uva-dare (digital academic repository) de heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dabk' van...

35
UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (http://dare.uva.nl) UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van JHWH in het Oude Testament en in het bijzonder in het boek Ezechiël de Vries, P. Link to publication Citation for published version (APA): de Vries, P. (2010). De heerlijkheid van JHWH in het Oude Testament en in het bijzonder in het boek Ezechiël. Uitgeverij Groen. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. Download date: 03 Nov 2020

Upload: others

Post on 09-Aug-2020

0 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (http://dare.uva.nl)

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

De heerlijkheid van JHWH in het Oude Testament en in het bijzonder in het boek Ezechiël

de Vries, P.

Link to publication

Citation for published version (APA):de Vries, P. (2010). De heerlijkheid van JHWH in het Oude Testament en in het bijzonder in het boek Ezechiël.Uitgeverij Groen.

General rightsIt is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s),other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulationsIf you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, statingyour reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Askthe Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam,The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.

Download date: 03 Nov 2020

Page 2: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

401

HOOFDSTUK 5

DE d A bK 'd A bK 'd A bK 'd A bK ' VAN JHWH IN HET BOEK EZECHIËL

IN RELATIE TOT HET

OUDE TESTAMENT ALS GEHEEL

5.1 Inleiding

In dit laatste hoofdstuk wordt het eigen accent van het spreken in Ez. over de dAb K' van JHWH in relatie tot het Oude Testament als geheel getekend. De oogst van de voorafgaande hoofdstukken wordt bij wijze van spreken binnengehaald. We zijn nu in staat het eigene van het spreken van Ez. te typeren. Tegelijkertijd worden de vragen beant-woord die in de inleiding werden gesteld naar aanleiding van het onderzoek naar de dAb K' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het bijzonder met betrekking tot de wijze waarop de dAb K' van JHWH wordt beschreven, noem ik een aantal vragen die in dit laatste hoofdstuk worden beantwoord.

1. of de betekenis ‘zwaar zijn’ van de wortel db k nog een rol speelt, wanneer de dAb K' van JHWH als hypostase moet worden opgevat. Welke betekenis heeft licht in relatie met de opvatting en tekening van de dAb K' van JHWH? Ik noem ook, of wij naast de dAb K' van JHWH, ook Zijn ~ ve als hypostase mogen typeren.

2. Is de zienswijze van Kittel juist dat het priesterlijke spreken over de dAb K' van JHWH op het heden is gericht en het profeti-sche op de toekomst?

3. Hoe is de verhouding tussen het verbond van JHWH met Zijn volk en de dAb K' van JHWH?

Page 3: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

402

4. Welke relatie is er tussen de dAb K' van JHWH en reinheid en dat zowel in ethische als cultische zin? Deze laatste vraag is in het bijzonder in verband met Ez. belangrijk.

5.2 De betekenis en het gebruik van d Ab K'd Ab K'd Ab K'd Ab K' en de wortel db k db k db k db k in

relatie tot JHWH

5.2.1 dAb K' en het perf. en impf. van de nif‘al van db k worden voor-namelijk in sacraal-religieuze context gebruikt

Dit onderzoek heeft aan het licht gebracht dat dAb K' zeker niet uitslui-tend, maar toch wel voornamelijk in direct religieuze context wordt gebruikt. Daarbij is in de meeste gevallen JHWH Zelf de referent. Dit aspect is in de tot dusver verschenen studies te weinig onderstreept. In Ex.-Deut. wordt over dAb K' uitsluitend in religieuze context gesproken, in Ez. geldt dit op één uitzondering na. In relatie met zowel dAb K' in het algemeen als de dAb K' van JHWH is onder de stamformaties van db k in het bijzonder de nif‘al van belang. Als het gaat om het perf. en impf., is in het overgrote deel van de ge-vallen het gebruik sacraal-religieus gekleurd en is JHWH het subject. JHWH bewijst Zich heerlijk/toont Zijn heerlijkheid in Zijn handelen in de geschiedenis. Daarop heeft Westermann al gewezen.1

5.2.2 De frequentie en spreiding van dAb K' en de synoniemen ervan

Naar aflopende volgorde vinden we in het Oude Testament de meeste vermeldingen van dAb K' in Ps., Spr., Jes., de Pentateuch - waarvan de meeste in Ex.-Num. - Ez. en de Kleine Profeten. We dienen te beseffen dat de meeste vermeldingen van dAb K' in Spr. de mens als referent hebben. Laten we die buiten beschouwing dan staan de Kleine Profeten nog vóór Spr. Als het gaat om het percentage van dAb K' ten opzichte van het totale aantal woorden van een bijbelboek, dan staat

1 Vgl. Inleiding, 19v.

Page 4: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

403

Ez. vóór de Pentateuch. De meeste synoniemen van dAb K' vinden we in Ps. gevolgd door Jes.

5.2.3 De referenten van dAb K' en aan wie dAb K' wordt toegeschreven

Van belang is te noteren dat dAb K' noch de synoniemen ervan ooit voor afgoden wordt gebruikt. Hun komt geen dAb K' toe. Dan heeft dAb K' ook de betekenis van ‘eer’. Onjuist is de opvatting van Caspari dat in dAb K ' die betekenis van later datum is. Onder andere Ps. 29 laat duidelijk het tegendeel zien.2 Heel uitdrukkelijk wordt in Jes. gezegd dat JHWH Zijn dAb K' niet aan een ander geeft en Zijn hL'hiT. niet aan beelden (Jes. 42:8; 48:11). Wel lezen we in Ps. 29:8 dat de hemelse wezens aan JHWH dAb K' geven. Ps. scoort niet alleen het hoogst als het gaat om het aantal vermel-dingen, de frequentie en de synoniemen van dAb K', we komen daar ook de meeste variatie tegen in het gebruik ervan. Jes. volgt hierin op Ps. In dit onderzoek gaat het dan in het bijzonder om het gebruik van dAb K' in relatie tot JHWH. Alleen in Ps. zijn er voorbeelden dat dAb K' onmiskenbaar op de schep-ping betrekking heeft. Eventueel kan nog worden gedacht aan Jes. 6:3. Daarnaast wordt er over de dAb K' van JHWH gesproken die zich mani-festeert in de geschiedenis en de voleinding ervan. Vervolgens kan dAb K' op de cultus en heel in het bijzonder op de ark betrekking hebben. De verbinding tussen de ark en dAb K' vinden we buiten Ps. in Sam. De hoge frequentie van dAb K' in Ps. staat dan ook niet los van het overbrengen van de ark naar Jeruzalem zoals dat in Sam. wordt ver-haald. De Psalmen zijn niet in de laatste plaats lofzangen van Sion. Sion kreeg bijzondere betekenis door de aanwezigheid van de ark en van het heiligdom. Opmerkelijk is dat in Ez. de synoniemen van dAb K' wel voor de tem-pel, het land Israël, zijn vorsten, de omliggende volkeren en hun vors-ten worden gebruikt, maar nooit voor JHWH Zelf. De Pentateuch staat

