric Emergency Department Guidelines’, opgesteld door de American

College of Emergency Physicians (ACEP), The American Geriatrics Society (AGS),

Emergency Nurses Association (ENA) en the Society for Academic Emergency

Medicine (SAEM) (2013), gebruikt worden om de nood aan extra middelen te

achterhalen en zo de zorg te verbeteren. ACEP, AGS, ENA en SAEM (2013) tonen

aan dat recente onderzoeken naar het effect van screeningtools gemengde

resultaten opleverden. Desondanks wordt in de richtlijnen besloten dat motivatie

van personeel en gemakkelijk te gebruiken screeningtools helpen om de kwaliteit

van de zorg te verbeteren. Tot slot kan het gebruik ervan de ervaring en beleving

van de patiënt op de spoedgevallendienst aangenamer maken.

Om een totaalbeeld te creëren van de geriatrische patiënt moeten volgens ACEP,

AGS, ENA en SAEM (2013) de volgende elementen gescreend worden: risico op

delirium, functionele achteruitgang, iatrogene letsels, screening naar bijwerkingen

van medicatie, valincidenten en een effectieve overdracht van en naar andere

zorgverleners.

De richtlijnen geven een specifieke en praktische procedure weer die gevolgd kan

worden bij het gebruik van screeningtools. Zo moeten alle geriatrische patiënten

ongeacht hun opnamereden gescreend worden met de ‘Identification of Seniors at

Risk Tool’ (ISAR). Dit is, volgens ACEP, AGS, ENA en SAEM (2013), een simpele en

snelle screening die aan de hand van gegeven informatie geriatrische patiënten kan

identificeren die een hoog risico lopen op een achteruitgang van hun

gezondheidstoestand (McCusker, Bellavance, Cardin, Trepanier, Verdon & Ardman,

1999). Deze kan afgenomen worden door de behandelende verpleegkundige als

onderdeel van de eerste beoordeling. Volgens McCusker et al. (1999) wordt elke

vraag met een één aangeduid als de patiënt aangeeft dat het probleem bestaat en

met nul als het niet aanwezig is. Scholing van artsen en verpleegkundigen is voor

het werken met deze screeningtool noodzakelijk (ACEP, AGS, ENA & SAEM, 2013).

De ISAR screeningtool is weergegeven in figuur 2.

Page 25: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

23

Figuur 2. ISAR questionnaire. Overgenomen van Thoma, B., 2014, via https://canadiem.org/approach-to-geriatric-

patients/isar-questionnaire/.

Met betrekking tot de ISAR toont een systematic review daarentegen (Yao, Fang,

Lou & Anderson, 2015) dat de tool beperkt is in het detecteren van

gezondheidsrisico’s bij geriatrische patiënten. Volgens de onderzoekers is verder

onderzoek noodzakelijk om het voorspellende vermogen van de ISAR te verhogen.

De ‘Confusion Assessment Method’ is een voorbeeld van een meer specifieke

screeningtool die het risico op of het bestaan van een delirium kan detecteren. Het

herkennen van een delirium en het onderscheiden van dit ziektebeeld met dementie

is een uitdagende maar zeer belangrijke opgave (Kahn et al., 2016). Volgens Kahn

et al. (2016) is deze tool kort en effectief in gebruik en kan deze gemakkelijk

geïmplementeerd worden op de spoedgevallendienst. Een andere tool die het risico

op delirium kan detecteren is ‘The Richmond Agitation Sedation Scale (RASS)’.

Deze scoort het bewustzijn en de mate van eventuele agitatie aan de hand van

niveaus tussen -5 en +4. Een niveau 0 representeert een kalme en alerte patiënt.

De onderzoekers stellen vast dat een RASS-score hoger dan +1 of lager dan -1 kan

duiden op de aanwezigheid van een delirium. De RASS-score wordt weergegeven in

figuur 3.

Page 26: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

24

Figuur 3. Richmond Agitatie en Sedatie Schaal. Overgenomen van van Bommel, J., 2014, via https://icv-

erasmusmc.nl/protocol/sedatie/

Kahn et al. (2016) beschrijven daarnaast dat de mate van zelfstandigheid van de

geriatrische patiënt de éénjaarsoverleving beïnvloedt. Hoe groter de zelfstandigheid

en zelfredzaamheid, des te kleiner het risico op mortaliteit binnen één jaar. Geen

enkele andere individuele risicofactor noch screeningtool kan volgens hen het risico

op ongewenste gezondheidsuitkomsten accuraat voorspellen bij de geriatrische

patiënt.

Naast het identificeren van gezondheidsrisico’s is het voorspellen van de

opnameduur een ander doel waarvoor screeningtools gebruikt kunnen worden.

Kahn et al. (2016) omschrijven dat het ‘10 items assessment’ nauwkeurig kan

voorspellen bij welke patiënt een langere opname nodig is en bij welke niet. In de

aanwezigheid van een chronische ziekte was het voorspellende vermogen het

meest nauwkeurig.

Tot slot schrijven Kahn et al. (2016) dat het, ongeacht van welke screeningtool

gebruikt wordt, belangrijk is om bij geriatrische patiënten een geriatrisch

assessment uit te voeren wanneer zij ontslagen worden op de spoedgevallendienst.

Enerzijds om risicofactoren op te sporen en de mortaliteit te verlagen, anderzijds

om ervoor te zorgen dat de patiënt zo lang mogelijk zelfstandig thuis kan blijven

wonen.

Page 27: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

25

5.2. Trauma bij de geriatrische patiënt

In het volgende deel van deze literatuurstudie zal er worden toegespitst op de

geriatrische traumapatiënt.

De significante toename van ouderen leidt tot een stijging van het aantal letsels ten

gevolge van trauma bij deze populatie (Ischwan et al., 2015). Tussen 23% en 25%

van alle traumapatiënten die opgenomen worden op een spoedgevallendienst zijn

ouder dan 65 jaar (Bonne & Schuerer, 2013 en Ischwan et al., 2015).

Trauma is volgens Ischwan et al. (2015) de vijfde meest voorkomende

doodsoorzaak van ouderen en volgens Brooks en Peetz (2017) de negende meest

voorkomende doodsoorzaak van patiënten boven de 65 jaar.

De volgende definitie, die beschreven wordt door de ‘National Institute of General

Medical Sciences’ (2018), is van toepassing op alle patiëntenpopulaties:

‘Trauma is een ernstige verwonding van het lichaam waarbij er twee hoofdtypen te

onderscheiden zijn:

- Stomp trauma: wanneer een voorwerp of kracht het lichaam raakt, vaak met

een hersenschudding of fracturen tot gevolg.

- Penetrerend trauma: wanneer een voorwerp de huid of het lichaam

doorboort meestal met een open wond tot gevolg.’

5.2.1. Risicofactoren en oorzaken van trauma bij de geriatrische patiënt

De zorg voor de geriatrische traumapatiënt is uitdagend, de combinatie van de

aanwezigheid van comorbiditeiten, de fysiologische veranderingen, polyfarmacie en

‘frailty’ maken deze patiënt vatbaarder voor trauma en de bijbehorende

complicaties (Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Volgens Brooks en Peetz (2017)

hebben 80% van de geriatrische traumapatiënten één of meerdere chronische

ziekten zoals hypertensie, artritis, hartfalen en/of hartritmestoornissen,

longziekten, kanker, diabetes mellitus, nierinsufficiëntie of een voorgeschiedenis

van een CVA.

De fysiologische veranderingen die bij de geriatrische patiënt het risico op trauma,

voornamelijk valincidenten, vergroten zijn onder andere: een verminderde

cerebellaire functie en bijbehorende evenwichtsstoornissen, mobiliteitsproblemen,

een achteruitgang van het zicht, osteoporose en het verminderen van spiermassa

(Kahn et al., 2016, Bonne & Schuerer, 2013, Maxwell, 2015 en Reske-Nielsen &

Medzon, 2016). Veranderingen in botdichtheid en flexibiliteit van gewrichten leiden

tevens tot een grote kans op fracturen en artritis (Steinmiller et al., 2014).

Omgevingsfactoren zoals tapijten, trappen, schoeisel, loophulpmiddelen, oneffen

grondoppervlakten en huisdieren en de aanwezigheid van chronische ziekten

dragen eveneens bij tot het risico op valincidenten (Reske-Nielsen & Medzon,

2016).

Page 28: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

26

Polyfarmacie heeft een invloed op het evenwichtsgevoel dat via een complex

mechanisme onder controle wordt gehouden. Medicatie, zoals benzodiazepines,

antidepressiva en antipsychotica, die op dit mechanisme inwerken verhogen de

kans op instabiliteit en vallen (Zorginstituut Nederland, 2018). Daarnaast kunnen

ook sedativa en medicatie die duizeligheid veroorzaakt het risico op trauma

vergroten (Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

Atypische presentatie als risicofactor werd ten slotte bestudeerd door de University

of Southern California. Uit dit onderzoek bleek dat 50% van de geriatrische

traumapatiënten, die overleden zijn ten gevolge van penetrerende trauma, normale

vitale parameters hadden (Brooks & Peetz, 2017). Deze kunnen afgevlakt zijn door

de aanwezigheid van comorbiditeiten en voorgeschreven medicatie en kunnen

hierdoor onbetrouwbaar zijn (Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

Bovenstaande risicofactoren leiden tot verschillende oorzaken van trauma bij de

geriatrische patiënt, waarvan een val de meest voorkomende is: tussen 54,2%

(Aköz, Isik, Sahin & Emet, 2013) en 81,7% (Aktürk, Avci, Gülen, Oguzhan, Icme &

Satar, 2013) van deze patiënten lopen een trauma op ten gevolge van een val. In

België worden 77% van de geriatrische traumapatiënten opgenomen op de

spoedgevallendienst omwille van een valincident (Expertisecentrum Val- en

fractuurpreventie Vlaanderen, 2009 – 2018). Bij jongere patiënten staan

verkeersongevallen op de eerste plaats (Aköz et al., 2013 en Maxwell, 2015) terwijl

deze bij de geriatrische traumapatiënt op de tweede plaats komen, tussen 12,5%

(Aktürket al., 2013) en 28,2% (Aköz et al., 2013). Deze populatie is wel meer

frequent als voetganger bij een verkeersongeval betrokken, volgens Reske-Nielsen

en Medzon (2016) gaat het om 20-30%. Jongere patiënten zijn volgens hen eerder

betrokken als bestuurder of passagier van een motorvoertuig.

Deze bovenstaande oorzaken zijn volgens DeLa’O, Kashuk, Rodriguez, Zipf en

Dumire (2014) geassocieerd met zwaardere letsels, meer ondertriage en een hoger

aantal overlijdens ten opzichte van jongere patiënten.

Daarnaast zijn er ook minder frequente oorzaken van trauma zoals geweldpleging

(Maxwell, 2015).

5.2.2. Veel voorkomende letsels bij de geriatrische traumapatiënt

De geriatrische populatie heeft een groter risico op een ernstig letsel en bijgevolg

mortaliteit ten gevolge van trauma (Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Daarnaast

presenteert ze zich vaak met andere soorten letsels dan de jongere

patiëntenpopulatie (Bonne & Schuerer, 2013). In de geselecteerde literatuur werd

er voornamelijk geschreven over Traumatic Brain Injury (TBI) en fracturen:

● TBI

Volgens Brooks en Peetz (2017) is TBI een epidemisch probleem binnen de

geriatrische traumapopulatie met jaarlijks meer dan 80.000 opnames op de

spoedgevallendienst in de Verenigde Staten. De morbiditeit en mortaliteit bij TBI is

volgens hen ook hoger bij de geriatrische patiënt dan bij de jongere patiënt.

Page 29: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

27

Volgens Reske-Nielsen & Medzon (2016) is een TBI de vijfde meest voorkomende

doodsoorzaak van de geriatrische patiënt en de meest voorkomende onmiddellijke

doodsoorzaak na een val.

Het verhoogde risico op een TBI bij geriatrische patiënten is deels te wijten aan een

daling van het hersenvolume en een vergroting van de vrije intracraniële ruimte ten

gevolge van cerebrale atrofie. Hierdoor rekken de overbruggende venen en zijn

deze vatbaarder voor scheuren en bloedingen door de schuifkrachten die optreden

bij trauma (Reske-Nielsen & Medzon, 2016 en Aköz et al., 2013). Een tweede

oorzaak is het gebruik van anticoagulantia en bloedplaatjesaggregatieremmers

(Aköz et al., 2013), volgens Brooks en Peetz (2017) is het risico op een

intracraniële bloeding bij het gebruik van deze medicatie zeven tot tien keer groter.

● Fracturen

Het risico op een fractuur na een val of verkeersongeval is bij de geriatrische

patiënt groter dan bij een jongere patiënt (Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

Aköz et al. (2013) en Reske-Nielsen en Medzon (2016) beschrijven polsfracturen

als de meest voorkomende fracturen ten gevolge van een val, met heupfracturen

op de tweede plaats. De studies van Aktürk et al. (2013) en Maxwell (2015) tonen

echter dat fracturen van de lage extremiteiten, waaronder heupfracturen, meer

voorkomen dan fracturen van de hoge extremiteiten.

Naast heup- en polsfracturen komen ook fracturen ter hoogte van de wervelkolom

voor. Deze is bij ouderen gevoeliger voor fracturen dan bij jongere patiënten. Dit

ten gevolge van een aantal chronische inflammatoire aandoeningen die bij de

oudere populatie geregeld voorkomen zoals reumatoïde artritis en de ziekte van

Bechterew (Aköz et al., 2013). Daarnaast treden er degeneratieve veranderingen

van de wervelkolom op zoals een verstijving van de lagere ruggenwervels (Reske-

Nielsen & Medzon, 2016). Risicofactoren voor het ontstaan van een spinale fractuur

zijn volgens Bonne en Schuerer (2013): focale neurologische afwijkingen, een

gelijktijdige aanwezigheid van een hoofdletsel en een hoog energetisch

ongevalsmechanisme. Daarnaast lopen patiënten ouder dan 64 jaar volgens Reske-

Nielsen en Medzon (2016) twee keer zoveel risico op een cervicaal wervelletsel ten

opzichte van jongere patiënten met eenzelfde ongevalsmechanisme.

Een bekkenfractuur komt volgens Reske-Nielsen en Medzon (2016) minder frequent

voor, maar heeft wel een hogere mortaliteit en geeft meer risico op complicaties.

Volgens hen hebben geriatrische patiënten met een bekkenfractuur vier keer zoveel

kans om te sterven aan hun verwondingen dan jongere patiënten. Een

bekkenfractuur verhoogt tevens het risico op een inwendige bloeding die niet altijd

ontdekt wordt op medische beeldvorming of bij een klinisch onderzoek (Bonne &

Schuerer, 2013 en Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

Ten slotte worden ook ribfracturen in verschillende bronnen vermeldt. Deze treden

voornamelijk op bij een stomp trauma ter hoogte van de thorax (Brooks & Peetz,

2017, Maxwell, 2015, Bonne & Schuerer, 2013 en Reske-Nielsen & Medzon, 2017).

Page 30: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

28

● Abdominaal trauma

Volgens Bonne en Schuerer (2013) verschilt de uiting van abdominaal trauma bij de

geriatrische patiënt niet veel van deze bij de jongere patiënt. Er zou wel een

verschil zijn in de postoperatieve outcome, onder andere ten gevolge van een

verminderde werking van de compensatiemechanismen die optreden bij een acute

bloeding (Brooks & Peetz, 2017). Abdominaal onderzoek is zowel volgens Reske-

Nielsen en Medzon (2016) als Aköz et al. (2013) minder betrouwbaar bij de

geriatrische patiënt ten gevolge van een verminderde gevoeligheid, een gedaalde

pijnperceptie en cognitieve achteruitgang.

5.2.3. Behandelplan, pijnbeleid en medicatie

Alvorens de behandeling wordt gestart zal er standaard een eerste en tweede

beoordeling uitgevoerd worden aan de hand van de ABCDE15 methode (National

Association of Emergency Medical Technicians & American College of Surgeons

Committee on Trauma, 2016). Omwille van het ontbreken van algemene

behandelplannen in de geselecteerde literatuur worden hieronder de belangrijkste

elementen van enkele behandelplannen uitgeschreven voor bovenstaande letsels.