2 Vgl. Inleiding, 6; deel I, hoofdstuk 3, 224v.

Page 5: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

404

hier het dichtst bij Ez. Echter, we vinden in Ex. 15:11 en Deut. 10:21 hL'hiT. met JHWH als referent.3

5.2.4 De betekenis van dA b K' in sacrale contexten

Daar waar dAb K' in een sacrale context wordt gebruikt, heeft het in een niet onbelangrijk aantal vindplaatsen de betekenis van hypostase. De notie van dAb K' als hypostase is in Ps. meer latent dan expliciet aan-wezig is, al kan ook in Ps. over de dAb K' van JHWH worden gesproken als een lichtglans van de Schepper die de gehele wereld verlicht.4 Veel nadrukkelijker is dat het geval in Jes. Meerdere teksten beschrijven de dAb K' van JHWH als een lichtglans met een kennelijk zelfstandig karakter. Binnen de Pentateuch en meer nog in Ez. is de notie van hypostase daarentegen zeer prominent. Wanneer dAb K' op JHWH betrekking heeft, is binnen de Pentateuch en in Ez. alleen in Num. 14:21-22 en in Ez. 39:21 de notie van hypostase afwezig. De wijze waarop in Ez. over dAb K' wordt gesproken, vertoont de meeste overeenstemming met de Pentateuch. Dan geldt we heel nadrukkelijk van het tekstmateriaal uit Ex. 33; tekstmateriaal dat een geheel eigen karakter heeft. Afgezien van Jer. komt in alle bundels profetieën (Jes., Ez., de Kleine Profeten) dAb K' in relatie met de eschatologie voor. Dat geldt ook voor Ps. In de Pentateuch komen we deze notie in Num. 14:21 tegen. Eén van de conclusies die uit dit onderzoek kan worden getrokken is, dat wanneer het gaat om het sacrale gebruik, dAb K' in veel gevallen in een eschatologische context staat. In het slotvisioen van Ez. gaan het spre-ken over dAb K' als hypostase en het gebruik van dAb K' in een escha-tologische context samen.

3 Vgl. deel I, hoofdstuk 1, 54. 4 Kraus, Psalmen 60-150, 886; vgl. deel I, hoofdstuk 3, 230, 236, 239, 242, 245, 247.

Page 6: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

405

5.2.5 De relatie tussen de dAb K' van het heiligdom en Jeruzalem en die van JHWH

Zowel in Ps. als Jes. zien we dat de dAb K' van Jeruzalem met haar tempel en die van JHWH in elkaar overgaan. Indirect geldt dit ook de Pentateuch. Voor de kleding van de priesters wordt expliciet het woord dAb K' gebruikt, terwijl het materiaal waarvan de tabernakel is gemaakt een expressie is van dAb K'. Westermann heeft terecht een cor-rectie aangebracht op Eichrodt in diens zienswijze dat het profetische en priesterlijke spreken over de dAb K' van JHWH moeten worden onderscheiden.5 Dit onderscheid gaat niet op met betrekking tot het eschatologische spreken over de dAb K' van JHWH. Dat geldt in het bijzonder voor Ez. De priesterlijke profeet voorzegt dat de dAb K' van JHWH in een vernieuwde tempel zal wonen.

5.3 De d Ab K'd Ab K'd Ab K'd Ab K' van JHWH manifesteert zich in de schepping en de vernieuwing van de schepping

5.3.1 De dAb K' van JHWH en de schepping

Reeds kwam naar voren dat alleen in Ps. de dAb K' van JHWH expliciet met de schepping wordt verbonden. In Ps. 19 vinden we dan de gods-naam l ae (God). Binnen de schepping weerspiegelen in het bijzonder de hemelen de dAb K' van JHWH. Nooit wordt de schepping zelf in Ps. met dAb K' gelijkgesteld. Wel kan van de hemel gezegd worden dat JHWH Zich daarmee bekleed als zijnde Zijn majesteit en luister. Indirect spreekt ook de Pentateuch over de relatie tussen de dAb K' van JHWH en de schepping. Zoals het heiligdom een afbeelding is van de wereld, is de wereld een afbeelding van het heiligdom en kan zij zelfs zondermeer als heiligdom worden opgevat. In de Pentateuch wordt welbewust een verband gelegd tussen de schepping en de tabernakel.6

5 Vgl. Inleiding, 11v., 20v. 6 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 138v.; James Palmer, ‘Exodus and the Biblical Theology of the Tabernacle’, in Heaven on Earth: The Temple in Biblical Theology, red. T. Desmond Alexander en Simon Gathercole, Carlisle 2004, 15.