● TBI

Bij het vermoeden van een TBI moet er in de eerste plaats zo snel mogelijk een CT-

scan uitgevoerd worden om de diagnose te bevestigen (Brooks & Peetz, 2017 en

Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Het laattijdig diagnosticeren van intracraniële

bloedingen verhoogt de morbiditeit en mortaliteit. Dit zorgt er namelijk voor dat

men pas laattijdig de eventuele anticoagulatietherapie stopt en neurochirurgische

interventies uitvoert (Brooks & Peetz, 2017). Brooks en Peetz (2017) raden bij het

gebruik van anticoagulantie een tweede CT-scan aan. Deze medicatie kan namelijk

leiden tot het laattijdig optreden van een intracraniële bloeding waarbij het risico

bestaat dat er op een eerste CT-scan geen bloeding zichtbaar is maar deze zich op

een later tijdstip wel manifesteert. Ook neurologische veranderingen kunnen een

aanleiding geven tot een tweede CT-scan (Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

Het opstarten van een specifiek protocol bij patiënten met een TBI en

anticoagulatietherapie resulteerde in een daling van 75% in mortaliteit bij

posttraumatische intracraniële bloedingen bij de geriatrische patiënt. Dit protocol

behelst ten eerste het vroegtijdig uitvoeren van een CT-scan, ten tweede een

correctie van de INR-waarde 16 binnen de 2 uur bij patiënten onder

coumarinederivaten en ten derde een correctie van de INR-waarde tot 1,6 binnen

de 4 uur na opname (Brooks & Peetz, 2017).

15 Airway, Breathing, Circulation, Disability en Exposure (National Association of Emergency Medical

Technicians & American College of Surgeons Committee on Trauma, 2016) 16 International Normalized Ratio, dit is een maat voor de stollingstijd van het bloed

Page 31: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

29

● Fracturen

Bij orthopedische letsels is vroegtijdige heelkunde van groot belang. Dit in

combinatie met gepaste medicatie vermindert de mortaliteit en vergroot de kans

dat patiënten volledig herstellen zonder restletsels (Brooks & Peetz, 2017 en Reske-

Nielsen & Medzon, 2016). Daarnaast is ook een vroegtijdige mobilisatie van de

patiënt belangrijk om het risico op onder andere pneumonie en decubituswonden te

verlagen (Brooks & Peetz, 2017).

Bij ribfracturen is een goede pijnstilling prioritair aangezien men ten gevolge van

pijn ter hoogte van de ribben niet goed doorademt. Dit kan leiden tot een minder

goede longfunctie en ten slotte ook tot atelectase. In combinatie met een

verminderde kracht om secreties op te hoesten vergroot dit bij geriatrische

patiënten het risico op een pneumonie. Respiratoir falen en kunstmatige ventilatie

kunnen doorgaans vermeden worden door het tijdig opstarten van analgetica en

ademhalingskinesitherapie. Een adequate pijnstilling wordt gebaseerd op het

behalen van een longfunctie van 15 ml/kg lichaamsgewicht en het in staat zijn om

krachtig te hoesten.

De morbiditeit en mortaliteit ten gevolge van ribfracturen kunnen ook verlaagd

worden door onmiddellijk te starten met epidurale analgesie en een interne fixatie

van ribfracturen (Brooks & Peetz, 2017). Ook Maxwell (2015) raadt het gebruik van

epidurale analgesie bij multipele ribfracturen aan aangezien dit de neveneffecten

van orale en intraveneuze pijnmedicatie vermijdt.

Medische beeldvorming is bij het vermoeden van een letsel aan de wervelkolom van

belang om de ernst van het letsel te kunnen bepalen. Reske-Nielsen en Medzon

(2016) stellen dat indien er een vermoeden is van een hersenletsel er ook een CT-

scan van de wervelkolom genomen zou moeten worden, aangezien deze letsels

gelijktijdig kunnen voorkomen.

Ten slotte vereist een bekkenfractuur vaak bloedtransfusies ten gevolge van een

groot risico op een inwendige bloeding (Bonne & Schuerer, 2013 en Reske-Nielsen

& Medzon, 2016).

● Algemeen pijnbeleid

Bij een goede behandeling hoort een correct pijnbeleid. Er kan hierbij in de eerste

plaats gekozen worden voor niet-opioïden zoals paracetamol. NSAID’s 17 worden

best vermeden aangezien deze het risico op een gastro-intestinale bloeding

verhogen. Bij ernstige pijn kan eventueel een zwak opioïd bijgegeven worden zoals

Oxycontin® of Tramadol®. Sterke opioïden en spierverslappers moeten zoveel

mogelijk vermeden worden omdat deze leiden tot anticholinergische effecten bij

ouderen zoals het risico op oversedatie en ademhalingsdepressie. Bij ernstige pijn

ten gevolge van trauma kan er wel geopteerd worden voor epidurale analgesie

(Maxwell, 2015).

17 Niet-steroïdale anti-inflammatoire drugs (Jochems & Joosten, 2009)

Page 32: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

30

5.2.4. Gevolgen van trauma

Het oplopen van trauma leidt bij geriatrische patiënten tot heel wat nadelige

gevolgen (Bonne & Schuerer, 2013). Volgens The American College of Surgeons

(ACS) is trauma geassocieerd met een hogere mortaliteit en meer complicaties dan

bij de jongere patiënt (Kahn, 2016). Het risico op overlijden na trauma stijgt

volgens Maxwell (2015) al vanaf een leeftijd van 55 jaar.

Volgens Brooks en Peetz (2017) is er een hoge mortaliteit binnen twee maanden na

ontslag van de spoedgevallendienst. De geriatrische traumapatiënten die wel

overleven zijn vaak verzwakt en/of geïnstitutionaliseerd in revalidatiecentra of

specifieke zorgfaciliteiten (Brooks & Peetz, 2017).

Naast een gestegen risico op mortaliteit zijn er ook andere gevolgen van trauma.

Comorbiditeiten leiden bijvoorbeeld tot een slechtere outcome en verhogen het

risico op een ernstige fysieke beperking (Bonne & Schuerer, 2013 en Reske-Nielsen

& Medzon, 2016). Daarnaast speelt ook delirium, dat bij meer dan 37% van de

geriatrische traumapatiënten werd vastgesteld, een grote rol in een vertraagd

herstel na trauma (Kahn et al., 2016 en Maxwell, 2015).

Ondanks het feit dat penetrerende trauma’s zelden voorkomen bij de geriatrische

traumapopulatie zijn deze wel geassocieerd met een hogere morbiditeit, langere

opnameduur op een intensieve zorgen en ook een langere hospitalisatieduur in het

algemeen ten opzichte van jongere patiënten (Bonne & Schuerer, 2013).

5.2.4.1 Specifieke gevolgen

● Val

Valincidenten leiden, zoals hierboven beschreven, voornamelijk tot TBI en

fracturen. De mortaliteit van geriatrische patiënten na een val wordt tussen 7 en

11% geschat (Reske-Nielsen & Medzon, 2016). De mortaliteit na één jaar is bij

deze patiënten 33% met een heropname frequentie van 44%. Slechts één derde

van alle patiënten die opgenomen worden ten gevolge van een ‘ground-level fall’,

konden nadien weer zelfstandig thuis wonen (DeLa’O et al., 2014).

o TBI

De mortaliteit bij geriatrische traumapatiënten met een TBI is volgens DeLa’O et al.

(2014) 80%. Geriatrische patiënten hebben ook meer kans op een ernstig TBI en

een langere hospitalisatieduur. Ze hebben tevens een groter risico om na hun

ontslag terecht te komen in een revalidatiecentrum ten opzichte van jongere

patiënten (Reske-Nielsen & Medzon, 2016).

De mortaliteit één maand na het oplopen van een intracraniële bloeding kan stijgen

tot 40% en slechts 12% tot 39% van de patiënten kunnen na een intracraniële

bloeding hun zelfstandigheid herwinnen. Dit onderstreept het belang van een goede

behandeling van een TBI bij de geriatrische traumapatiënt (Brooks & Peetz, 2017).

Page 33: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

31

o Fracturen

Volgens Reske-Nielsen en Medzon (2016) zijn er wereldwijd jaarlijks 9 miljoen

orthopedische fracturen bij geriatrische traumapatiënten ten gevolge van

osteoporose na een val. Volgens DeLa’O et al. (2014) lopen geriatrische

traumapatiënten met orthopedische verwondingen ook zwaardere letsels op in

vergelijking met jongere patiënten. Dit leidt volgens hen tot een langere

hospitalisatieduur, een gestegen gebruik van middelen, frequente problemen bij

ontslag en een gestegen mortaliteit.

Ribfracturen, zelfs geïsoleerde ribfracturen, kunnen leiden tot een groter risico op

mortaliteit en complicaties zoals longcontusies en pneumonie (Maxwell, 2015 en

Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Hoe meer ribfracturen, hoe groter het risico op

een pneumonie (Brooks & Peetz, 2017 en Reske-Nielsen & Medzon, 2016). Dit risico

is bij de geriatrische traumapatiënt 31% ten opzichte van 17% bij jongere

patiënten. Bij zes ribfracturen stijgt het risico op een pneumonie bij de geriatrische

traumapatiënt tot 50%. Een longcontusie is dan weer het meest voorkomende

letsel ten gevolge van een stomp thoracaal trauma en kan bij 75% van de

geriatrische traumapatiënt voorkomen (Brooks & Peetz, 2017).

Terwijl ribfracturen bij een jongere patiënt weinig risicovol zijn, stijgt de mortaliteit

en morbiditeit bij de geriatrische patiënt al significant vanaf drie ribfracturen en

bijna 1 op 5 geriatrische patiënten sterft hieraan (Bonne & Schuerer, 2013 en

Brooks & Peetz, 2017). De gestegen morbiditeit bij ribfracturen is volgens Brooks

en Peetz (2017) te wijten aan pijn ter hoogte van de thoraxwand18.

Naast een oorzakelijk verband tussen ribfracturen en mortaliteit kunnen

ribfracturen ook leiden tot letsels ter hoogte van de organen. Zo is er een stijging

van letsels ter hoogte van de milt en de lever met respectievelijk 1,7 en 1,4 ten

opzichte van de jongere patiënt. Daarnaast hebben 50% van de patiënten die ten

gevolge van een stomp trauma een hartletsel oplopen ook ribfracturen (Brooks &

Peetz, 2017).

● Verkeersongeval

Geriatrische patiënten hebben bijna twee keer zoveel kans op overlijden ten

gevolge van een verkeersongeval ten opzichte van jongere patiënten (Bonne &

Schuerer, 2013). De gevolgen van een verkeersongeval bij de geriatrische

patiënten zijn gelijkaardig aan deze bij een val, al treedt er bij een verkeersongeval

wel meer polytrauma op (Brooks & Peetz, 2017) en is er meer risico op

thoraxtrauma’s zoals een fladderthorax en ribfracturen (Bonne & Schuerer, 2013).

18 Zie hoger bij behandeling ribfracturen

Page 34: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

32

5.2.5. Specifieke triage, traumaprotocollen en -schalen

• Prehospitale triage

Volgens een onderzoek van Platts-Mills, Evans en Brice (2016) komt prehospitale

ondertriage ook voor bij geriatrische traumapatiënten. Volgens Ischwan et al.

(2015) neemt het risico op ondertriage van traumapatiënten toe vanaf een leeftijd

van zestig jaar en stijgt dit naar 60% bij patiënten boven de negentig jaar. Volgens

DeLa’O et al. (2014) stijgt dit risico bij patiënten ouder dan 65 jaar tot 49,9%

tegenover 17,8% bij jongere patiënten.

De prehospitale triage bepaalt of een patiënt wordt getransfereerd naar een

traumacentrum of een lokale spoedgevallendienst. Door ondertriage lopen

geriatrische traumapatiënten het risico om een tijdige adequate behandeling in een

traumacentrum te mislopen. Zowel O’Neill en Jeremitsky (2011) als Platts-Mills,

Evans en Brice (2016) concluderen dat deze patiënten soms niet getransporteerd

werden terwijl dit wel noodzakelijk werd geacht. Deze gegevens zijn geassocieerd

met een slechtere outcome. Daarnaast blijkt dat geriatrische traumapatiënten

minder snel naar een traumacentrum worden getransporteerd ten opzichte van

jongere patiënten met soortgelijke traumata (O’Neill & Jeremitsky, 2011). Volgens

een studie van Bonne en Schuerer (2013) zou het ‘Advanced Trauma Life Support’

(ATLS) aanraden om iedere traumapatiënt ouder dan 55 jaar te transporteren naar

een traumacentrum.

Ook in België bepaalt de prehospitale triage of een patiënt al dan niet naar een

traumacentrum, zoals UZ Leuven, getransporteerd wordt. Dit in combinatie met het

tijdig opstarten van een behandeling heeft tevens een invloed op de outcome,

mortaliteit en morbiditeit van de patiënt (Nutte, Pauwels & Lippens, 2016). Het

inrichten van traumacentra wordt ook in België aanbevolen omwille van een

aantoonbare vermindering in de mortaliteit. Daarom wordt door het Federaal

kenniscentrum voor de gezondheidszorg (KCE) aangeraden om in elke provincie

een traumacentrum in te richten. Dit is momenteel volop in ontwikkeling (KCE,

2017).

Om ondertriage tegen te gaan zijn in de Verenigde Staten trauma-triagerichtlijnen

ontwikkeld die aangepast zijn aan de geriatrische patiënt:

- patiënten boven de 55 jaar hebben een hoger risico op letsels en

mortaliteit na een trauma

- bij patiënten boven de 65 jaar kan een systolische bloeddruk lager

dan 110 mmHg wijzen op shock

- laag energetische traumata kunnen bij ouderen leiden tot ernstige

letsel

(Platts-Mills, Evans & Brice, 2016).

Door Platts-Mills, Evans en Brice (2016) wordt vastgesteld dat het toevoegen van

deze richtlijnen in de prehospitale triage van geriatrische traumapatiënten niet

heeft geleid tot minder gevallen van ondertriage. Het intuïtief oordelen en handelen

van prehospitale zorgverleners ligt hieraan ten grondslag. Een potentiële oorzaak

die zij hiervoor geven is dat geriatrische patiënten minder snel symptomen van

fysiologische stress ontwikkelen en vertonen. Zo kan een geriatrische patiënt met

Page 35: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

33

chronische hypertensie ondanks een normale bloeddruk toch fysiologisch

hypotensief zijn. Daarnaast kan een patiënt die medicatie gebruikt die bradycardie

veroorzaakt, zoals bijvoorbeeld bètablokkers, een intravasculair volumeverlies niet

compenseren met een verhoging van de hartfrequentie.

DeLa’O et al. (2014) onderzochten de richtlijnen van de ‘Eastern Association for the

Surgery of Trauma’ (EAST) waaruit zij concluderen dat een multidisciplinaire

benadering, beschreven in de richtlijnen, een zinvolle aanvulling kan zijn bij de

standaard triage- en traumaprotocollen voor ouderen. De bestaande protocollen

dienen volgens hen ook aangepast te worden aan de geriatrische patiënt om een

optimale zorg en een efficiënte triage te kunnen bieden.

In Ohio werd er omwille van de ondertriage en het minder snelle transport naar een

traumacentrum een triagesysteem ontwikkeld: ‘Trauma Triage Criteria’. Deze wordt

enkel gebruikt in Ohio bij patiënten vanaf zeventig jaar. Dit is een standaard

triagesysteem met een aantal belangrijke aandachtspunten voor de geriatrische

traumapatiënt dat gecombineerd wordt met de ‘Injury Severity Score’19. Het geheel

zou meer sensitief zijn voor de triage van ouderen (Ischwan et al., 2015). Toch is

er volgens Caterino, Brown, Hamilton, Ischwan, Khaliqdina, Evans et al. (2017)

slechts weinig verbetering in de outcome. Dit triagesysteem heeft geen effect op de

outcome bij ernstige trauma’s bij ouderen. Het geeft ook maar een kleine

verbetering van de mortaliteit bij milde trauma’s en een geringe verhoging van het

aantal ontslagen. Het aantal aangeraden transporten naar traumacentra is

gestegen bij het gebruik van de criteria maar in de cijfers is er slechts een kleine

verhoging waarneembaar in de effectief uitgevoerde transporten. Het gebruik en de

implementatie zal nog verder onderzocht moeten worden.