Page 7: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

406

Zoals dAb K' en het heiligdom bij elkaar behoren, geldt dat ook voor dAb K' en de schepping. In Ez. representeren de vier dieren of cherubs die de troon van de dAb K' van JHWH dragen, de schepping.7 Zo wordt ook in Ez. indirect een verband gelegd tussen de dAb K' van JHWH en de schepping. In de schepping blijkt niet alleen de dAb K' maar ook de wijsheid (hm'k.x ') van JHWH. Niet alleen in Ps. 104 wordt de relatie tussen dAb K' en hm'k.x' uitdrukkelijk gelegd, we vinden haar ook in Spr. In Spr. 8 en 9 lezen we over vrouwe wijsheid die als metgezel van JHWH bij de schepping aanwezig is. Aan haar wordt heel nadrukkelijk dAb K' toege-schreven.8

5.3.2 De dAb K' van JHWH en licht

De dAb K' van JHWH wordt verbonden met indrukwekkende natuur-verschijnselen zoals het geluid van de golven, van een aardbeving en van onweer. Bij onweer gaat het dan niet alleen en zelfs niet in de eerste plaats om het geluid, maar om het vuur en het licht. Terwijl in meerdere vindplaatsen de dAb K' van JHWH met de hemel wordt ver-bonden, wordt in vrijwel alle teksttradities (Pentateuch, Jes., Ez., Kleine Profeten, Ps., Job) de dAb K' van JHWH met licht en vuur ver-bonden. In de Pentateuch wordt in dat kader melding gemaakt van de wolk die de dAb K' van JHWH omhult. De onder andere door Weinfeld verdedigde zienswijze, dat de etymo-logische betekenis ‘zwaar zijn’ van de wortel db k nog een rol speelt bij de verschijning van de dAb K' van JHWH, vindt geen grond in het tekstmateriaal.9 De nadruk valt op de zichtbaarheid van de dAb K' van JHWH. De dAb K' van JHWH wordt als een glans van vuur en licht opgevat. In meerdere teksten wordt dan direct of indirect een ver-gelijking gemaakt met het opgaan van de zon.

7 Vgl. deel II, hoofdstuk 4, 280v. 8 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 250v. 9 Vgl. Inleiding, 24.

Page 8: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

407

5.3.3 De dAb K' van JHWH en de herschepping

Het is maar de vraag of wij dAb K' in Jes. 6:3 op de schepping mogen betrekken.10 Kenmerkend voor Jes. is dat de eschatologische vernieu-wing van de natuur heel nadrukkelijk met de dAb K' van JHWH wordt verbonden; een vernieuwing die op meerdere plaatsen een transcen-dent-eschatologisch karakter draagt. Dat wil zeggen, dat zij van een zodanige aard is, dat zij niet meer binnen de werkelijkheid in haar hui-dige vorm past.11 Expliciet vinden we deze relatie in andere teksttradities niet verwoord. Wel wordt in Ez. dat verband indirect gelegd. In het slotvisioen van Ez. wordt namelijk de overstelpende en nooit eerder gekende vrucht-baarheid van het land veroorzaakt door de beek die uit de tempel ont-springt en de tempel is de plaats waar de dAb K' van JHWH zijn intrek heeft genomen.

5.4 De d Ab K'd Ab K'd Ab K'd Ab K' van JHWH manifesteert zich in de geschiedenis en de voleinding

5.4.1 De dAb K' van JHWH en de ark

In Sam. is de ark het symbool van de aanwezigheid van JHWH in Zijn dAb K'. De ark werd meegenomen in de strijd. Ook Kon. maakt daar melding van. Verschillende Psalmen waarin over de dAb K' van JHWH wordt gesproken, moeten in het licht van deze praktijk worden ver-staan.12 JHWH strijdt voor Zijn volk. Dat bleek al in de exodus uit Egypte. Dat komt ook tot uiting in de door de profeten voorzegde nieuwe exodus. In Ez. heeft bij de beschreven terugkeer van de dAb K' van JHWH de ark als symbool van de dAb K' van JHWH geen enkele plaats. Dat was bij de tabernakel en bij de tempel van Salomo wel het geval. Dit heeft alles te maken met de nadruk op de volstrekte soevereiniteit van JHWH in Ez.

10 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 166v. 11 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 177, 188. 12 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 156v., 219, 220, 231v., 247.

Page 9: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

408

5.4.2 De dAb K' van JHWH en de koning

In Ez. komt de soevereiniteit van JHWH nog in een ander aspect naar voren. Het opbrengen van de ark naar Jeruzalem was het werk van David. Echter, in het slotvisioen heeft de vorst uit het huis van David slechts een dienende functie in de tempelliturgie. Terwijl in de tweede helft van Jes. de terugkeer van de dAb K' van JHWH is verbonden met het optreden van de Perzische koning Cyrus, wordt in Ez. op geen en-kele manier een relatie gelegd tussen de politiek en het optreden van buitenlandse machten en de terugkeer van de dAb K' van JHWH. JHWH is in Zijn dAb K' soeverein.

5.4.3 De dAb K' van JHWH en de eerste en nieuwe exodus

Zoals de exodus de historische gebeurtenis is waarin de dAb K' van JHWH is gebleken, geldt dat voor de nieuwe exodus als de eschatolo-gische gebeurtenis. Dat de dAb K' van JHWH een eschatologisch karak-ter heeft, blijkt uit de vernieuwing van de natuur, maar ook uit de vol-einding van de geschiedenis; twee zaken die overigens in het Oude Testament altijd met elkaar worden verbonden. Over de nieuwe exodus en het daarmee verbonden herstel van Israël wordt in relatie met de d Ab K' van JHWH zowel in Ps., Jes., Ez. als de Kleine Profeten gesproken.13 Deze nieuwe exodus is een omkering van de ballingschap. De Pentateuch laat ons zien dat overtredingen van het volk tot gevolg hebben dat de verschijning van de dAb K' van JHWH niet een reddend maar richterlijk karakter krijgt. Bij de dAb K ' van JHWH die zich manifesteert rond de nieuwe exodus gaat het om oordeel, restauratie en transformatie. We zien dat in het bijzonder in Jes. en Ez.14 De terugkeer uit de ballingschap wordt gemodelleerd naar de eerste exodus, maar blijkt die ook te overtreffen. In Ez. komt dit in het bijzonder naar voren in het feit dat wordt duidelijk gemaakt dat de

13 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 176v., 211, 241v. en deel II, hoofdstuk 4, 344v. 14 Newman, Glory-Christology, 61v.