In de Belgische literatuur wordt eveneens het fenomeen ondertriage besproken als

risico van de prehospitale triage van de geriatrische patiënt. Ook hier kan

ondertriage het gevolg zijn van multimorbiditeit, het moeilijker uitten van klachten

en atypische symptomen beschreven. Er wordt geconcludeerd dat het bij deze

patiënten niet eenvoudig is om de juiste informatie te verzamelen om tot een

correct triageniveau te komen (Nutte, Pauwels en Lippens, 2016).

5.2.6. De opvang van de geriatrische traumapatiënt

In de literatuur worden er aantal adviezen geformuleerd voor een adequate opvang

van de geriatrische traumapatiënt, deze zijn in drie grote groepen te verdelen:

● Het aanstellen van traumateams:

Bonne en Schuerer (2013) vermelden dat het aanstellen van een specifiek

traumateam voor geriatrische patiënten het oude, bestaande systeem kan

optimaliseren. Dit traumateam zou moeten bestaan uit verschillende disciplines en

geleid worden door een geriatrisch traumatoloog. Verder zou dit team moeten

19 Dit is een screeningtool gebaseerd op zes lichaamsregio’s waarbij een score kan toegekend worden

tussen 0 en 75 kijkend naar het soort letsels en de ernst van het letsel. De ISS-score wordt bepaald via een berekening, bij een score vanaf 16 spreekt men van een polytraumapatiënt (National Association of Emergency Medical Technicians & American College of Surgeons Committee on Trauma, 2016 en Erasmus MC, 2015)

Page 36: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

34

bestaan uit onder andere orthopedisten, neurochirurgen, geriaters,

ergotherapeuten, sociaal werkers en diëtisten. Allen zouden ervaring moeten

hebben in het behandelen en adequaat opvolgen van dergelijke patiënten. Ook de

richtlijnen van ‘The American College of Surgeons’ (ACS) raden aan om vroegtijdig

traumateams in te zetten bij de geriatrische traumapatiënt (Kahn et al., 2016). Dit

wordt tevens aanbevolen door Brooks en Peetz (2016) in combinatie met een

intensieve monitoring van deze patiënt. DeLa’O et al. (2014) legden eveneens de

nadruk op de centrale rol van traumateams. De urgentie-arts, orthopedisch chirurg

en speciaal opgeleide geriaters maken volgens hen ook een belangrijk deel uit van

dit multidisciplinaire traumateam.

Ten slotte stelt Maxwell (2015) dat een tijdig geriatrisch assessment en/of

consultatie door een geriater de kans vergroot op het tijdig herkennen van

geriatrische aandoeningen en het opstarten van een optimale behandeling.

● Het aanpassen of ontwikkelen van specifieke traumaprotocollen

Bonne en Schuerer (2013) raden aan om een traumaprotocol te ontwikkelen dat

specifiek gericht is op de opvang van de geriatrische traumapatiënt. Het

implementeren van een dergelijk traumaprotocol, de ‘Geriatric Trauma Institute’,

leidde bij DeLa’O et al. (2014) tot een hoger aantal ontslagen naar huis en een

daling van de opnames in psychiatrische centra of zorgfaciliteiten. Er trad bij het

gebruik van dit protocol tevens een daling op in de prevalentie van delirium.

● Het oprichten van specifieke traumacentra

Volgens DeLa’O et al. (2014) lopen geriatrische traumapatiënten minder risico op

mortaliteit en het ontwikkelen van complicaties wanneer de behandeling van deze

patiënten uitgevoerd wordt in een traumacentrum. De outcome kan ook volgens

Bonne en Schuerer (2013) verbeteren door een onmiddellijke opname in een

gespecialiseerd traumacentrum met een specifieke behandeling gericht op de

geriatrische traumapatiënt.

Brooks en Peetz (2017) bespreken een studie over de ontwikkeling van een

specifieke geriatrische trauma-eenheid voor patiënten boven de zestig jaar. De

onderzoekers van deze studie formuleerden volgende suggesties voor dit

traumacentrum:

o Patiënten zouden binnen twee uur gezien moeten worden door een

chirurg

o Patiënten zouden binnen vier uur opgenomen moeten zijn op deze

geriatrische trauma-eenheid

o De nodige operaties zouden binnen 48 uur uitgevoerd moeten worden

o Binnen 24 uur na de opname in een multidisciplinaire eenheid zou er

een consultatie moeten gebeuren door een urgentie-arts of geriater

o Er moet sprake zijn van evidence based nursing en er moet een

standaardplanning opgesteld worden voor een optimale zorg voor alle

geriatrische traumapatiënten

o De patiënten zouden binnen vijf dagen ontslagen moeten worden uit

het centrum met een plan voor een veilige opvolging

Page 37: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

35

De eenheid, die de naam G-60 kreeg toegewezen, toonde een verbetering in

verschillende morbiditeiten zoals pneumonie, respiratoir falen en urineweginfecties.

Daarnaast toonde deze eenheid ook een afname van de mortaliteit. Vervolgens was

er ook een daling te zien in de opnameduur op de spoedgevallendienst. De tijd

tussen de opname op de spoedgevallendienst en het transport naar het

operatiekwartier was korter en tevens was er een daling waarneembaar in de

algemene hospitalisatieduur van deze patiënten (Brooks & Peetz, 2017).

In België wordt er een onderscheid gemaakt tussen een gewone

spoedgevallendienst en een traumacentrum. Traumacentra onderscheiden zich door

het 24/7 beschikbaar zijn van operatiefaciliteiten alsook een intensivist en een

volledige chirurgische en verpleegkundige bestaffing (Nutte, Pauwels en Lippens,

2016). Enkele andere criteria waar een traumacentrum aan moet voldoen zijn:

- Er moeten operatiekamers aanwezig zijn waarin permanent spoedoperaties

kunnen worden uitgevoerd

- Het traumacentrum moet beschikken over hooggespecialiseerde diensten

neurochirurgie en intensieve zorgen

- Er moet een snelle (rechtstreekse) toegang zijn vanuit de traumakamers op

de spoedgevallendienst naar de dienst medische beeldvorming met CT-scan,

MRI en interventionele radiologie

- Het moet mogelijk zijn minsten twee patiënten met ernstige trauma’s

gelijktijdig op te vangen

- Er moeten specifieke traumaprotocollen opgesteld worden rond opvang,

stabilisatie en opvang van de patiënt om een optimale werking te

garanderen

- Bij de geriatrische patiënt moeten er zorgverleners aanwezig zijn met een

specifieke geriatrische deskundigheid en moeten er maatregelen getroffen

worden om de opsporing van zware trauma’s bij geriatrische patiënten te

vergemakkelijken

(KCE, 2017).

5.3. De link tussen trauma en triage

In dit deel zullen de specifieke resultaten van de literatuurstudie besproken worden

met betrekking tot triage van de geriatrische traumapatiënt.

Uit het merendeel van de artikels rond trauma en triage blijkt dat geriatrische

traumapatiënten vaak ondergetrieerd worden. In veertien van de veertien artikels

uit de resultatentabel20 werd dit beschreven. Een belangrijk element bij triage is

het meten van de vitale parameters. Volgens zeven artikels zijn deze bij ouderen

vaak niet betrouwbaar. Een oorzaak hiervoor kan het medicatiegebruik zijn dat in

zes bronnen beschreven wordt. Dit kan namelijk zorgen voor een onderdrukking of

een overaccentuering van bepaalde symptomen. Een andere reden voor de

afwijkende parameters is het bestaan van comorbiditeiten op het moment van

trauma. Dit leidt tot een verhoogd risico op complicaties en een slechtere outcome.

Ook wordt er in drie bronnen benadrukt dat een kleine verandering in de vitale

20 Zie bijlage 1

Page 38: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

36

parameters grote gevolgen kan hebben bij geriatrische traumapatiënten en zelfs

kan leiden tot een verhoogde mortaliteit.

Opmerkelijk is dat alle artikels, uitgezonderd Bonne en Schuerer (2013), enkel

prehospitale triage van de geriatrische traumapatiënt bespreken, er wordt in deze

artikels geen informatie gegeven over de inhospitale triage. Wanneer het gaat over

prehospitale triage komt voornamelijk het transport, al dan niet naar een

traumacentrum, aan bod. Door de frequente ondertriage worden geriatrische

traumapatiënten minder snel naar een traumacentrum getransporteerd dan jongere

patiënten met eenzelfde letsel. Dit heeft invloed op de morbiditeit en mortaliteit van

deze patiënten. Dit wordt echter door twee bronnen tegengesproken. Zij stellen dat

transport naar en de zorg in het traumacentrum zeer kostelijk zijn en dit geen

invloed heeft op de morbiditeit en mortaliteit. Er wordt geopteerd voor een

geriatrisch traumaprogramma met een goede prijs-kwaliteitverhouding in ieder

ziekenhuis. Om prehospitale ondertriage te voorkomen werden in negen artikels

een aantal criteria opgesteld specifiek voor de geriatrische traumapatiënt. Sommige

onderzoekers vinden leeftijd op zich al een criterium om de patiënt naar een

traumacentrum te transporteren. Deze criteria bleken volgens sommige bronnen

echter niet het gewenste effect te hebben. Dit deels ten gevolge van een

subjectieve en intuïtieve beoordeling door zorgverleners prehospitaal. Een

mogelijke oplossing die hiervoor gegeven wordt in één bron is het organiseren van

bijscholingen met als doel het verhogen van de alertheid bij zorgverleners en hen

bewust te maken van de mogelijke risico's bij oudere traumapatiënten.

Bonne en Schuerer (2013) bespreken als enige de triage en evaluatie van

geriatrische traumapatiënten inhospitaal. Er wordt gewaarschuwd voor de klassieke

evaluatie van ouderen omwille van afwijkende parameters en een gestoorde

pijnperceptie. Tevens dient er rekening gehouden te worden met thuismedicatie en

mogelijk een cognitieve afwijking. Een specifiek triagesysteem voor de geriatrische

traumapatiënt wordt niet besproken.

Verder onderzoek zal moeten uitwijzen of bestaande triagesystemen valide zijn in

het gebruik bij de geriatrische traumapatiënt. Volgens Platts-Mills, Evans & Brice

(2016) observeren onderzoekers al meer dan twee decennia lang ondertriage bij

ouderen, het wordt tijd om hiervoor een oplossing te vinden.

Page 39: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

37

5.4. Een ‘geriatrisch vriendelijke’ spoedgevallendienst

Een kwalitatieve en geschikte zorg bieden aan geriatrische patiënten is van vitaal

belang. Toch blijken er heel wat hiaten te zitten in de planning van zorg en

ondersteuning, hulpmiddelen, uitleg in verband met ontslag en relevante

contactinformatie. Om dit te voorkomen werden al enkele studies uitgevoerd op

spoedgevallendiensten waar er gebruik gemaakt werd van een ‘Geriatric Emergency

Nurse’21 (GEN). De taak van deze verpleegkundige is geriatrische patiënten met

een verhoogd risico opzoeken, een geriatrisch assessment uitvoeren en instaan

voor de communicatie en organisatie zowel in het ziekenhuis als daarbuiten.

Daarnaast heeft de GEN verpleegkundige een ondersteunende taak die bijvoorbeeld

bestaat uit het helpen van patiënten bij de toiletgang en de voeding. Door middel

van alle voorgaande maatregelen wordt aan de specifieke holistische behoeften

voldaan. Dit zou het verblijf op de spoedgevallendienst voor de geriatrische

patiënten aangenamer maken en vlotter doen verlopen. Door het gehele verblijf en

ontslag op spoedgevallendienst te laten organiseren door één verpleegkundige

worden hiaten voorkomen. Dit werkt ook preventief, wanneer alles georganiseerd

verloopt, is er ook thuis minder kans op een nieuw incident en een eventuele

heropname (Baumbusch & Shaw, 2011).

Door preventie kunnen ook valincidenten op een spoedgevallendienst voorkomen

worden. Deze afdeling voldoet volgens Hwang en Morrison (2007) niet aan de

noden van de oudere patiënt met gehoor- en gezichtsproblemen, verwardheid,

delirium en evenwichtsstoornissen. Zo zorgen de fluorescente verlichting en de

afwezigheid van ramen voor verwardheid en desoriëntatie bij patiënten met een

cognitieve dysfunctie. De verschillende geluiden die permanent op een

spoedgevallendienst aanwezig zijn kunnen bijdragen tot gehoorproblemen en

kunnen ook delirium verergergen. Ten slotte zijn ook de brancards niet aangepast

aan de geriatrische patiënt, de dunne matras kan namelijk het risico op

decubituswonden verhogen.

Hwang & Morrison (2007) beschrijven ook enkele aanpassingen die kunnen

doorgevoerd worden om de spoedgevallendienst geriatrisch vriendelijker te maken.

Het risico op verwonding kan beperkt worden door een aanpassing van de

spoedgevallendienst zoals bijvoorbeeld het verwijderen van drempels en oneffen

grondoppervlakten. Materiaal dat in contact komt met de geriatrische patiënt, zoals

fixatiemateriaal en kleefpleisters, moeten zorgvuldig uitgekozen worden om

beschadiging van de huid te voorkomen. Het transport van de geriatrische patiënt

moet tot een minimum beperkt worden om zo min mogelijk verwarring te

veroorzaken. Daarnaast vermelden Hwang & Morrison (2007) ook specifieke

aanpassingen omtrent de vormgeving van de spoedgevallendienst:

- Dakramen installeren om meer natuurlijk licht binnen te laten

- Anti-decubitusmatrassen op brancards leggen om doorligwonden te

voorkomen of de meer mobiele patiënten in een ligzetel laten plaatsnemen

voor meer comfort

21 De GEN verpleegkundige is een verpleegkundige die gespecialiseerd is in spoedgevallenzorg of

intensieve zorg. Door middel van trainingsprogramma’s worden GEN verpleegkundigen opgeleid voor deze functie (Baumbusch & Shaw, 2011)

Page 40: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

38

- Steunrailing aan de muren en gangpadverlichting

- Informatieborden met namen van alle werknemers op de

spoedgevallendienst in een groot lettertype

- Grote klokken en kalenders om desoriëntatie in tijd tegen te gaan

- Visuele hulpmiddelen aanbieden zoals een vergrootglas

- Een aangename temperatuur instellen in de boxen

- Gehoorapparaten aanbieden

Dit zijn slechts enkele voorbeelden van hoe een spoedgevallendienst aangepast kan

worden aan de geriatrische patiënt. Deze bovenstaande maatregelen zijn niet

budgetvriendelijk, maar met de steeds groeiende geriatrische populatie is het toch

het overwegen waard (Hwang & Morrison, 2007).

Page 41: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

39

6. Praktijkgedeelte

In dit gedeelte worden de spoedgevallendiensten van drie ziekenhuizen met elkaar

vergeleken aan de hand van een vooraf opgestelde vragenlijst 22 die werd

voorgelegd aan enkele verpleegkundigen die werkzaam zijn op de desbetreffende

spoedgevallendiensten.

6.1. Jessa Ziekenhuis

In het Jessa ziekenhuis werkt men met het ESI triagesysteem. Dit algoritme moet

de dringende casussen van de minder dringende onderscheiden. Ook met het

aantal nodige middelen wordt rekening gehouden. Ieder getal uit het ESI systeem

wordt gekoppeld aan een kleurcode: rood, oranje, geel, groen en blauw. Rood is

voor de meest urgente situaties, blauw voor de minst urgente situaties. Dit wordt

weergeven in figuur 4 (ESI research team, 2004).

Figuur 4. ESI algoritme. Overgenomen van ESI triage research team, 2004, via https://www.esitriage.com/esi-

algorithm/.

Alle patiënten worden met dit triagesysteem getrieerd door de

triageverpleegkundige. Er wordt geen onderscheid gemaakt voor ouderen. Er was

wel een aangepaste pijnschaal (REPOS23) voor ouderen, maar deze wordt omwille

van een nieuw softwaresysteem momenteel niet meer gebruikt. De pijnschaal

kende tien items waarvan vijf gezichtsuitdrukkingen. De andere vijf items waren:

22 Zie bijlage 3 23 Rotterdam Eldery Pain Observation Scale (Jessa Ziekehuis, 2018).

Rood = 1

Oranje = 2

Geel = 3

Groen= 4

Blauw = 5

Page 42: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

40

bewegen het lichaamsdeel, paniekreactie, kreunen/jammeren, verbale uitingen en

het inhouden van de adem.

Op deze spoedgevallendienst wordt er gebruik gemaakt van een uitgebreid

traumaprotocol dat stap voor stap overloopt wat er dient te gebeuren. Zo wordt de

aankomst van de ambulance en MUG voorbereid door het programma, Mobicall

‘polytrauma’, te activeren wat automatisch de nodige artsen en verpleegkundigen

contacteert. Ook moeten er een aantal administratieve voorbereidingen uitgevoerd

worden zoals het inschrijven van de patiënt, al dan niet met correcte gegevens,

zodat er identificatiestickers afgeprint kunnen worden. Bij aankomst van de patiënt

wordt er een checklist ingevuld en een eerste en tweede beoordeling uitgevoerd.

Dit gebeurt door een multidisciplinair team dat speciaal samengesteld wordt voor

de traumapatiënt. Het team bestaat uit een teamleider, een verpleegkundige

verantwoordelijk voor de luchtweg, een arts verantwoordelijk voor de ademhaling,

een verpleegkundige verantwoordelijk voor de circulatie en een verpleegkundig

coördinator. Het traumaprotocol is algemeen en wordt zowel bij kinderen,

volwassenen als ouderen toegepast, op voorwaarde dat er bij kinderen een

assistent pediatrie verwittigd wordt. Er zijn dus geen specifieke triagesystemen of

traumaprotocollen aanwezig voor ouderen. Bij pijnbeleid wordt er wel rekening

gehouden met de geriatrische patiënt. Zo wordt bijvoorbeeld bij een drip contramal

en alizapride over 24u, de dosis van contramal aangepast zodat dit de helft is van

de ‘normale’ volwassen dosis. De enige screeningtool die wordt gebruikt op de

spoedgevallendienst bij ouderen is de MRSA 24 screening. Dit wordt standaard

uitgevoerd bij zorgvragers van 75 jaar en ouder.

Zoals in de infobrochure van de spoedgevallendienst staat, zijn er twee

referentieverpleegkundigen verantwoordelijk voor geriatrie, maar na rondvraag bij

verschillende verpleegkundigen blijkt dat deze verantwoordelijken momenteel

nauwelijks op de werkvloer staan. Bij het triëren van een oudere patiënt wordt er

door de verpleegkundige zelf wel rekening gehouden met een aantal atypische

symptomen en mogelijke differentiaal diagnoses. Er bestaat momenteel geen

checklist of lijst met aandachtspunten. De bepaling van de urgentiegraad hangt

voornamelijk af van de triageverpleegkundige zelf en de ervaring van deze persoon.

Op de spoedgevallendienst van het Jessa ziekenhuis is er geen gedeelte specifiek

voorbehouden voor geriatrische patiënten.

24 Meticilline-Resistente Staphylococcus Aureus (Jochems & Joosten, 2009)

Page 43: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

41

6.2. UZ Leuven

In het UZ Leuven worden alle patiëntenpopulaties getrieerd door middel van het

ESI triagesysteem. Voor geriatrische patiënten zijn er geen specifieke aanpassingen

doorgevoerd. Wel wordt de wachttijd van een geriatrische patiënt die bijvoorbeeld

onrustig, minder mobiel of afhankelijk is soms verkort door deze patiënten eerder

in een box te plaatsen. De triageverpleegkundige kan in dergelijke gevallen op

basis van subjectiviteit de inschatting maken om hieromtrent advies te vragen aan

een arts zodat de patiënt sneller wordt onderzocht en er eerder diagnostiek

toegepast wordt. Aan patiënten met acute verwardheid wordt meteen een ESI

niveau twee toegekend. Dit omdat verwardheid als symptoom kan optreden van

een (ernstige) onderliggende ziekte.

Bij de opvang van traumapatiënten wordt de ‘Revised Trauma Score’ (RTS)

gebruikt. Deze score kent een groene, gele en rode code, dit is weergegeven in

figuur 5. Opmerkelijk is dat aan een patiënt ouder dan 65 jaar automatisch een

code geel wordt toegekend in het geval van een belangrijk thorax-, abdomen-,

bekken- of lidmaattrauma. Het RTS houdt hier rekening met de vaak ernstige

gevolgen die dergelijke traumata voor geriatrische patiënten kunnen hebben.

Figuur 5. Revised Trauma Score. Verkregen van UZ Leuven, 2018.

Page 44: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

42

Wat betreft risico-assessment wordt gebruikt gemaakt van ‘The InterRAI ED

assessment’. Dit is een screeningtool die afgenomen wordt door het Geriatrisch

Supportteam bij patiënten ouder dan 75 jaar. Dit team bestaat uit geriatrisch

verpleegkundigen die op de spoedgevallendienst samenwerken met de sociale

dienst en geriaters. Het team is enkel tijdens kantooruren werkzaam, dus bij

patiënten die buiten deze uren worden opgenomen wordt geen assessment

uitgevoerd.

‘The InterRAI ED assessment’ richt zich op het ontdekken van ‘frailty’ met als doel

het verbeteren van de kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid voor de individuele

geriatrische patiënt. Het assessment fungeert als een hulpmiddel om veel

voorkomende fysieke, cognitieve en sociale problemen te identificeren en te

bepalen of verdere opvolging noodzakelijk is. Voorbeelden van dergelijke

problemen zijn valincidenten, ondervoeding, een verlaagde MMSE 25 en een

onhoudbare thuissituatie. Aan de hand van een aantal vragen met betrekking tot

onder andere zelfredzaamheid en mobiliteit wordt een score van 1 tot en met 6

toegekend. Hoe hoger de score, des te hoger de nood aan verdere opvolging.

In het geval verdere opvolging wordt aanbevolen, dient het Oriëntatie en

Opvolgingstraject Thuiszorg voor kwetsbare ouderen (OOTT) ingeschakeld te

worden. De patiënt wordt dan ontslagen uit het ziekenhuis en kan tijdelijk

verblijven in Campus Sint-Pieter te Leuven. Gedurende dit verblijf wordt samen met

de patiënt en diens naasten gekeken naar bestaande problemen en mogelijke

oplossingen. Het OOTT biedt dus zowel een tussenoplossing als een verdere

opvolging voor patiënten die niet kunnen terugkeren naar hun thuissituatie en

waarbij een ziekenhuisopname niet geïndiceerd is. Bij het plannen van de opvolging

en het opstellen van een hulpverleningsplan wordt er gekeken naar de nodige

middelen en maatregelen om de patiënt op een veilige manier thuis te kunnen laten

wonen. Enkele criteria voor aanmelding bij het OOTT zijn: een leeftijd ouder dan

zestig jaar, een stabiele medische situatie, een hoge kwetsbaarheid en geen

agressiviteit of wegloopgedrag.

Wat betreft de omgevingsfactoren zijn er geen specifieke aanpassingen

doorgevoerd op de spoedgevallendienst van het UZ Leuven. De boxen en algemene

ruimtes waar patiënten worden onderzocht en kortdurend worden opgenomen zijn

dezelfde als voor de andere patiëntenpopulaties.

25 Mini-Mental State Examination (Jochems & Joosten, 2009)

Page 45: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

43

6.3. AZ Sint-Maarten

In het Algemeen Ziekenhuis Sint-Maarten te Mechelen wordt gewerkt met het

Manchester Triage Systeem (MTS) voor alle patiënten. Er zijn geen specifieke

criteria die gebruikt worden bij de triage van de geriatrische patiënt.

Het MTS, dat in 1997 ontwikkeld is in Manchester, werkt met vijf urgentieniveaus:

acuut (rood), zeer urgent (oranje), urgent (geel), standaard (groen) en niet urgent

(blauw). Het MTS werkt aan de hand van klachten en symptomen en maakt gebruik

van een standaard stroomschema, weergegeven in figuur 6 (Kooy, 2008):

Figuur 6. Manchester Triage System flowchart. Overgenomen via van Veen et al., 2012, via

http://emj.bmj.com/content/29/8/654

Op de spoedgevallendienst van AZ Sint-Maarten zijn er geen specifieke protocollen

en/of triagesystemen voor de geriatrische patiënt, wel wordt er gebruik gemaakt

van het geriatrisch risicoprofiel. Dit is een screeningtool die wordt afgenomen als

aanvulling op de anamnese. De mentale gezondheid, medicatiegebruik,

valincidenten, recente opname en thuissituatie komen hierin aan bod. Het

geriatrisch risicoprofiel is gebaseerd op de ISAR screeningtool en wordt standaard

afgenomen bij patiënten met een leeftijd boven 65 jaar. Er wordt bij deze patiënten

ook standaard een MRSA-screening uitgevoerd.

Bij de opname van een geriatrische traumapatiënt die met de ambulance of MUG

wordt binnengebracht, wordt deze patiënt meteen ingeschreven aan de hand van

zijn identiteitskaart en wordt hij naar een rea-box gebracht. Via het

softwareprogramma E-care wordt de patiënt vervolgens getrieerd via het MTS en

wordt er een urgentiegraad toegekend. Onder leiding van de urgentie-arts wordt

het traumaprotocol gestart, dit is doorgaans de MUG-arts die ook ter plaatse de

situatie heeft kunnen beoordelen.

Op de spoedgevallendienst is er geen geriatrisch verpleegkundige aangesteld. Wel

is er een geriatrisch liaison verpleegkundige die de geriatrische patiënt opvolgt aan

de hand van het geriatrisch risicoprofiel na ontslag uit de spoedgevallendienst naar

Page 46: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

44

een andere afdeling. Hier wordt voornamelijk gebruik van gemaakt als de patiënt

niet op de afdeling geriatrie opgenomen wordt maar wel specifieke geriatrische

zorgen nodig heeft. De geriatrisch liaison verpleegkundige fungeert als verbinding

tussen de geriater, de geriatrisch verpleegkundigen en de verpleegkundigen van de

dienst waar de geriatrische patiënt opgenomen is.

Er zijn op deze spoedgevallendienst geen boxen die aangepast zijn aan de

geriatrische patiënt.

6.4. Conclusie

Uit dit praktijkgedeelte kan geconcludeerd worden dat geriatrische patiënten op alle

ondervraagde spoedgevallendiensten met hetzelfde triagesysteem getrieerd worden

als de andere patiënten. Geen enkel triagesysteem kent aanpassingen specifiek

voor de geriatrische patiënt.

Om de ernst van een trauma te kunnen inschatten worden traumaprotocollen

gebruikt. Op twee van de drie spoedgevallendiensten zijn ook hierin geen specifieke

aanpassingen doorgevoerd voor de geriatrische traumapatiënt. Sommige

verpleegkundigen houden rekening met de atypische presentatie van deze patiënt,

maar er is geen specifieke benadering vastgelegd in een traumaprotocol. Op de

spoedgevallendienst van het UZ Leuven is hier wel rekening mee gehouden door

aan een patiënt ouder dan 65 jaar met bepaalde letsels een hogere urgentiegraad

toe te kennen.

Wat betreft screeningtools en risico-assessment wordt er meer ingespeeld op de

vaak aanwezige fysieke, cognitieve of sociale problematiek die specifiek van

toepassing is op de geriatrische populatie. Hiermee wordt gestreefd om op

holistische wijze de kwaliteit van zorg te optimaliseren en de patiëntveiligheid te

vergroten. Zowel het aantal als de gebruikte screeningtools verschillen per

ziekenhuis. Deze worden vaak enkel ingezet om de nood tot verdere opvolging te

bepalen bij een transfer naar een andere afdeling of ontslag naar huis.

Hoewel de spoedverpleegkundigen zelf geen opleiding hebben gehad over de

specifieke opvang en zorg voor de geriatrische patiënt wordt er op twee van de drie

spoedgevallendiensten wel gewerkt met referentieverpleegkundigen enerzijds en

een geriatrisch support team anderzijds. Zij hebben zich gespecialiseerd in de

problemen, behoeften en beleving van de geriatrische patiënt. De invulling van

deze rollen verschilt in de ziekenhuizen onderling.

Tot slot kennen de spoedgevallendiensten geen specifieke aanpassingen in de

vormgeving. Zo is er geen apart gedeelte en zijn er geen boxen aangepast aan de

behoeften en de beleving van de geriatrische patiënt. Dit in tegenstelling tot

bijvoorbeeld pediatrische patiënten waarvoor dit wel het geval is.

Page 47: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

45

7. Discussie en limieten

De vergrijzing is de laatste jaren in Europa, Noord- en Zuid-Amerika toegenomen,

bijgevolg komt dit ook steeds meer aan bod in de wetenschappelijke literatuur en

actualiteit. Dit maakt vergrijzing een veelbesproken thema in de huidige

maatschappij. Ondanks de atypische presentatie, die kenmerkend is voor de oudere

patiënt, blijven de gewenste aanpassingen binnen de spoedgevallenzorg beperkt.

Ondertriage is een veel voorkomend gevolg hiervan (Grossman, et al., 2012).

Omwille van de grote verscheidenheid binnen de geriatrische patiëntenpopulatie

werd, na een algemene beschrijving, deze literatuurstudie beperkt tot de

geriatrische traumapatiënt. Trauma is namelijk een vaak voorkomende

opnamereden op de spoedgevallendienst bij deze populatie (Ischwan, et al., 2015).

In de voorgaande literatuurstudie werd getracht een algemeen beeld te schetsen

van de geriatrische (trauma)patiënt en triage.

Uit de onderzochte literatuur bleek dat alle geriatrische patiënten een groot risico

hebben op ondertriage (Grossman, et al., 2012). Dit blijkt ook een risico te zijn bij

de prehospitale triage van geriatrische traumapatiënten. Inhospitaal werd de

validiteit van een aantal triagesystemen getest bij geriatrische patiënten, maar niet

specifiek bij de geriatrische traumapatiënt. Hieruit bleek dat de bestaande

triagesystemen niet altijd accuraat zijn in het weergeven van de ernst van de

situatie (Bonne & Schuerer, 2013).

Het risico op ondertriage wordt niet enkel toegeschreven aan het triagesysteem an

sich, maar ook aan de atypische presentatie, de comorbiditeit en multimorbiditeit,

scholing van verpleegkundigen en werkdruk. Ondertriage kan leiden tot een

potentieel vermijdbare morbiditeit en mortaliteit (Hinson et al, 2018). Dit benadrukt

het belang van een valide triagesysteem voor de geriatrische patiënt. Prehospitaal

werden er wel een aantal criteria opgesteld om te trachten ondertriage te

voorkomen, deze criteria verschillen onderling waardoor er geen uniformiteit

mogelijk is (Caterino, et al., 2016).

De veelheid aan bronnen laat toe een heel aantal artikels met elkaar te vergelijken,

maar bemoeilijkt de selectie van de juiste informatie binnen het onderwerp van

deze specialisatieproef. Tijdens deze vergelijking komen er een aantal

tegenstrijdigheden aan bod.

Ten eerste geven een aantal artikels kritiek op het gebruik van het ESI

triagesysteem bij geriatrische patiënten (Grossman et al., 2012, Hinson et al., 2018

en Baumann & Strout, 2007). Ondanks de nadelen wordt het gebruik ervan wel

steeds aanbevolen. Grossmann et al. (2012) geven aan dat de verpleegkundigen

bijgeschoold moeten worden om het gebruik van ESI te optimaliseren. Volgens een

studie van Bonne en Schuerer (2016) raadt het ‘Advanced Trauma Life Support’

(ATLS) ook aan om iedere traumapatiënt ouder dan 55 jaar te transporteren naar

een traumacentrum. De vraag kan gesteld worden of het hier wel gaat om een

geriatrische patiënt. Daarnaast kan men zich afvragen of er geen betere

alternatieven zijn of ontwikkeld kunnen worden voor de triage van de geriatrische

traumapatiënt. De complexiteit van de geriatrische patiënt zorgt hierbij voor een

Page 48: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

46

grote uitdaging en maakt het moeilijk om een triagesysteem te ontwikkelen dat

valide is in het gebruik bij de gehele patiëntenpopulatie op de spoedgevallendienst.