Page 10: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

409

dAb K' van JHWH nooit meer zal vertrekken. Een nieuwe ballingschap is uitgesloten.15 In Ez. wordt het gericht van JHWH niet, zoals in de Pentateuch het geval is, met het verschijnen van de dAb K' van JHWH verbonden, maar met het vertrek uit de tempel. Zo wordt de ballingschap ingeluid. Zoals in de exodus de dA b K' van JHWH zich manifesteerde en tenslotte als hypostase intrek nam in de tabernakel, zo is de ballingschap een teken van de afwezigheid van de dAb K' van JHWH. In Ez. word duidelijk gemaakt hoe JHWH Zich in de voltrekking van Zijn oordelen over Sidon (Ez. 28:22) en later over Gog (Ez. 39:13) Zichzelf verheerlijkt. Daarmee wordt ook de weg gebaand voor de terugkeer van de dAb K' van JHWH naar een nieuwe tempel. In het kader van beschrijving van de overwinning van JHWH op Gog wordt niet alleen de nif‘al van het werkwoord db k maar ook het zelfstandig naamwoord dAb K' gebruikt, zij het dat het daarbij niet gaat om de dAb K ' van JHWH als hypostase. Zijn dAb K' is hier Zijn machtig handelen dat in de geschiedenis blijkt (Ez. 39:21). Zoals het vertrek van de dAb K' van JHWH de val en verwoesting van Jeruzalem en de tempel inluidde, zo is in Ez. het oordeel van JHWH over de volkeren en in het bijzonder Zijn overwinning van Gog een blijk dat de dAb K' van JHWH bezig is te arriveren. JHWH strijdt voor Israël om Zijn eigen naam te verheerlijken. Uiteindelijk is in het Oude Testament dAb K' niet alleen een hemelse maar vooral ook een eschatologische zaak.16 Tenslotte wordt volgens Num. 14:22, Jes. 6:3, Hab. 2:14 en in Ps. 72:19 de gehele aarde (# r ,a ,) met de dAb K' van JHWH vervuld. Daarbij kunnen we zowel aan d Ab K' in de zin van de machtige daden van JHWH als aan dAb K' als licht-glans en daarmee ook als hypostase denken.17 In Ez. 43:2 lezen dat de dAb K' van JHWH de aarde/het land verlicht. Heel duidelijk gaat het om de dAb K' van JHWH als hypostase. Het is

15 Risa Levitt Kohn, A New Heart and a New Soul: Ezekiel, the Exile and the Torah, JSOTSup 160, Sheffield 2002, 87. 16 Von Rad, do,xa, TDNT, deel 2, 241, 242. 17 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 146, 147, 166v., 207, 244, 245.

Page 11: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

410

niet onmogelijk om hier # r,a, als aarde op te vatten. JHWH is immers voor de profeet de God van de gehele aarde. Gezien het particularis-tisch perspectief van Ezechiël lijkt het echter beter bij # r ,a, aan het land Israël te denken. Zeker is dat de vernieuwing van de natuur zich in Ez. beperkt tot het land Israël, waarbij de Jordaan de oostgrens is. Dat er in het kader van de eschatologische openbaring van de dAb K ' van JHWH wel in Ps. en Jes. maar niet in Ez. hoop is voor de volke-ren, heeft er alles mee te maken. Ook na de val van Gog gaan Israël en de volkeren hun eigen wegen.18 Dat verklaart mede waarom in Ez. meer aandacht is voor vijanden van binnen dan van buiten.19 Het per-spectief van vernieuwing blijft in Ez. zowel geografisch als etnisch nadrukkelijk tot Israël beperkt, zij het dat de vreemdeling wel hele-maal in Israël wordt opgenomen. Daarin is Ez. radicaler dan de Penta-teuch.20 In de radicale heiligheid en gerechtigheid die het slotvisioen van Ez. proclameert, schittert de dAb K' van JHWH.

5.4.4 De dAb K' van JHWH en het verbond van JHWH met Zijn volk

In relatie met de dAb K' van JHWH in de geschiedenis, kan de vraag die in de inleiding naar voren kwam naar aanleiding van de studies van Stein en Struppe, worden beantwoord, namelijk hoe de dAb K' van JHWH zich verhoudt tot het verbond van JHWH met Zijn volk.21 De profeten hebben voorzegd dat ondanks het feit dat Israël het verbond aan de Sinaï heeft overtreden, het volk uit de ballingschap zal weer-keren. Al is het volk ontrouw aan het verbond, JHWH handhaaft desondanks Zijn trouw. In Lev. 26 wordt dan expliciet naar het verbond met de vaderen gewezen (Lev. 26:42, 45). Dat is in Ez. niet het geval. Wel mogen we zeggen dat als in Ez. de terugkeer uit de ballingschap van Israël ter sprake komt - en in het verlengde daarvan de terugkeer van de dAb K' van JHWH in het vizier komt - het verbond evenals bij Jer.

18 Kaufmann, Religion, 446. 19 Renz, Rhetorical Function, 50. 20 Block, Ezekiel 1-24, 47. 21 Vgl. Inleiding, 14, 26.

Page 12: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

411

een vernieuwde gestalte heeft, al wordt in Ez. in dit verband het woord ‘nieuw’ niet expliciet gebruikt. De terugkeer van de dAb K' van JHWH is niet zondermeer te herleiden tot het verbond eenmaal bij de Sinaï gesloten, maar het gaat erboven uit. Dat zien we feitelijk al in de Pentateuch als Mozes na de zonde van het volk met het gouden kalf smeekt om de dAb K' van JHWH te mogen zien. De verhoring van die bede sluit niet aan bij het verbond bij de Sinaï gesloten, maar gaat er boven uit. Ez. maakt ons duidelijk dat JHWH uitsluitend aan Zijn verbond gedenkt omdat Zijn eigen naam Hem ter harte gaat en Hij die wil ver-heerlijken. Daarom en om geen enkele andere reden keert de dAb K' van JHWH terug en neemt zijn intrek in een nieuwe tempel. Het nood-zakelijke berouw wordt door JHWH Zelf bewerkt en is geen voor-waarde die het volk vooraf vervult. Hij is het Die Zijn volk reinigt. JHWH wil niet dat de volkeren zouden menen, dat Hij Die de God van Israël is, overvallen zou zijn door de ondergang van stad en tempel en niet machtig zou zijn Israëls lot te wenden. Op deze wijze heeft Israël namelijk alsnog de naam van JHWH verontreinigd. JHWH wenst ter wille van Zichzelf deze situatie niet te laten voortduren. Tegenover de verontreiniging van de naam van JHWH door Israël staat de verheer-lijking van Zijn naam door JHWH Zelf. Het herstel van Israël is daar-aan ondergeschikt, al is het er wel in begrepen.22