Vervolgens worden in de onderzochte literatuur geen alternatieve triagesystemen

aangeboden voor de geriatrische traumapatiënt. Wel worden er een aantal

aandachtspunten gegeven omtrent leeftijd en de opvang van deze patiënt. Uit de

praktijk blijkt dat slechts één van de drie spoedgevallendiensten een lichte

aanpassing maakt in het traumaprotocol.

Tevens werd het gebruik van screeningtools onderzocht. Hieruit blijkt dat deze

nuttig zijn maar niet altijd in staat zijn gezondheidsrisico’s te voorspellen en dus

nog geoptimaliseerd kunnen worden. Daarentegen vermeldt Kahn et al. (2016) dat

enkel de mate van zelfstandigheid en zelfredzaamheid het risico op ongewenste

gezondheidsuitkomsten kan voorspellen. Ook hier wordt bijscholing van de

verpleegkundigen omtrent het werken met screeningtools aanbevolen. Een

mogelijke factor die de afname van screeningtools bemoeilijkt is de cognitieve

achteruitgang bij de geriatrische patiënt. Uit het praktijkgedeelte blijkt dat

screeningtools vaak enkel worden ingezet om de nood tot verder opvolging te

bepalen bij een transfer naar een andere afdeling of ontslag naar huis.

Verder worden in de gelezen literatuur bepaalde aanbevelingen gedaan met

betrekking tot de vormgeving en het ‘geriatrisch vriendelijk’ maken van de

spoedgevallendienst. Dit om de beleving van de geriatrische patiënt te

optimaliseren en het aantal mogelijke risicofactoren, waaronder valincidenten en

delirium, te reduceren. Bovendien wordt aanbevolen om een geriatrisch

verpleegkundige aan te stellen (Baumbusch & Shaw, 2011 en Hwang & Morrison,

2007). Theoretisch gezien kennen deze aanpassingen veel voordelen. In de praktijk

daarentegen kan in vraag gesteld worden of de realisatie van deze aanbevelingen

haalbaar is. Meerdere factoren, zoals budget, spelen hierin een rol. Uit ons

praktijkgedeelte blijkt dat er tot nog toe geen aanpassingen zijn uitgevoerd in de

vormgeving van de spoedgevallendienst.

Daarnaast worden in de gelezen literatuur een aantal suggesties gedaan om de

zorg voor de geriatrische traumapatiënten vlotter te doen verlopen. Zo wordt er

onder andere geopteerd voor de samenstelling van een geriatrisch traumateam en

een vroegtijdige consultatie door een geriater (Bonne & Schuerer, 2013, Kahn et

al., 2016, DeLa’O et al., 2014, Brooks & Peetz, 2016 en Maxwell, 2015). Het effect

hiervan werd echter nog niet getest. Daarnaast werden er adviezen geformuleerd

rond de aanpassing of ontwikkeling van een specifiek traumaprotocol en de creatie

van een specifieke trauma-eenheid voor geriatrische patiënten. Deze werden

slechts in één ziekenhuis getest. Bijgevolg kan de betrouwbaarheid hiervan niet

verzekerd worden.

Tot slot kent deze specialisatieproef enkele sterktes en zwaktes.

De gebruikte bronnen werden kritisch geselecteerd uit de literatuurtabel, wat geleid

heeft tot de raadpleging van een groot aantal systematic reviews. Dit kan

beschouwd worden als een sterkte van deze literatuurstudie en vergroot tevens de

betrouwbaarheid.

Page 49: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

47

In verschillende bronnen worden verschillende leeftijdsgrenzen gehanteerd,

hierdoor ontbreekt een eenduidige leeftijdsgrens wanneer het gaat over de

geriatrische patiënt. Dit maakt dat uniformiteit van het begrip ‘de geriatrische

patiënt’ in deze specialisatieproef niet mogelijk was.

Een andere zwakte is het gebruik van enkel internetdatabanken waarbij de

zoekopdracht resulteerde in voornamelijk artikels uit Europa en de Verenigde

Staten. Er was veel literatuur beschikbaar over dit onderwerp, maar binnen het

tijdsbestek van deze specialisatieproef kon er slechts een beperkte selectie

gemaakt worden. Dientengevolge is een veralgemening van de resultaten niet

mogelijk.

In de literatuurstudie werd gestreefd naar een datalimiet van vijf jaar, maar om

een achtergrond te kunnen schetsen werd bij één zoekopdracht een datalimiet

ingesteld van tien jaar. Dit resulteert in het gebruik van een aantal minder recente

bronnen.

In deze specialisatieproef werd gekozen om hoofdzakelijk de onderwerpen trauma

en triage te bespreken. Dit zijn slechts enkele elementen binnen de benadering van

de geriatrische patiënt op de spoedgevallendienst. Voor een beoordeling van de

totale zorg is een meer omvangrijke literatuurstudie noodzakelijk.

Aan de hand van een vragenlijst werd in het praktijkgedeelte getracht inzicht te

krijgen in de spoedgevallenzorg voor de geriatrische (trauma)patiënt. Dit met de

bedoeling een globaal beeld te schetsen. We zijn ons ervan bewust dat dit enkel

een aanvulling is van deze specialisatieproef en bijgevolg kunnen de resultaten van

dit praktijkgedeelte niet gegeneraliseerd worden. Dit ten gevolge van het beperkte

tijdsbestek van deze specialisatieproef.

Page 50: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

48

8. Besluit

Om een conclusie te kunnen vormen over de zorg voor de geriatrische

traumapatiënt was het van belang om eerst een beeld te schetsen van de

geriatrische patiënt in zijn algemeenheid. Hieruit kan opgemaakt worden dat de

vitale parameters en klinische ziektepresentatie niet altijd betrouwbaar zijn ten

gevolge van de fysiologische veranderingen die optreden bij het ouder worden. Dit

resulteert in de presentatie van atypische symptomen die de geriatrische patiënt

complex maken. Hierdoor vergroot ook het risico op trauma wat een vaak

voorkomende opnamereden is van de geriatrische patiënt op de

spoedgevallendienst. Dit deels ten gevolge van een aantal risicofactoren zoals een

verminderde conditie en cognitie, fysiologische veranderingen, de aanwezigheid van

comorbiditeiten, evenwichtsproblemen en polyfarmacie. Deze risicofactoren kunnen

opgespoord worden aan de hand van screeningtools.

Vervolgens zijn er op het vlak van triage, traumaprotocollen en vormgeving van de

spoedgevallendienst een aantal tekortkomingen. Op het gebied van triage is er

hierdoor een risico op ondertriage, wat resulteert in het mogelijk mislopen van een

adequate behandeling. Verder zijn de traumaprotocollen nauwelijks aangepast aan

de opvang van de geriatrische traumapatiënt met uitzondering van een aantal

richtlijnen. Als laatste wordt er in de literatuur geopteerd om de

spoedgevallendienst ‘geriatrisch vriendelijker’ te maken.

Er kan besloten worden dat de zorg voor de geriatrische patiënt op de

spoedgevallendienst een aantal specifieke noden, valkuilen en aandachtspunten

kent. Dit wordt toegeschreven aan diverse factoren die enkel op deze populatie van

toepassing zijn. Daarnaast zal verder onderzoek moeten uitwijzen hoe

triagesystemen en traumaprotocollen binnen de zorg voor de geriatrische patiënt

geoptimaliseerd en geuniformiseerd kunnen worden om een adequate zorgverlening

te bewerkstelligen.

Page 51: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

49

9. Aanbevelingen naar de praktijk

Aangezien de literatuur noch het praktijkgedeelte een inhospitaal triagesysteem

omschrijft dat aangepast is aan de geriatrische traumapatiënt kunnen we geen

concrete adviezen verwoorden. Daarentegen kunnen we wel enkele algemene

aanbevelingen formuleren omtrent de opvang van de geriatrische (trauma)patiënt.

In eerste instantie moeten zorgverleners, zoals verpleegkundigen, zich ervan

bewust zijn dat geriatrische (trauma)patiënten een atypische ziektepresentatie

vertonen. Dit onder andere op het vlak van vitale parameters en pijn. Een

potentieel gevolg hiervan is ondertriage, wat mogelijk voorkomen kan worden door

bijscholing van zorgverleners en de toevoeging van specifieke criteria bij

triagesystemen. Deze criteria dienen tevens rekening te houden met de

subjectiviteit van de prehospitale zorgverlener.

Daarnaast moeten zorgverleners prehospitaal ook aandachtig zijn voor mogelijke

ondertriage. Zij kunnen namelijk in dit vroege stadium de outcome van de

geriatrische traumapatiënt al beïnvloeden. In de literatuur wordt dit voornamelijk

beschreven op vlak van het transport naar een spoedgevallendienst of

traumacentrum. Dit transport kan bepaald worden door de arts of verpleegkundige

ter plaatse. Het lijkt ons belangrijk om bestaande triagesystemen, zowel pre- als

inhospitaal te testen op validiteit bij geriatrische (trauma)patiënten.

Verder merken we dat bij de opvang na trauma ook een aantal aanpassingen nodig

zijn. In de geselecteerde bronnen worden hierover een aantal aanbevelingen

gedaan specifiek voor de geriatrische traumapatiënt. Bijvoorbeeld het opstellen van

specifieke multidisciplinaire traumateams, het aanpassen of ontwikkelen van

specifieke traumaprotocollen en het oprichten van geriatrische trauma-eenheden.

Ten slotte kan het verblijf van de geriatrische (trauma)patiënt geoptimaliseerd

worden door de vormgeving van de spoedgevallendienst aan te passen.

Zowel uit de literatuurstudie als het praktijkgedeelte blijkt dat er nog heel wat

tekortkomingen zijn op het vlak van triage, traumaprotocollen en vormgeving. Door

de toenemende vergrijzing raden we ziekenhuizen aan om in de toekomst meer

aandacht te hebben voor de geriatrische (trauma)patiënt en de nodige

aanpassingen, die aan bod komen in de literatuurstudie, te realiseren om hiermee

de zorg voor deze patiënt te optimaliseren.

Page 52: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

50

10. Bibliografie

Aitken, L., Burmeister, E., Lang, J., Chaboyer, W., Richmond, T. (2010). Characteristics

on Outcomes of Injured Older Adults After Hospital Admission. Journal of the

American Geriatrics Society, 58(3), 442-449. Geraadpleegd op 13 november 2017,

via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20163484

Aköz, A., Isik, M. Sahin, H., Emet, M. (2012). Do characteristics of seriously injured

older adults differ from those of their younger counterparts in the emergency

department? Turkwan Journal of Medical Sciences, 43, 464-469. Geraadpleegd op

13 november 2017, via http://journals.tubitak.gov.tr/medical/issues/sag-13-43-

3/sag-43-3-20-1207-67.pdf

Aktürk, A., Avci, A., Gülen, M., Oguzhan, M., Içme, F., Satar, S. (2013). Prospective

Analysis of Geriatric Patients Admitted to Emergency Department with Trauma.

Cukorova Medical Journal, 38(4), 687-695. Geraadpleegd op 13 november 2017,

via http://dergipark.ulakbim.gov.tr/cukmedj/article/download/5000047377/500004

708

American College of Emergency Physicians, The American Geriatrics Society,

Emergency Nurses Association, the Society for Academic Emergency Medicine.

(2013). Geriatric Emergency Department Guidelines. Geraadpleegd op 29 januari

2018, via https://www.annemergmed.com/article/S0196-0644(14)00118-8/fulltext

Baumann, M., Strout, T. (2007). Triage of Geriatric Patients in the Emergency

Department: Validity and Survival With the Emergency Severity Index. Annals of

Emergency Medicine, 49(2), 234-240. Geraadpleegd op 6 maart 2018, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0196064406005658

Baumbusch, J., Shaw, M. (2011). Geriatric Emergency Nurses: Addressing the Needs

of an Aging Population. Journal of Emergency Nursing, 37(4), 321-327.

Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0099176710001868

Bellelli, G., Bruni, A., Malerba, M., Mazzone, A., Alberti, S., Alberto, P., Annoni, G.

(2014). Geriatric multidimensional assesment for elderly patients with acute

respiratory diseases. European Journal of Internal Medicine, 25(4), 304-311.

Geraadpleegd op 10 december 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24698475

Bonne, S., Schuerer, D. (2013). Trauma in the Older Adult: Epidemiology and Evolving

Geriatric Trauma Principles. Clinics in Geriatric Medicine, 29(1), 137-150.

Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/23177604

Brooks, S., Peetz, A. (2017). Evidence – Based Care of Geriatric Trauma Patients.

Surgical Clinics of North America, 97(5), 1157-1174. Geraadpleegd op 13

november 2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28958363

Page 53: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

51

Burton, J., Young, J., Bernier, C. (2014). The Geriatric ED: Structure, Patient Care, and

Considerations for the Emergency Departement Geriatric Unit. International Journal

of Gerontology, 8(2), 56-59. Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S1873959814000301

Caterino, J., Brown, N., Hamilton, M., Ischwan, B., Khaliqdina, S., Evias, D.,(…), Shah,

M., (2016). Effect of geriatric specific trauma triage criteria on outcomes in injured

older adults, a statewide retrospective cohort study. Journal of the American

Geriatrics Society, 64(10), 1944 – 1951. Geraadpleegd op 3 februari 2018, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27696350

Çevik, Y., Özgür Dogan, N., Das, M., Karakayali, O, Delice, O., Kavalci, C. (2013).

Evaluation of the geriatric patients with trauma scores after motor vehicle trauma.

The American Journal of Emergency Medicine, 31(10), 1453-1456. Geraadpleegd

op 13 november 2017, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0735675713004683

Cross, K., Cicero, M. (2013). Head-to-Head Comparison of Disaster Triage Methods in

Pediatric, Adult, and Geriatric Patients. Annals of Emergency Medicine, 61(6), 668–

676.Geraadpleegd op 15 december 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/23465555

Cox, S., Morrison, C., Cameron, P. Smith, K. (2014). Adviacing age and trauma: Triage

destination compliance and mortality in Victoria, Australia. International Journal of

Care of the Injured, 45, 1312 -1319. Geraadpleegd op 13 maart 2018 via,

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24630836

DeLa’O, C., Kashuk, J., Rodriguez, A., Zipf, J., Dumire, R. (2014). The Geriatric Trauma

Institute: reducing the increasing burden of senior trauma care. The American

Journal of Surgery, 208(6), 993-994. Geraadpleegd op 3 februari 2018, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/25440484

Deschodt, M., Claes, V., Van Grootven, B., Milsen, K., Boland, B., Flamaing, J., Denis,

A., (…), Van Den Heede, K. (2015). Synthese, Globale Geriatrische Benadering: rol

van de Interne Geriatrische Liason Teams. Geraadpleegd op 28 januari 2018, via

https://kce.fgov.be/sites/default/files/atoms/files/KCE_245As_Globale_geriatrisch

_bendering_Synthese.pdf

de Jonge, J., (1997). Gezondheidskunde. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.

Dewitte, D. (2018, november 13). Kijk hier hoe snel het Westen - en vooral Europa

vergrijst. Geraadpleegd op 31 januari 2018, via express live:

https://nl.express.live/2017/11/13/vergrijzing-europa-amerika/

Erasmus MC. (z.d.). Traumaregistratie. Geraadpleegd op 14 mei 2018, van

https://www.erasmusmc.nl/tczwn/traumacentrum/registratie/

Eurostat. (2014). Healthy life years statistics. Geraadpleegd op 14 mei 2018, via

http://ec.europa.eu/eurostat/statisticsexplained/index.php?title

=Healthy_life_years_statistics

Page 54: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

52

ESI triage research team (2004). Appendix B. ESI Triage Algorhitm, V. 4.

Geraadpleegd op 01 mei 2018, via https://www.esitriage.com/esi-algorithm

Expertisecentrum Val- en fractuurpreventie Vlaanderen (2009 – 2018). Cijfers en

feiten. Geraadpleegd op 14 mei 2018 via,

http://www.valpreventie.be/algemeen/Cijfersenfeiten.aspx

Federaal kenniscentrum voor de gezondheidszorg. (2017). Naar een geïntegreerd

systeem voor de behandeling van ernstige trauma's (KCE Report 281As).

Geraadpleegd op 14 mei 2018, via

https://kce.fgov.be/sites/default/files/atoms/files/KCE_281A_Ernstige_Traumas_sy

nthese_2.pdf

FOD Economie. (2017). Levensverwachting stijgt naar 84 jaar voor vrouwen en 79 jaar

voor mannen in 2016. Brussel: Belgische federale overheid.

Grosmaitre, P., Le Vavasseur, O., Yachouh, E., Courtial, Y., Jacob, X., Meyran, S.,

Lantelme P. (2013). Significance of atypical symptoms for the diagnosis and

management of myocardial infarction in elderly patients admitted to emergency

departments. Archives of Cardiovascular Diseases, 106(11), 586-592.

Geraadpleegd op 10 december 2017, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S1875213613003033

Grossmann, F., Zumbrunn, T., Frauchiger, A., Delport, K., Bingisser, R., Nickel, C.

(2012). At Risk of Undertriage? Testing the Performance and Accuracy of the

Emergency Severity Index in Older Emergency Department Patients. Annals of

Emergency Medicine, 60(3), 317-325. Geraadpleegd op 15 december 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22401951

Han, J., Vasilevskis, E., Chandrasekbar, R., Liu, X., Schnelle, J., Dittus, R., Ely E.,

(2017). Delirium in the Emergency Department and Its Extension into

Hospitalization (DELINEATE) Study: Effect on 6-month Function an cognition.

Journal of the American Geriatrics Society, 65(6), 1333-1338. Geraadpleegd op 10

december 2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28263444

Hinson, J., Martinez, D., Schmitz, P., Toerper, M., Radu, D., Scheulen, J., (…) , Levin

S.(2018). Accuracy of emergency department triage using the Emergency Severity

Index and independent predictors of under-triage and over-triage in Brasil: a

retrospective cohort analysis. International Journal of Emergency Medicine, 11(3),

1-10. Geraadpleegd op 6 maart 2018, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29335793

Hwang, U., Morrison, R. (2007). The Geriatric Emergency Department. Journal of the

American Geriatrics Society, 55(11), 1873-1876. Geraadpleegd op 13 november

2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/17916122

Hyer, L (2013). Treatment of older adults: a holistic approach. Geraadpleegd op 13 mei

2018, via http://www.springerpub.com/w/psychology/treatment-of-older-adults-a-

holistic-approach/

Page 55: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

53

Ischwan, B., Darbha, S., Shah, M., Thompson, L., Evias, D., Boulger, C., Caterino, M.

(2015). Geriatric-Specific Triage Criteria Are More Sensitive Than Standard Adult

Criteria in Identifying Need for Trauma Center Care in Injured Older Adults. Annals

of Emergency Medicine, 65(1), 92-100. Geraadpleegd op 3 februari 2018, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0196064414003321

Jochems, A., Joosten, F. (2009). Zakwoordenboek der Geneeskunde. Amsterdam: Reed

Business Education.

Kahn, J., Magauran, B., Olshaker, J., Shankar, K. (2016) Current Trends in Geriatric

Emergency Medicine. Emergency Medicine Clinics of North America, 34(3), 435-

452. Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27475008

Lagaay, G. (2018). Ouderenzorg: de geriatrische patiënt – kwetsbare oudere.

Geraadpleegd op 31 januari 2018, via InfoNu.nl: https://mens-en-

gezondheid.infonu.nl/ziekten/60810 ouderenzorg-de-geriatrische-patient

kwetsbare-oudere.html

Limpawattana, P., Phungoen, P., Mitsungnern, T., Laosuangkoon, W., Tansangworn, N.

(2015). Atypical presentations of older adults at the emergency department and

associated factors. Archives of Gerontology and Geriatrics, 62, 91-102.

Geraadpleegd op 10 december 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26323650

Maniar, H., McPhillips, K., Torres, D., Wild, J., Suk, M., Horwitz, D. (2015). Clinical

indications of computed tomography (CT) of the head in patients with low-energy

geriatric hip fractures. Injury, 46(11), 2158-2189. Geraadpleegd op 13 november

2017,

via https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0020138315003988

Maxwell, C. (2015). Trauma in the Geriatric Population. Critical Care Nursing Clinics of

North America, 27(2), 183-197. Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/25981722

McCusker, J., Bellavance, F., Cardin, S., Trepanier, S., Verdon, J., en Ardman, O.

(1999). Detection of Older People at Increased Risk of Adverse Health Outcomes

After an Emergency Visit: the ISAR Screening Tool. Journal of the Americans

Geriatrics Society, 47(10), 1229 – 1237. Geraadpleegd op 11 mei 2018, via

https://www.health.belgium.be/sites/default/files/uploads/fields/fpshealth_theme_f

ile/isartext.pdf

National Association of Emergency Medical Technicians & American College of Surgeons

Committee on Trauma (2016). De Nederlandse versie van PHTLS (derde druk).

Bohn Stafleu van Loghum: Houten.

National Institute of Medical Sciences. (2018). Physical Trauma. Geraadpleegd op 1

mei 2018, via

https://www.nigms.nih.gov/education/Documents/PhysicalTrauma.pdf

Page 56: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

54

Nutte, H., Pauwels, J., Lippens, F. (2016). Wanneer zorg niet planbaar is.

Toekomstvisie op de dringende geneeskundige hulpverlening en de spoeddiensten.

Brussel: Zorgnet-Icuro.

O’Neill, J., Jeremitsky, E. (2011). The Geriatric Trauma patient. In J. Wiley (red.),

Challenging and Emerging Conditions in Emergency Medicine. (pp. 228-250)

Hoboken: Blackwell Publishing.

Pacolet, J., Deliège, D., Artoisenet, C., Cattaert, G., Coudron, V., Leroy, X., (…), Swine,

C. (2007). Vergrijzing, gezondheidszorg en ouderenzorg in België. Brussel: FOD

sociale zekerheid.

Peters, M. (2009). The Older Adult in the Emergency Department: Aging and Atypical

Illness Presentation. Journal of Emergency Nursing, 36, 29-34. Geraadpleegd op 10

december 2017, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20109775

Platts-Mills, T., Evias, C., Brice, J. (2016). Prehospital Triage of Injured Older Adults:

Thinking Slow Inside the Golden Hour. Journal of the American Geriatrics Society,

64, 1941-1943. Geraadpleegd op 15 december 2017, via

https://onlinelibrary.wiley.com/doi/pdf/10.1111/jgs.14405

Reske-Nielsen, C. Medzon, R. (2016). Geriatric Trauma. Emergency Medicine Clinics of

North America, 34(3), 483-500. Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0733862716300190

RIZIV. (2014). Polyfarmacie bij ouderen. Geraadpleegd op 13 mei 2018, van

http://www.riziv.fgov.be/SiteCollectionDocuments/infospot-2014-01-nl.pdf

Steinmiller, J., Routasalo, P., Suominen, T. (2013). Older people in the emergency

department: a literature review. International Journal of Older People Nursing,

10(4), 284-305. Geraadpleegd op 13 november 2017, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26183883

Stichting Farmaceutische Kengetallen. (z.d.). Begrippenlijst. Geraadpleegd op 14 mei

2018, via https://www.sfk.nl/helpdesk/sfk-begrippenlijst#ATC

Strom, C., Mollerup, T., kromberg, L., Rasmussen, L. Schmidt, T. (2017).

Hospitalisation in an emergency department short-stay unit compared to an

internal medicine department associated with fewer complications in older patients

– an observational study. Scandinavian Journal of Trauma, Resuscitation and

Emergency Medicine, 25, 80-89. Geraadpleegd op 29 januari 2018, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28810888

Thoma, B., (2014). ISAR questionnaire. Geraadpleegd op 01 mei 2018, via

https://canadiem.org/approach-to-geriatric-patients/isar-questionnaire/.

UZ Leuven (2015). Nieuw zorgmodel voor ouderen op spoed URGENT-project speelt in

op vergrijzing. InfuUZ, november(2015), 6-7. Geraadpleegd op 14 mei 2018 via

http://innovage.be/sites/default/files/Pages%20URGENT%20from%20221_INFUUZ

_januari_v3.pdf

Page 57: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

55

UZ Leuven. (2017). Voorkamerfibrillatie (VKF) informatie voor patiënten. Geraadpleegd

op 15 mei, via

https://www.uzleuven.be/sites/default/files/voorkamerfibrillatie_VKF.pdf

van Bommel, J. (2014). Richmond Agitatie en Sedatie Schaal. Geraadpleegd op 10 mei

2018, via https://icv-erasmusmc.nl/protocol/sedatie/

van Veen, M., Steyerberg, E., van ’t Klooster, M., Ruige, M., Meurs, A., van der Lei, J.,

Moll, H. (2012). The Manchester triage system: improvements for paediatric

emergency care. Geraadpleegd op 14 mei 2018, via

http://emj.bmj.com/content/29/8/654

Vander Meeren, P. (2014). De oudere: een raamwerk voor verpleegkundigen, boekdeel

2. Gent: Academia Press.

Van Oostrom, S., Picavet, S., via Gelder, B., Lemmens, L., Hoeymans, N., Verheij, R.,

(…), Baan, C. (2011). Multimorbiditeit en comorbiditeit in de Nederlandse bevolking

– gegevens via huisartsenpraktijken. Geraadpleegd op 15 april 2018, via

https://www.ntvg.nl/system/files/publications/a3193.pdf

Verstraete, A. (2016, 15 juni). België telt ruim 3,5 miljoen gepensioneerden in 2050.

Geraadpleegd op 29 januari 2018, via,

http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.2684189#

Vicente, V., Svensson, L., Sundström, B., Sjöstrand, F., Castren, M. (2014).

Randomized Controlled Trial of a Prehospital Decision System by Emergency

Medical Services to Ensure Optimal Treatment for Older Adults in Sweden. Journal

of the American Geriatrics Society, 62(7), 1281-1287. Geraadpleegd op 6 maart

2018, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24916953

Wilmer, A., Hermans, G., Meersseman, W., Van Brabant, P., Meersseman, P., Wouters,

J., Van Wijngaerden, E. (2016). Praktisch Handboek voor Medische Intensieve

Zorgen. Leuven: Acco.

Yao, J., Fang, J., Lou, Q., Anderson, R. (2015). A systematic review of the identification

of seniors at risk (ISAR) tool for the prediction of adverse outcome in elderly

patients seen in the emergency department. International Journal of Clinical and

Expiremental Medicine, 8(4), 4778-4786. Geraadpleegd op 6 maart 2018, via

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4483958/

Zeckey,C., Kammerlander, C. (2017). Whats new in emergencies trauma and shock?

Age and Trauma: Geriatric trauma patients and geriatric trauma ward services.

Journal of Emergencies, Trauma, and Shock, 10(3), 89-90. Geraadpleegd op 30

januari 2018, via https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5566037/

Zorginstituut Nederland. (2018). Farmacologie. Geraadpleegd op 15 april 2018, via

https://www.farmacotherapeutischkompas.nl/farmacologie/ouderen

Page 58: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

56

11. Bijlagen

Bijlage 1: Resultatentabel

Auteur

/ond

ondertr

iage

TC*: ↘

mortali

teit en

morbid

iteit

TC:

koste

lijk

en

geen

versc

hil

Enkel

prehosp

itale

triage

van de

GTP

besprok

en

Bijscho

ling

voor

correct

e

triage

GTP**

heeft

aangepast

e

triagesyst

emen

nodig

Inhospi

tale

triage

van de

GTP

Vitale

parame

ters

afwijke

nd

Kleine

verande

ring

parame

ters

grote

gevolge

n

Medicatieg

ebruik

beïnvloedt

klinische

presentatie

Afwijke

nde

pijnbele

ving

Aköz,

Isik,

Sahin &

Emet

(2012)

X X X

Bonne &

Schuere

r (2013)

X X X X X X X X

Brooks

& Peetz

(2017)

X X X X X X

Caterino

et al.

(2016)

X X X X

Çevik et

al.

(2013)

X X X X X

Page 59: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

57

Cox,

Morrison

,

Camero

n &

Smith

(2014)

X X X X

Dela’O,

Kashuk,

Rodrigu

ez, Zipf

&Dumire

(2014)

X X X X

Grossma

n et al.

(2012)

X X X X

Ischwan

et al.

(2015)

X X X X X

Kahn,

Magaura

n,

Olshaker

,

Shankar

(2016)

X X X X X

Maxwell

(2015)

X X X X X

O’Neill

J.M. &

Jeremits

ky E.

X X X X X X

Page 60: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

58

(2011)

Platts-

Mills,

Evans,

Brice

(2016)

X X X X

Reske-

Nielsen

&

Medzon

X X X X X X X X

Page 61: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

59

Bijlage 2: Literatuurtabel

1. Algemeen

Studie Design Populatie n Interventie Outcome

Baumbusch, J. &

Shaw, M. (2011)

Exploratory study,

semigestructureerde

interviews

Geriatrische patiënten

(> 65 j) op

spoedgevallen

Geriatric Emergency Nurse

(GEN) programme:

- Het kaderen van de

GEN rol

- Onderzoeken hoe een

GEN werkt binnen

spoedgevallen en

connecties legt met

andere

diensten/kanalen

- Strategieën aangeven

voor het verder

implementeren van de

GEN rol

In dit onderzoek wordt er

gekeken naar de rol van een

GEN vijf jaar na

implementatie. Belangrijke

bevindingen zijn dat er

steeds meer en meer nood is

aan aangepaste benadering

voor geriatrische patiënten

op spoedgevallen. Het grote

nadeel van de GEN is dat de

informatie geisoleerd

geraakt. Gestandaardiseerd

interdisciplinair

samenwerken zal dus zeker

nodig zijn. Ook dient er meer

aandacht gegeven te worden

aan deze problematiek in de

opleiding van

verpleegkundigen.

Steinmiller, J.,

Routasalo, P. &

Suominen, T. (2014)

Systematic review Patiënten ouder dan

65 jaar op

spoedgevallen

25 studies

(2002-2012)

Reden van opname of

heropname op spoedgevallen

Redenen van opname

waren: cardiovasculair,

psychologisch,

musculoskeletaal,

abdominaal, reacties op

medicatie, dermatologisch,

neurologisch, respiratoir,

slechte algemene gezondheid

Page 62: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

60

en ongevallen.

Percentages verschillen

tussen de artikels.

Ontslag wordt beïnvloed

door: onopgeloste

problemen, risico

identificatie, nazorg

instructies, voorgeschreven

medicatie en het type van

woning van de patiënt.

Factoren voor heropname:

sociodemografisch, sociaal,

gezondheidsproblemen, nood

aan regelmatige

gezondheidscontrole en

ontoereikendheid van zorg.

De gegeven informatie is

vaak onduidelijk voor oudere

mensen.

Burton, J., Young, J. &

Bernier, C. (2014)

Systematic review Geriatrische patiënten

(>70 j) op

spoedgevallen

/ Wat er beter kan op

spoedgevallen bij de opname

van geriatrische patiënten

(>70)

De afdeling spoedgevallen is

geen optimale afdeling voor

ouderen zowel de omgeving

als het materiaal als het

personeel is niet aangepast

om correcte zorg te verlenen.

Een gespecialiseerd

geriatrisch team kan een

groot verschil maken. Naast

de normale anamnese

(ABCDE) is het belangrijk bij

hen ook een anamnese uit te

voeren die rekening houdt

met de atypische presentatie

Page 63: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

61

van symptomen. Hier hoort

ook een neurocognitieve

screening bij zodat delirium,

dementie en depressie tijdig

ontdekt kunnen worden

Carpenter et al.

(2014)

Introductie

richtlijnen

Geriatrische populatie Introductie en toelichting tot de

richtlijnen opgesteld in 2011

Het doel is het optimaliseren

van de zorg voor ouderen op

spoedgevallen door middel

van 40 specifieke

aanbevelingen in zes

categorieën: personeel,

overgang van zorg, opleiding,

verbetering van kwaliteit,

benodigdheden en beleid,

procedures en protocollen.

Deze richtlijnen zijn een

aanbeveling en

moeten/kunnen aangepast

worden aan iedere

spoedgevallen op basis van

de behoefte van de patiënt en

de middelen. Deze richtlijnen

zijn niet beschikbaar via

internet.

Hwang, U. &

Morrison, S. (2007)

/ Geriatrische patiënten

(>65 j) op

spoedgevallen

/ Suggestie tot verandering van

de spoedgevallenzorg voor

ouderen.