5.5 De d Ab K 'd Ab K 'd Ab K 'd Ab K ' van JHWH neemt vanuit de hemel intrek in het heilig-dom en Jeruzalem als de woonplaats ervan op aarde

5.5.1 De tempel: de woonplaats van de dAb K' van JHWH op aarde

We constateerden reeds dat de dAb K' van JHWH in het bijzonder met de hemel als de woonplaats van JHWH is verbonden. In een theofanie verschijnt JHWH in Zijn dAb K' vanuit de hemel op de aarde.23 In het Oude Testament nemen twee plaatsen een bijzondere plaats in als het

22 Everson, ‘Ezekiel and the Glory of the Lord Tradition’, 163. 23 De visie van Strong (‘Gods Kabôd’, 80) dat JHWH in de hemel troont en dat de aarde het domein is van Zijn dA b K' is mijns inziens niet te handhaven.

Page 13: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

412

gaat om een theofanie. Dat zijn de Sinaï en het heiligdom. Het heilig-dom kreeg in de eerste en later in de tweede tempel in Jeruzalem een vaste plaats.24 Het heiligdom is niet alleen een afbeelding van de gehele schepping, maar kan ook als de hemel op aarde worden gezien. Het heiligdom is niet alleen de plaats waar een theofanie pleegt plaats te vinden, maar de theofanie kreeg daar door de inwoning van de dAb K' van JHWH als het ware ook een permanente gestalte. In de teksten in de Pentateuch is nog niet geheel duidelijk hoe wij ons de inwoning van de dAb K' van JHWH in het heiligdom moeten denken. Is die zondermeer aanwezig of verschijnt de dAb K' van JHWH telkens opnieuw boven het verzoen-deksel? Heel duidelijk is dat de dAb K' van JHWH in Ez. met de troon-wagen uit de tempel vertrekt en later weer op dezelfde wijze in de nieuwe tempel terugkeert.25

5.5.2 De verbinding tussen de dAb K' van JHWH en het heiligdom is niet vanzelfsprekend

In de Pentateuch valt al de nadruk op de mobiliteit van de dAb K' van JHWH door de verbinding met de tabernakel, die zelf een mobiel hei-ligdom was. Bij Ez. is dit accent feitelijk nog sterker. De eerste ver-schijning van de dAb K' van JHWH aan de profeet is niet in de tempel te Jeruzalem en zelfs niet binnen de grenzen van het land Israël, maar aan de rivier Chebar in Babel. In Ez. wordt duidelijk dat JHWH Jeruzalem met haar tempel niet boven Zijn eigen naam stelt. Het meest wezenlijke van JHWH is, zo blijkt in Ez., dat Hij voor Zijn eigen naam opkomt. Daarom wordt Israël door het oordeel getroffen en worden stad en tempel verwoest. Deze verwoesting kon pas plaatsvinden, nadat de dAb K' van JHWH de tempel daadwerkelijk had verlaten. Dat is de verklaring van deze ramp en niet de overmacht van Babel.

24 Kutsko, Between, 77. 25 Jeremias, Theophanie, 121.

Page 14: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

413

5.5.3 De inwoning van de dAb K' van JHWH in het heiligdom en de morele en cultische reinheid van het volk

Een zaak die naar aanleiding van het tot dusver verrichte onderzoek nog nadere beantwoording behoefde, was die van de verhouding tussen de inwoning van de dAb K' van JHWH in het heiligdom enerzijds en de morele reinheid van het volk anderzijds. In Jes. is de dAb K' van JHWH die zich manifesteert in de terugkeer van het volk uit de ballingschap en de herbouw van Jeruzalem gerelateerd aan de verzoening van de zonden. Hoe ligt dit in Ez.? De Pentateuch laat ons zien dat overtredingen van het volk tot gevolg hebben dat de verschijning van de dAb K' van JHWH niet een reddend, maar een richterlijk karakter krijgt. In Ez. leiden de morele over-tredingen tot het vertrek van de dAb K' van JHWH uit de tempel. Het gericht van JHWH is verbonden met de afwezigheid van Zijn dAb K '. Als het gaat om de morele overtredingen die in Ez. in dit kader worden genoemd, is er sprake van een zeer nauwe aansluiting bij de Heiligheidswet.26 In de Heiligheidswet wordt de dA b K' van JHWH niet expliciet genoemd. Wel blijkt uit deze wet hoezeer het wonen van JHWH te midden van Zijn volk met de ethische reinheid van het volk is verbonden. In hs. 1-24 worden de morele overtredingen in cultische termen be-schreven. Dat geldt in hs. 36-37 voor morele vernieuwing. In hs. 40-48 wordt direct na de beschrijving van de terugkeer van de dAb K' van JHWH (43:1-5) naar de morele overtredingen uit het verleden ver-wezen, met de mededeling dat zij nooit meer zullen plaatsvinden (43:7-11). De ordening van de samenleving die in hs. 40-48 wordt be-schreven, is erop gericht herhaling van de in het verleden bedreven overtredingen te voorkomen. De verdeling van het land en de positie van de vorst staan heel nadrukkelijk in dat kader. Alle nadruk valt bij de beschrijving van het tempelcomplex en de dienst die daarin wordt verricht, op de heiligheid van JHWH en de reinheid die in verband daarmee vereist is. Het is de taak van de Zado-kitische priesters deze reinheid te bewaken. Zij moeten het volk het

26 Vgl. deel II, hoofdstuk 4, 303v., 397, 413 en deel II hoofdstuk 4, appendix 3, 493v.

Page 15: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

414

onderscheid tussen het heilige en het onheilige, en het reine en het onreine leren. In het bijzonder worden in dat verband het houden van de inzettingen verbonden met de feestdagen. Verder wordt het heili-gen van de sabbatten genoemd, terwijl ook twistzaken door hen moe-ten worden beslecht (44:23-24). Terwijl in hs. 1-39 morele overtredingen in cultische termen worden beschreven, heeft de in hs. 40-48 beschreven cultische heiligheid en reinheid een ethisch karakter. Terecht heeft dan ook Scobie gesteld dat de dAb K' van JHWH cultische handelingen transcendeert.27

5.5.4 De dAb K' van JHWH in het slotvisioen van Ez.

In het slotvisioen van Ez. worden het heiligdom en de stad gescheiden en krijgt de vorst uit het huis van David een ondergeschikte positie. De dAb K' van JHWH woont wel in het heiligdom maar niet in de stad. Dat is opdat de naam van JHWH niet meer zal worden verontreinigd en de inwoning van de d Ab K' van JHWH in het heiligdom echt perma-nent mag zijn. Het slotvisioen proclameert zowel de soevereiniteit van JHWH als het wonder van Zijn blijvende aanwezigheid in het heilig-dom en te midden van Israël. Het slotvisioen spreekt niet over de dAb K' van JHWH die de gehele aarde vervult, zoals dat elders in het Oude Testament wel het geval is. In die visie wordt de gehele aarde als het ware een tempel. Dat is in Ez. niet het geval. De dAb K' van JHWH die bij de roeping van de profeet aan hem in Babel verscheen, neemt tenslotte permanent zijn intrek in het heiligdom in het midden van het land Israël. Daar en niet elders komt als het ware de hemel op aarde.

27 Vgl. Inleiding, 32.

Page 16: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

415

5.6 De d Ab K'd Ab K'd Ab K'd Ab K' van JHWH manifesteert zich in de cultus, de architec-

tuur en de rijkdom van het heiligdom en van Jeruzalem

5.6.1 De dAb K' van JHWH in de cultus, het heiligdom en Jeruzalem in de teksttradities behalve Ez.

In Ps. is de dAb K' van JHWH niet alleen verbonden met de ark, maar ook met de cultus in het algemeen en met Jeruzalem en het heiligdom. De schoonheid van Jeruzalem met haar tempel wordt geprezen met aan dAb K' verwante woorden. De tabernakel zoals die in de Pentateuch wordt beschreven, is voor een niet onbelangrijk deel vervaardigd uit materialen die typerend zijn voor dAb K' in de zin van rijkdom. Uitdrukkelijk wordt over de dAb K' en tr ,a,p .T i van de priesterlijke kle-ding gesproken (Ex. 28:2, 40). Indirect is er bij de bouw van de taber-nakel ook een verband tussen dAb K', de x;Wr van God en Zijn hm'k.x'. Van Bezaleël en Aholiab, de bouwers van de tabernakel, lezen we namelijk dat zij met de geest van God en met wijsheid waren vervuld (Ex. 31:3, 6; 35:26, 31, 35; 36:1-2). In Jes. en ook in Hag. lezen we dat de volkeren hun dAb K' zullen bren-gen naar de stad en de tempel die na de nieuwe exodus zullen verrij-zen. Zo dragen zij bij tot de dAb K' die de stad en het heiligdom in hun architectuur kenmerken.

5.6.2 De dAb K' van JHWH in de cultus, het nieuwe heiligdom en de nieuwe stad in Ez.

In Ez. hebben de volkeren geen betekenis in positieve zin. Zelfs een ondergeschikte rol ten opzichte van Israël, waarbij zij bij mogen dragen aan de glorie van de tempel, wordt hen niet toebedeeld. In Ez. 1-33 komen meerdere aan dAb K' verwante woorden en uitdrukkingen voor in het bijzonder in relatie met Jeruzalem en de tempel. In Ez. 34-39 is er slechts één woord met vier vermeldingen waarvoor dit geldt, terwijl we in Ez. 40-48 geen enkel woord vinden dat semantische ver-wantschap heeft met dAb K'. Bij de beschrijving van de nieuwe tempel wordt geen melding gemaakt van de materialen die ervoor worden gebruikt. Slechts de lengte- en breedtematen worden opgegeven en in het geval van de

Page 17: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

416

altaren ook de hoogtematen. Evenmin wordt van de priesterkleding een beschrijving gegeven. In de Pentateuch worden zowel als het gaat om de beschrijving van de tabernakel als van de priesterkleding mate-rialen vermeld waarin dAb K' tot uitdrukking komt. Ter typering van de priesterlijke kleding gebruikt de Pentateuch naast tr ,a,p .Ti ook dAb K ' (Ex. 28:2, 40). In dit kader past ook dat in Ez. 40-48 geen beschrijving meer wordt gegeven van de troonwagen en van de dAb K' van JHWH, terwijl dat bij de eerste twee visioenen wel het geval was. In deze eerste twee visioenen worden bij de beschrijving van de troonwagen en de dAb K ' van JHWH meerdere edelstenen genoemd. In het slotvisioen wordt niets afgedaan van de concreetheid van de dAb K' van JHWH maar alle nadruk valt op de wijze waarop door het volk Israël met de dAb K' van JHWH moet worden omgegaan. De permanente aanwezigheid van de dAb K' van JHWH vraagt om volstrekte cultische en morele reinheid.

5.7 De wijze waarop de dAb K'dAb K'dAb K'dAb K' van JHWH wordt beschreven en de betekenis daarvan

5.7.1 De dAb K' van JHWH en de zending van een profeet

Wanneer JHWH verschijnt aan de mens in een theofanie, kan daarbij onder andere het woord dAb K' worden gebruikt. In Ps. en - zij het in mindere mate - in Jes. is daarbij de grens tussen een dichterlijke om-schrijving van dAb K' als een eigenschap van God en dAb K' als hypostase niet altijd scherp te trekken. De roeping van Jesaja, waarbij het voor een roepingsbericht kenmer-kende werkwoord xl v wordt gebruikt, staat in het kader van het zien van de dAb K' van JHWH (Jes. 6:1v.). Die relatie is er ook als het gaat om de bevestiging van de roeping van de profeet in de tweede helft van het boek (Jes. 40:5v.). Datzelfde geldt voor Ez. Heel nadrukkelijk moet in zijn roepingsbericht de dAb K' van JHWH als hypostase worden opgevat. Van Zach. wordt de roeping niet uitvoerig vermeld. Wel zien we in Zach. 2 - ongetwijfeld onder invloed van Ez. - de relatie tussen de zending van de profeet en de dAb K' van JHWH (Zach. 2:12 (8)).