De inrichting en zorg van

spoedgevallen is niet

aangepast aan de zorg die

ouderen nodig hebben. Snelle

triage en diagnose is bij deze

patiënten niet altijd mogelijk.

Er zijn een heel aantal fysieke

elementen (geluidsisolerende

gordijnen, antislip matten,

Page 64: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

62

grote klokken, ramen,…) die

de opname op spoed

aangenamer en minder

verwarrend kunnen maken.

Multidisciplinair overleg kan

ook zorgen voor een betere

opvolging en een vlot ontslag.

Er bestaat reeds een apart

eenheid voor kinderen en

psychiatrische patiënten

waarom dan niet voor

ouderen?

2. Trauma

Studie Design Populatie n Interventie Outcome

Bonne, S. &

Schuerer, D.(2013)

Systematische

review

Geriatrische

traumapatiënten

(65+)

66 artikels:

- Artikels over

verschillende soorten

trauma

- Artikels over hoe men

geriatrische patiënten

anders moet benaderen

- Artikels over de invloed

van leeftijd op bepaalde

handelingen/letsels

- Specifieke artikelen

over mogelijke

risicofactoren bij

geriatrische patiënten

Artikels zoeken om zo

evidence-based

aanbevelingen te kunnen

geven vanuit de literatuur

over hoe om te gaan met

geriatrische traumapatiënten

en waar men aandacht voor

moet zijn deze populatie.

Men moet rekening houden

met de verschillen tussen

de geriatrische populatie en

jongere populatie bij

benadering (andere

evaluatie en triage) en

opstelling van behandeling.

Er zijn duidelijk

risicofactoren aanwezig bij

geriatrische patiënten die

tot een hogere mortaliteit

en morbiditeit leiden.

Naast onderliggende

risicofactoren speelt ook

polyfarmacie een rol.

Page 65: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

63

Er zijn fysiologische en

functionele verschillen

tussen jongere patiënten en

geriatrische patiënten waar

men aandachtig voor moet

zijn.

Kahn, J., Magauran,

B., Olshaker, J. &

Shankar, (2016)

Systematische

review

Geriatrische

patiënten op Spoed

(65+)

74 artikels:

- Artikels over de

statistieken van een

Spoedgevallendienst

- Artikels over screening

tools.

- Artikels over opname

van geriatrische

patiënten op een

spoedgevallendienst.

- Artikels over specifieke

problemen zoals

kwetsbaarheid, delirium,

mobiliteit.

- Artikels over de

risicofactoren voor een

langere

hospitalitatieduur.

Artikels zoeken om de

recente trends rond

geriatrische patiënten in de

spoedgevallenzorg samen te

vatten en evidence based

gaan kijken hoe een

geriatrische patiënt op spoed

best benaderd wordt en wat

de meest voorkomend

oorzaken zijn voor een

bezoek aan de

spoedgevallendienst.

De vergrijzing van de

bevolking zorgt voor meer

uitdagingen en kansen om

de zorg op een

spoedgevallendienst te

verbeteren en meer op

maat te maken.

De geriatrische patiënt is

vaak zieker en hebben vaak

geen of atypische

symptomen.

Het herkennen van

delirium bij geriatrische

patiënten is belangrijk.

Steeds meer geriatrische

patiënten komen naar een

spoedgevallendienst en

worden vaak ernstiger

gescoord; desondanks is er

een trend van ondertriage,

zeker bij traumapatiënten.

Een spoedgevallendienst is

niet op maat gemaakt van

ouderen (felle lichte, veel

lawaai, oncomfortabele

Page 66: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

64

brancards…).

Mogelijke richtlijnen

dienen naast de fysieke

klachten ook te kijken naar

andere resources die nodig

kunnen zijn, het belang van

het gebruik van

screeningtools, het juist

gebruik van blaassondage,

medicatietherapie, correcte

opvolging na een val,

delirium, kwetsbaarheid,

paliatieve zorgen,…

Aköz, A., IŞIK, M.,

ŞAHİN, H. & Emet,

M. (2013)

This was a

prospective,

cross-sectional,

observational,

and single-center

study

Geriatrische

patiënten (65+) en

jongere volwassenen

(18 – 64 jaar)

779 patiënten, 131

geriatrische en 648

volwassenen

Exclusiecriteria:

patiënten die stierven op

de spoedgevallendienst,

patiënten met

brandwonden of

electrocutiewonden,

patiënten met een niet-

acuut letsel en patiënten

onder de 18 jaar.

Patiënten met lichte

verwondingen en

onmiddellijk werden

ontslaan.

Het verschil onderzoeken van

de manier waarop een letsel

zich presenteert bij

geriatrische patiënten in

vergelijking met jongere

patiënten bij

traumaslachtoffers.

Geriatrische patiënten

komen naar de

spoedgevallendienst met

meer noodgevallen,

comorbiditeiten en

atypische symptomen. Vaak

langere hospitalisatie,

andere presentatie van

letsels, meer complicaties,

meer letsels tgv een val.

Meer intracraniële

bloedingen,

femurfracturen/

dislocaties,

fracturen/dislocatie van de

thoracale wervels.

Bij verkeersongelukken

hebben geriatrische

patiënten meer risico op

Page 67: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

65

thoracale letsels,

ribfracturen en

sternumfracturen.

Jongere patiënten

verblijven gemiddeld

langer op een

spoedgevallendienst, meer

letsels ten gevolge van

auto-ongevallen. Meer

acuut abdomen, gastro-

intestinale letsels, pelvis

fractuur/dislocatie.

Besluit → er zijn verschillen

in symptomen en

kenmerken tussen

geriatrische en jongere

traumapatiënten.

Maxwell, C. (2015) Systematic

Review

Geriatrische

traumapatiënten

(65+)

69 artikels

- Artikels over de

geriatrische populatie in

het algemeen

- Artikels over mogelijke

oorzaken van trauma

- Artikels over

traumazorg

- Artikels over verschillen

bij de geriatrische

traumapatiënt, oa in

symptomatologie

Een evidence based

samenvatting van de

literatuur over hoe men een

geriatrische traumapatiënt

moet benaderen en welke

specifieke (risico)factoren

meespelen in de zorg.

Geriatrische

traumapatiënten worden

vaker gehospitaliseerd

Grootste (doods)oorzaak

van trauma is een val (bij

jongere volwassenen zijn

dit verkeersongevallen)

Ouder worden leidt tot

fysiologische

veranderingen waar men

mee moet rekening houden

alsook een achteruitgang

van organen

Page 68: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

66

- Specifieke artikels over

pijnmedicatie, delirium,

oudermis(be)handeling,…

De risico op mortaliteit bij

een letsel stijgt vanaf een

leeftijd van 55 jaar

Men moet niet alleen kijken

naar letsel-gebonden

klachten maar ook naar

medicatiegebruik

(anticoagulantia, bèta-

blokkers, ..), potentiële

complicaties,

kwetsbaarheid, cognitieve

functie mogelijke

malnutritie, risico op

delirium, ...

Een aangepast pijnbeleid is

belangrijk.

-> Aandacht besteden aan

de opvang van een

geriatrische traumapatiënt

is belangrijk en kan leiden

tot evidence-based

richtlijnen die voor een

betere opvang van deze

patiënten kunnen zorgen.

Brooks, S. & Peetz,

A. (2017)

Systematic

Review

Geriatrische

traumapatiënten

(65+)

100 artikels

- Artikels over trauma en

spoedgevallenzorg

- Artikels over specifieke

complicaties in

geriatrische

Een evidence based

samenvatting van

literatuur/mogelijke

evidence based richtlijnen

van hoe men een geriatrische

traumapatiënt op de

spoedgevallen moet

Er is een hogere mortaliteit

en morbiditeit bij

geriatrische

traumapatiënten.

Er zijn verschillende

aandoeningen/factoren

aanwezig bij geriatrische

Page 69: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

67

traumapatiënten en

mogelijke risicofactoren

- Artikels over factoren

die de outcome van

geriatrische

traumapatiënten kunnen

beïnvloeden

- Artikels over een

specifieke benadering

van de geriatrische

patiënt

benaderen en hoe men

specifieke letsels dient de

behandelen.

trauma-patiënten die

leiden tot een slechtere

outcome alsook chronische

ziektes/veranderingen in

de fysiologie.

Er zijn specifieke

risicofactoren aanwezig bij

de geriatrische populatie

die kunnen leiden tot

trauma.

Er zijn belangrijke

veranderingen in de

fysiologie.

Vitale parameters kunnen

een vertekend beeld geven.

Invoeren van trauma-teams

voor geriatrische

traumapatiënt zou een

betere opvolging/outcome

verzekeren.

-> Geriatrische patiënten

moeten op een andere

manier benaderd worden

dan jongere volwassenen

bij trauma.

Page 70: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

68

Reske-Nielsen, C. &

Medzon, R. (2016)

Systematic

review

Geriatrische

traumapatiënten

(65+)

112 artikels

- Artikels over

geriatrische

(trauma)patiënten

Evidence based samenvatting

van de literatuur over de

geriatrische traumapatiënt.

Er is een verschil in

anatomie en fysiologie:

meer risico op intracraniële

bloeding, hartfalen,

fysiologische

veranderingen van de

longen, zwakkere lever en

nieren, fragiele botten en

huid.

Oorzaken letsels: val =

meest voorkomende

oorzaak,

verkeersongevallen (als

autobestuurder en als

zwakke weggebruiker).

Er is vaak ondertriage.

Hogere mortaliteit en hoger

risico op TBI dan jongere

volwassenen.

Bepaalde medicatie die

vaak door de geriatrische

populatie wordt gebruikt

verhoogd het risico op

trauma.

Klinisch onderzoek is niet

altijd even betrouwbaar

owv fysiologische

veranderingen.

Hemodynamische

monitoring is zeer

Page 71: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

69

belangrijk om verborgen

letsels op te sporen.

Oorzaak trauma opsporen

= zeer belangrijk.

-> Geriatrische

traumapatiënten zijn een

unieke populatie die op een

andere manier benaderd

moeten worden.

Aktürk, A., Avci, A.,

Gülen, M., Oguzhan

Ay, M., Içme, F. &

Satar, S. (2013)

Prospective study Geriatrische

patiënten (65+) die

opgenomen zijn op

spoedgevallen owv

trauma

175 patiënten (74

mannen, 101 vrouwen)

De demografische

kenmerken, oorzaken van

trauma, resultaten klinisch

onderzoek, aanwezigheid van

fracturen en outcome van de

geriatrische traumapatiënt

op spoed in een universitair

ziekenhuis bekijken.

De meeste geriatrische

traumapatiënten zijn het

slachtoffer van een val of

een verkeersongeval.

Indien patiënten werden

gehospitaliseerd was dit

meestal op orthopedische

heelkunde en neurologie.

Verouderen leidt tot

veranderingen op het vlak

van mentale activiteit,

perceptie, aandacht,

achteruitgang van

zintuigen, vertraging van

reflexen, spierzwakte, …

Meest voorkomende

oorzaak van een val is

syncope.

-> Geriatrische

traumapatiënten hebben

andere risicofactoren voor

Page 72: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

70

trauma, bij klinisch

onderzoek moet men

rekening houden in de

veranderingen in fysiologie

bij ouderen, bij

hospitalisatie kwamen de

meesten terecht op

orthopedie, over het

algemeen goede outcome.

Aitken, L.,

Burmeister, E.,

Lang, J., Chaboyer,

W. & Richmond, T.

(2010)

Retrospectieve

tweede analyse

Drie groepen van

geriatrische

patiënten. Groep 1:

65-74. Groep 2: 75-

84. Groep 3: >85

6069 patiënten Beschrijving van ernstig

gewonde oudere populatie in

drie groepen.

Karakteristieken, verschillen

en resultaten.

Geriatrische patiënten

kunnen ernstig gewond zijn

en hebben hierbij risico op

een slechte outcome. (Het

artikel beperkt zich tot

traumapatiënten). De duur

van opname in het

ziekenhuis stijgt wanneer

de leeftijd stijgt maar het

aantal operaties, transfers

en opnames op intensieve

zorgen daalt. Het vallen

specifiek is een duidelijke

voorspeller van mortaliteit

en wordt ook geassocieerd

met een hoger ontslag naar

een woon- en zorgcentrum.

Page 73: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

71

3. Aspecifieke presentatie

Studie Design Populatie n Interventie Outcome

Limpawattana, P.,

Phungoen, P.,

Mitsungnern, T.,

Laosuangkoon, W. &

Tansangworn, N.

(2015)

Retrospective

medical record

audit

Patiënten >65 jaar op

de spoedgevallendienst

van een ziekenhuis in

Thailand

633 Atypische symptomen • 28,6% van de patiënten

presenteerde zich met

atypische symptomen

• De afwezigheid van koorts

bij een ziekte waarbij

normaal gezien koorts

ontwikkeld wordt was het

meest voorkomende

atypische symptoom

• Dementie en

gecompliceerde

urineweginfecties waren

de grootste risicofactor

voor het ontstaan van

atypische symptomen

• Vroegtijdige herkenning en

een uitgebreid geriatrisch

assessment zouden de

kwaliteit van zorg voor

patiënten >65 jaar

verbeteren, vooral bij

dementerenden

Bellelli, G., Bruni, A.,

Malerba, M.,

Mazzone, A., Alberti,

S., Alberto, P. &

Annoni, G. (2014)

Case study Patiënt (87 jaar)

opgenomen op de

spoedgevallendienst na

een valincident met

daarbij een delirium en

een pneumonie

1 Gebruik van geriatric

multidimensional assessment

• Delirium kan bij ouderen

een klinische uiting zijn

van infectieuze ziekten

• Het gebruik van de

comprehensive geriatric

assessment (CGA) is de

beste wijze om de oudere

patiënt te benaderen

Page 74: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

72

omdat deze zich focust op

zowel het acute ziek zijn

als op de gehele

complexiteit

• Echter is de CGA

suboptimaal in de actuele

klinische praktijk

• De krachten zullen

gebundeld moeten worden

om protocollen te

ontwikkelen die de

effectiviteit van de

klinische praktijk voor

zwakke geriatrische

patiënten zullen

verbeteren

• Ouderen zijn complexe

patiënten vanwege het

gelijktijdig bestaan van

multi-morbiditeit,

zwakheid en sociale noden

• De CGA is een

multidimensioneel en

interdisciplinair proces

voor het stellen van

diagnosen dat rekening

houdt met de medische,

psychologische en

functionele capaciteiten

met als doel een

gecoördineerd en

geïntegreerd behandelplan

en lange termijn follow up

Page 75: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

73

Han, J., Vasilevkis, E.,

Chandrasekhar, R.,

Lui, X., Schnelle, J.,

Dittus, R. & Ely, W.