Page 18: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

417

Op grond van deze gegevens kunnen we concluderen dat het ontvan-gen van een theofanie waarin de dAb K' van JHWH werd gezien, één kenmerken van een profeet kon zijn. Jesaja, Ezechiël en Zacharia zijn er voorbeelden van. Ook Mozes, het model van profetie, zag, al was het niet bij zijn roeping, de dAb K' van JHWH.

5.7.2 De dAb K' van JHWH wordt verbonden met meteorologische ver-schijnselen en wel in het bijzonder met lichtverschijnselen

In Ps. en in Jes. kan de dAb K' van JHWH als een lichtglans worden voorgesteld die de aarde verlicht en vervult. Terwijl het feit dat de dAb K' van JHWH kan worden gezien de meeste nadruk ontvangt, wordt in Ps. ook over het geluid (l Aq) van de dAb K' van JHWH gesproken; een geluid dat is verbonden met dat van een vulkaanuitbarsting, maar vooral van het gedruis van wateren en de donder van het onweer. Verbonden met het gegeven dat de dAb K' van JHWH als een lichtglans wordt voorgesteld en met vuur is verbonden, is het feit dat een wolk de dAb K' van JHWH en Zijn troon omhult. We vinden dit in de Penta-teuch, Jes., Ez., Ps. en Job. In Ez. komt de dAb K' van JHWH op Zijn troonwagen in een storm, omringd door een wolk naar de aarde (Ez. 1:4). De komst van de d Ab K' van JHWH wordt in het Oude Testament meestal door gebruikmaking van meteorologische verschijnselen be-schreven. De verschijningen van de dAb K' van JHWH kunnen worden gerelateerd aan theofanieën waar simpelweg over de verschijning van JHWH als zodanig wordt gesproken zonder dat Zijn dAb K' wordt genoemd, zoals Ps. 18 en Hab. 3. Ook daar vinden we de hier genoemde metereo-logische verschijnselen als beschrijvingsvorm. Er wordt wel een onderscheid gemaakt tussen storm- en troontheofanieën. Echter, het roepingsvisioen van Ezechiël kan evenzeer als een stormtheofanie als een troontheofanie worden getypeerd. Opvallend bij het roepings-visioen van Ezechiël is, in onderscheid van andere theofanieën, het statische karakter. Het is een statisch portret van de goddelijke heer-lijkheid en macht van JHWH.

Page 19: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

418

5.7.3 De dAb K' van JHWH als hypostase en de werkwoorden die in verband daarmee worden gebruikt

Onder andere de werkwoorden waarmee de dAb K' van JHWH wordt verbonden, maken duidelijk dat deze meer dan eens substantieel en eventueel materieel moet worden gedacht.28 Daarin onderscheidt zich de dAb K' van JHWH van de ~ ve van JHWH. Daarom moeten we verge-leken met de dAb K' van JHWH meer terughoudendheid betrachten als wij de ~ ve van JHWH een hypostase willen noemen. Van de ~ ve van JHWH wordt in tegenstelling tot Zijn dAb K' nooit gezegd dat die zelf-standig handelt.29 Mettinger en ook Eichrodt hebben dat te weinig ver-disconteerd.30 Vrouwe wijsheid uit Spr. staat op de grens van een dichterlijke perso-nificatie van een eigenschap van JHWH en een hypostase.31 Op een aantal plaatsen in het Oude Testament wordt daarentegen op zo’n wijze over de engel van JHWH gesproken dat deze evenals de dAb K' van JHWH als een representatie van JHWH Zelf moet worden gezien. Dan is de typering van hypostase zondermeer van toepassing. Een werkwoord waarvan het gebruik in relatie met de dAb K' van JHWH duidelijk het substantiële karakter van dAb K' laat zien, is alm. In Num. 14:21; Jes. 6:3; Hab. 2:14 en Ps. 72:19 gaat het dan om de dAb K' van JHWH die als lichtglans de wereld vervult. De overige vermeldingen waarbij dAb K' in combinatie met alm voorkomt, vinden we in de Penta-teuch, Kon., Ez. en Kron. Daarbij gaat het in alle gevallen om de dAb K' van JHWH die het heiligdom vervult.32 De dAb K' van JHWH heeft ken-

28 Wanneer we het woord ‘materieel’ in dit kader gebruiken, rijst de vraag hoe deze materiële werkelijkheid zich verhoudt met de werkelijkheid die in natuurwetenschappelijke termen kan worden gevat. Dat laatste lijkt voor de dA bK' van JHWH niet het geval te zijn. Als we al het woord ‘materieel’ gebruiken, moet worden beseft dat het om een materiële werkelijkheid van een geheel eigen aard gaat. Wellicht is het daarom beter deze werkelijkheid met het woord ‘substantieel’ te typeren. 29 Shiffren, ‘Biblical Hypostases’, 209. 30 Vgl. Inleiding, 21, 22; deel I, hoofdstuk 3, 151v., 248, noot 428. 31 Mara Shiffren (‘Biblical Hypostases’, 214v.) wijst erop dat het mogelijk is vrouwe wijsheid als hypostase te omschrijven, als wij dit begrip niet te nauw definiëren. Het is mogelijk vrouwe wijsheid als een pre-existente entiteit te zien die door JHWH werd gebruikt bij de schepping van de wereld. 32 Vgl. deel I, hoofdstuk 1, appendix 3, 452v.