(2017)

Prospective

cohort study

Patiënten ≥65 jaar die

worden opgenomen op

de spoedgevallendienst

van een academisch

ziekenhuis

228 Aantal delirante patiënten op

de spoedgevallendienst, de

duur van het delier en de

gevolgen ervan voor de ADL

en cognitie van de patiënten

na 6 maanden

• Delirium is geassocieerd

met een hogere mortaliteit

• Delirium is een vorm van

acute hersenbeschadiging

dat 8 tot 17% van de

geriatrische patiënten op

spoedgevallen treft

• Delirium is geassocieerd

met langdurige

ziekenhuisopname

• Hoe langer het bestaan van

het delirium hoe slechter

de functie en cognitie van

de patiënt na 6 maanden

• Spoedgevallendiensten

moeten routinematig

screenen op delirium

• Delirium wordt geregeld

niet herkend op de

spoedgevallendiensten

Grosmaitre, P., Le

Vavasseur, O.,

Yachouh, E., Courtial,

Y., Jacob, X., Meyran,

S. & Lantelme, P.

(2013)

Retrospective

multicentre study

STEMI patiënten >75

jaar die zijn

opgenomen op 4

verschillende

spoedgevallendiensten

in Lyon

255 Het omschrijven van de

klinische presentatie van

ouderen met een STEMI en

het gevolg ervan voor

management van zorg en de

resultaten

• Vroege reperfusietherapie

bij een STEMI verbeterd de

prognose in termen van

overleving en kwaliteit van

leven, zelfs bij patiënten

>85 jaar

• POB is de meest

voorkomende klacht van

patiënten met een STEMI

waardoor op de

spoedgevallendienst snel

een EKG wordt afgenomen,

echter is deze

Page 76: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

74

voorspellende factor bij

geriatrische patiënten laag

• De prevalentie van de

atypische STEMI zonder

POB neemt toe naarmate

de leeftijd vordert

• Patiënten met atypische

symptomen van een STEMI

hebben meer risico op een

langere wachttijd, een

vertraagde

diagnosestelling, krijgen

minder vaak

reperfusietherapie, blijven

langer opgenomen in het

ziekenhuis en hebben een

verminderde 1 maand

overleving

• Het voorkomen van

atypische symptomen bij

ouderen met een STEMI

wordt geassocieerd met

dementie, functionele

afhankelijkheid en een

verzwakt

communicatievermogen

• Het snel afnemen van een

EKG bij alle ouderen die de

spoedgevallendienst

bezoeken is essentieel, ook

wanneer er geen

cardiovasculaire

symptomen zijn

Page 77: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

75

• STEMI is een veel

voorkomende oorzaak van

verwardheid bij ouderen

Peters, M. (2010)

Case study Older adults op de

spoedgevallendienst

2 Atypische presentatie van

ziekten bij ouderen

• Cardiovasculair:

hypertensie, verminderde

cardiac output,

bradycardie en aritmie,

vergroot risico op

orthostatische hypotensie,

hartfalen

• Neurologisch:

verminderde sensitiviteit

voor medicatie en toxines,

pijnsensatie verminderd,

verminderd vermogen

voor het lokaliseren van

pijn, vergroot risico op

(val) accidenten, geheugen

veranderingen, snelheid

om dingen te verwerken

verminderd

• Renaal: dosissen van

medicaties die primair

renaal worden

uitgescheiden behoeven

aanpassingen, eliminatie

van toxines is beïnvloed

door verminderde renale

functie, dehydratie,

verminderd vermogen om

zich aan te passen op

volume veranderingen,

urineweginfecties

Page 78: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

76

• Homeostase: het lichaam

reageert anders op

homeostatische

veranderingen, groter

risico op hyper- of

hypothermie, verminderde

snelheid (80%) van het

lichaam op de pH waarde

van het bloed te

normaliseren, verminderd

vermogen om te

hyperventileren bij

metabole acidose,

verstoringen in glucose- en

elektrolytwaarden,

neurologische tekenen als

verwardheid en agitatie

zijn vaak belangrijke

tekenen van ziekte

• Kennis van de

spoedgevallenverpleegkun

dige over de onderliggende

fysiologie en te verwachten

veranderingen is

belangrijk

• Anorexie, dyspneu,

verwardheid en vallen

moeten door de

spoedgevallenverpleegkun

dige worden gezien als

‘geriatric red flags’

Page 79: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

77

4. Triage

Studie Design Populatie n Interventie Outcome

Grossmann, F.,

Zumbrunn, T.,

Frauchiger, A.,

Delport, K.,

Bingisser, R. &

Nickel, C. (2012)

Prospective single

centre cohort

study

Patiënten >65 jaar op

de

spoedgevallendienst

519 Triage met The Emergency

Severity Index triage tool

• Ondertriage kwam voor in

132 van de 519 casussen

• Ondertriage kwam vaker

voor dan overtriage (117 vs

15)

• Ondertriage kwam het

meest voor bij patiënten

met onspecifieke klachten

• De grootste oorzaken voor

ondertriage waren het

negeren van hoog risico

situaties en het niet

herkennen van afwijkende

parameters door de triage

verpleegkundige

• Een andere aannemelijke

reden zijn de atypische

symptomen die ouderen

vaak vertonen die een risico

situatie kunnen maskeren

• Comorbiditeiten kunnen het

patroon van presentatie

verstoren

• Als algehele zwakheid wordt

gecombineerd met

afwijkende parameters kan

dit als risicosituatie worden

beschouwd

Page 80: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

78

• Hoge werkdruk kan een

minder nauwkeurige triage

tot gevolg hebben

• Het onderzoek toont aan dat

het gebruik van de ESI tool

risico op ondertriage geeft

bij geriatrische patiënten,

toch wordt geconcludeerd

dat ESI een betrouwbaar en

valide triagesysteem is voor

de oudere patiënt

• Triageverpleegkundigen

moeten zich bewust zijn van

het risico op ondertriage bij

het gebruik van ESI bij de

oudere patiënt

Cross, K. & Cicero,

M. (2013)

Vergelijkend

onderzoek

Trauma patiënten

verdeeld in

verschillende

leeftijdsgroepen: 0-8

jaar, 9-15 jaar, 16-64

jaar en >65 jaar en

verdeeld in

verschillende

traumagroepen:

stomptrauma,

penetrerend trauma

en brandwonden

530,695 Vergelijking tussen de

volgende 6 triagemethoden:

START, FDNY, Care Flight,

GCS, Sacco en Unadjusted

Sacco

• Alle triagemethoden waren

voor de groep van >65 jaar

minder accuraat in

vergelijking tot de andere

leeftijdsgroepen

• Sacco werd als minst

accurate methode

omschreven voor de groep

>65 jaar

• Uit andere studies naar

triagemethoden (eg, field

triage, ESI) bleek ook een

verminderde

nauwkeurigheid van het

triagesysteem bij

geriatrische patiënten

• Chronische ziekten en

Page 81: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

79

comorbiditeit worden

gesuggereerd als

complicerende factor bij het

voorspellen van uitkomsten

van oudere traumapatiënten

• Relatief weinig informatie

over de oudere patiënt

(relevant?)

Vicente, V.,

Svensson, L.,

Sundström, B.,

Sjöstrand, F. &

Castren, M. (2014)

Randomized

controlled trial

‘older adults’ 806 Het evalueren van de

mogelijkheid om

verpleegkundigen

prehospitaal een beslissing

te laten maken of de oudere

patiënt naar een geriatrisch

centrum gaat of

spoedgevallen

• Een oplossing bieden voor

de als maar stijgende

patiënten op spoedgevallen

en de overbevolking

associatie met negatieve

outcome en minder

kwalitatieve zorg

• De wachttijden voor

ouderen beperken

• Uit de studie blijkt dat

verpleegkundigen in staat

zijn de juiste beslissing

prehospitaal te nemen met

behulp van een

ondersteunend systeem

• Relevant? Geen geriatrisch

centrum in België

Platts-Mills, T.,

Evans, C. & Brice, J.

(2016)

analyse ‘elderly adults’ Reden van het niet

verbeteren van de resultaten

na het invoeren van een

protocols / protocol niet

toepassen

• Afwijking door instinct of

eerdere ervaring

• Intuïtie kan faalen bij

ouderen en is moeilijk te

veranderen

• Orale checklisten helpen

maar worden soms ervaren

als een belediging

Page 82: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

80

• Het gehele spoedgevallen

team is verantwoordelijk

voor de beslissing die

genomen wordt

• Een extra moment nemen

om na te denken verandert

intuïtieve beslissingen in

doordachte beslissingen en

kan een oplossing zijn

Baumann, M. &

Strout, T. (2007)

Retrospectieve

analyse

Patiënten ouder dan

65 jaar

1087 Evaluatie van de ESI

(Emergency Severity Index)

triage systeem bij

geriatrische patiënten op

spoedgevallen en de

associatie met

overlevingskans

• ESI in combinatie met

screeningssystemen voor

ouderen zou voor een

compleet assesment kunnen

zorgen voor de oudere

patIënt

• ESI alleen is een goed

systeem voor grote variatie

aan patiëntenpopulaties.

Dus ook voor geriatrische

patIënten

• Aan de hand van ESI kan

ook de verblijfsduur, al dan

niet een opname, de

bronnen die nodig zijn en de

één jaar overleving

voorspellen

Page 83: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

81

4. Recente artikels (september 2017 – januari 2018)

Studie Design Populatie n Interventie Outcome

DeLa’O, C.,

Kashuk, J.,

Rodriguez, A.,

Zipf, J., Dumire,

R.

Retrospectieve analyse Trauma patiënten > 65j 740 Toepassen van het

‘Geriatric Trauma

Institute Protocol’

• Het multidisciplinair protocol zorgt voor een

optimale zorg voor de patiënt en is kosten

effectief

Ischwan, B.,

Darbha, S.,

Shah, M.,

Thompson, L.,

Evans D.,

Boulger, C.,

Caterino, M

(2014)

Retrospectieve studie Trauma patiënten > 70j 33379 Evalueren van de

sensitiviteit van de

Ohio Geriatric Trauma

Criteria

• Een vergrote sensitiviteit bij het identificeren van

geriatrische trauma patiënten die getransporteerd

moeten worden naar een trauma centrum.

Cox, S.,

Morrison, C.,

Cameron, P.

Smith, K.

(2014)

Retrospectieve data

review

Volwassen trauma patiënten 326035 De link onderzoeken

tussen leeftijd en

prehospitaal triage

• Ondanks effectieve triage prehospitaal worden

ouderen minder snel naar een trauma centrum

gebracht dan jongeren. Ze hebben ook meer kans

op een slechte outcome. Verder onderzoek nodig

hoe het trauma systeem geoptimaliseerd kan

worden voor ouderen.

Caterino, J.,

Brown, N.,

Hamilton, M.,

Ischwan, B.,

Khaliqdina, S.,

Evans, D. et al.

(2016)

Retrospectieve cohort

studie

Patiënten >70 j in het Ohio

Trauma register vanaf 2006

34499 Effect van Ohio

guidelines op transport

naar trauma centrum,

mortaliteit en ontslag.

• Geen verbetering bij zware trauma’s op vlak van

mortaliteit.

• Kleine verbetering bij milde trauma patiënten en

iets meer ontslagen.

• Verder onderzoek nodig naar gebruik en

implementatie.

O’Neill J.M. &

Jeremitsky E.

(2011)

Hoofdstuk 12 uit het

boek ‘Challenging and

Emerging conditions in

Geriatric trauma patient / Evaluatie en

management van de

geriatrische patiënt op

• COPD, dementie, obesitas, diabetes,

cardiovasculaire ziekten, polyfarmacy, abuses,

depressie, suïcidaliteit en delirium zijn

Page 84: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

82

Emergency Medicine’ de spoedgevallendienst comorbiditeiten die de beoordeling en evaluatie

van geriatrische patiënten negatief beïnvloeden

• Tekenen van fysieke stress kunnen bij de

geriatrische traumapatiënt afwezig zijn

• Bij de geriatrische traumapatiënt wordt minder

snel een traumateam ingeschakeld ten opzichte

van jongere personen met soortgelijk trauma

• Ondertriage bij patiënten >65 jaar vergroot het

risico op inhospitale mortaliteit, complicaties en

beperkingen

• Bij het ontslag van de spoedgevallendienst is het

belangrijk om de ontslagbestemming te

overwegen en aan te passen naargelang de

situatie van de geriatrische patiënt

• Valincidenten komen veel voor in de geriatrische

populatie. Deze incidenten zijn meestal ernstiger

ten opzichte van valincidenten bij jongere

patiënten en kennen een hogere mortaliteit

• Omdat de geriatrische populatie toeneemt in

grootte zullen ook het aantal valincidenten

toenemen

• Specifieke guidelines voor de spoedgevallenzorg

aan deze populatie zijn noodzakelijk

• Bij de scholing van spoedgevallenpersoneel moet

meer aandacht zijn voor de specifieke

beperkingen en noden van de geriatrische patiënt

Jin-Lan Yao,

Juan Fang,

Qing-Qing Lou,

R.M. Anderson

(2015)

Systematic review Elderly patients aged 65 years

or older

10

studies

met in

totaal

8680

participa

Het evalueren van de

validiteit van de ISAR

tool

• de ISAR lijkt nuttig te zijn voor het screenen van

hoog risico geriatrische patiënten op de

spoedgevallendienst

• het voorspellende effect van nadelige

gezondheidseffecten bij geriatrische patiënten die

zijn ontslagen van de spoedgevallendienst was

Page 85: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

83

nten slecht tot redelijk

• Slechts in 3/10 studies werd validiteit

aangetoond. Deze studies zijn allemaal in

Europese landen, waaronder België, uitgevoerd

• Gezondheidssystemen, organisatie van de

spoedgevallendienst en de mogelijkheden tot

thuiszorg in de verschillende landen kan een

verschil in validiteit brengen met betrekking tot

de ISAR. De ISAR moet daardoor worden

aangepast naar deze factoren die verschillend zijn

per land

• Polyfarmacie beïnvloed de betrouwbaarheid van

de ISAR

• De betrouwbaarheid van ISAR kan afnemen

naarmate de leeftijd van de patiënt toeneemt

• Verder onderzoek is noodzakelijk om de validiteit

van de ISAR te verbeteren

American

College of

Emergency

Physicians,

The American

Geriatrics

Society,

Emergency

Nurses

Association,

and the

Society for

Academic

Emergency

Medicine

(2013)

Geriatric emergency

department guidelines

Patiënten > 65 jaar / Het verbeteren van de

zorg voor geriatrische

patiënten op de

spoedgevallendienst

met behulp van

guidelines

• De spoedgevallendienst is uniek gepositioneerd

om een rol te spelen in de verbetering van de zorg

voor geriatrische patiënten

• Geriatrische patiënten zijn verantwoordelijk voor

43% van de ziekenhuisopnames

• De gemiddelde duur van opname op de

spoedgevallendienst is bij geriatrische patiënten

20% langer t.o.v. jongere patiënten

• Guidelines in andere populaties zoals

pediatrische, STROKE, STEMI en trauma patiënten

hebben de zorg op zowel de individuele

spoedgevallendienst als voor het gehele systeem

verbeterd en zorgen voor meer kosten efficiëntie

en betere gezondheidsuitkomsten

• Acute Care of Elder-teams worden aangeraden

• Het succes van de guidelines berusten

Page 86: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

84

voornamelijk op de goede scholing van

spoedgevallenpersoneel met betrekking tot de

zorg voor de geriatrische patiënt, een voorstel van

specifieke onderwerpen die aan bod moeten

komen wordt in de guideline gegeven

• Er wordt een voorstel gegeven voor de inrichting

van de spoedgevallendienst

• Alle geriatrische patiënten moeten gescreend

worden door middel van de ISAR-tool

Hinson, J.,

Martinez, D.,

Schmitz, P.,

Toerper, M.,

Radu, D.,

Scheulen, J.

(2018)

Single-centre

retrospective cohort

study

Alle patiëntenpopulaties

op de spoedgevallendienst

96,071

unique

adult

patient

visits

De accuraatheid van

het ESI triage-systeem

op de

spoedgevallendienst en

risicofactoren voor

onder- en overtriage

• Het ESI triage-systeem is niet sensitief voor de

inschatting van de ernst van de situatie bij de

geriatrische patiënt

• Er is een verband tussen abnormale vitale

parameters en ondertriage

• Het risico op ondertriage neemt toe naargelang de

leeftijd stijgt

• Ondertriage komt het meeste voor bij patiënten

boven een leeftijd van 70 jaar

• Het risico op overtriage neemt af naargelang de

leeftijd stijgt

• Ondanks dat de studie toont dat het ESI systeem

enkele tekortkomingen kent blijft het een populair

triage systeem met veel voordelen

Page 87: De complexiteit van de geriatrische (trauma)patiënt op de … · 2018-06-19 · De zorg voor de geriatrische traumapatiënt op de spoedgevallendienst kent een aantal specifieke noden,

87

Bijlage 3: Vragenlijst praktijkgedeelte

1. Met welk triagesysteem werken jullie?

2. Worden ouderen met hetzelfde triagesysteem getrieerd?

3. Welke protocollen en/of triagesystemen bestaan er voor ouderen?

4. Zijn er bepaalde traumaprotocollen aanwezig?

5. Zijn er ook specifieke triagesystemen of traumaprotocollen voor geriatrische

traumapatiënten?

6. Zijn er specifieke screeningtools voor ouderen?

7. Is er een specifieke (geriatrisch) verpleegkundige aangesteld voor de

geriatrische patiënt?

8. Zijn er bijzonderheden waarmee rekening wordt gehouden bij het triëren

van geriatrische traumapatiënten?

9. Is er een gedeelte op de spoedgevallendienst voorbehouden voor geriatrische

patiënten? Zijn er geriatrische boxen voorzien?