Page 20: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

419

nelijk een substantieel karakter. Alleen in Ez. vinden we in dat kader een concrete beschrijving van de dAb K' van JHWH. In Ps. 24:7, 9 wordt het werkwoord awb gebruikt in combinatie met JHWH aangeduid als dAb K'h; % l,m,. Concreet gaat het daarbij om de ark als representatie van JHWH.33 Datzelfde werkwoord vinden we verder in combinatie met de d Ab K' van JHWH uitsluitend in Ez. en wel bij de terugkeer naar de tempel (Ez. 43:2, 4). In Ez. 10:4 - en als we uitgaan van een tekstverbetering ook in Ez. 3:12 - wordt over het zich ver-heffen (~ wr) van de dAb K' van JHWH gesproken. In Ez. 9:3 en Ez. 11:13 vinden we dezelfde gedachte, zij het dat het daar wordt ver-woord met behulp van het werkwoord hl [, terwijl we in Ez. 10:18 lezen van het weggaan van de dAb K' van JHWH. Dat over de dAb K' van JHWH gesproken kan worden in combinatie met werkwoorden die een beweging aanduiden, is weer een aanwijzing voor het substantiële karakter van de dAb K' van JHWH. Ook het werkwoord !kv in combina-tie met dAb K' wijst in die richting (Ex. 24:16; Ps. 85:10). Het werkwoord dat het vaakst met de dAb K' van JHWH wordt verbon-den, is har. In de Pentateuch en Ez. komen we deze combinatie het meest tegen.34 Bij het zien van de dAb K' van JHWH kan het gaan om het zien van de grote daden van JHWH waarin Zijn dAb K' tot uiting komt. Echter, veelal wijst het gebruik van har in combinatie met de dAb K' van JHWH erop, dat deze als zodanig zichtbaar is. De dAb K' van JHWH is dan kennelijk meer dan een eigenschap van JHWH.35 De dAb K' van JHWH is aan JHWH gelijk zonder helemaal met Hem samen te vallen.36

33 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 231, 232. 34 Vgl. deel I, hoofdstuk 1, 71, 72. 35 Everson, ‘Ezekiel and the Glory of the Lord Tradition’, 165. 36 In het jodendom van de Tweede Tempel was er ruimte voor de zienswijze van er van hypostasen van JHWH kan worden gesproken. De opkomst van de christelijke kerk leidde ertoe dat de rabbijnen uiterst terughoudend tot afwijzend tegenover deze zienswijze stonden. De targumim weerspiegelen op dit punt een pararabbijnse traditie. De memra heeft evenals de shechina en jeqara het karakter van een hypostase. Het gebruik ervan kan niet alleen worden verklaard als vermijding van anthropomorifisme. Daniel Boyarin, Border Lines: The Partion of Judeao-Christiaqnity, Philadelpha, Pennsylvania, 2004, 89v.

Page 21: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

420

5.7.4 De concrete beschrijving van de dAb K' van JHWH

Als het gaat om een concrete beschrijving of visualisatie, vallen de elementen van licht en vuur bijzonder op. Dat geldt overal in het Oude Testament waar de dAb K' van JHWH wordt beschreven of gevisua-liseerd. In Jes. 60:1 wordt, zoals blijkt uit het gebruik van het werk-woord xr z, de komst van de dAb K' van JHWH met het opgaan van de zon vergeleken. In Ez. 43:2 lezen we dat de dAb K' van JHWH bij de komst ervan naar de tempel, de aarde/het land verlicht (r wa). De beschrijving van de dAb K' van JHWH in Ez. sluit kennelijk aan bij die van Jes. 6. Zelfs wanneer de lezing van de MT in Ez. 3:12 niet juist is, blijft deze typering juist. Gaan we ervan uit dat de MT hier geen verbetering behoeft, dan is de aansluiting zelfs nog nauwer. We kunnen Ez. 1 als een uitbreiding van Jes. 6 beschouwen.37 Evenals Jes. combineert Ez. de beschrijving van roeping met die van de hemelse troon. Jes. is dan in vergelijking met Ez. heel summier. Terwijl in Jes. wordt gesproken over serafs die de troon van JHWH omringen, lezen we in Ez. van dieren of cherubs die Zijn troon dragen. In Jes. 6 ziet Jesaja JHWH in de tempel te Jeruzalem, waarbij de aardse tempel wel in verbinding met de hemelse als eigenlijke woon-plaats van JHWH moet worden gedacht. In Ez. 1:1 lezen we dat de hemelen worden geopend. Dat is een uitspraak die uniek is in de pro-fetische literatuur. Het is waar dat de troonwagen van JHWH vervol-gens van de hemel naar de aarde komt, maar de profeet mag een blik slaan in de hemelse werkelijkheid. Hij beschrijft die werkelijkheid vervolgens nauwkeurig. Hierin is Ez. de bron voor de latere merkava-mystiek.38 In het bijzonder in de Pentateuch en in Ez. vinden we dat de dAb K' van JHWH het karakter heeft van een hypostase. Dat is zowel in de Pentateuch als in Ez. bij vrijwel alle teksten het geval, waarin de dAb K ' van JHWH ter sprake komt. De overeenkomst in de tekening van de dAb K' van JHWH tussen Ez. en de Pentateuch is groter dan die tussen Ez. en Jes.

37 Cook en Patton, ‘Introduction’, 10; Vieweger, Berufungsberichte, 67. 38 Vgl. blz. 422, 423, 432.

Page 22: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

421

In tegenstelling tot Ez. worden in de Pentateuch in het kader van de beschrijving van de dAb K' van JHWH geen cherubs vermeld. Indirect is deze verbinding er wel omdat de dAb K' van JHWH zijn intrek neemt in de tabernakel en daar bevinden zich in het heilige der heiligen boven het verzoendeksel twee cherubs. Afgezien van Ex. 33 vinden we in de Pentateuch geen aanwijzingen hoe wij ons de dA b K' van JHWH con-creet moeten voorstellen. De beschrijving kan feitelijk niet worden ge-visualiseerd. Zij spreekt tot verbeelding, maar het is een verbeelding die niet kan worden gefixeerd.39 In Ex. 33 ligt dit anders. Kennelijk moet de dAb K' van JHWH in zijn concrete vorm als een menselijke gestalte worden voorgesteld. We lezen dat de dAb K' van JHWH voorbijgaat (r b [). Juist hier sluit Ez. aan bij de Pentateuch. Overigens ziet Mozes niet het aangezicht van de dAb K' van JHWH maar slechts zijn achterzijde. Juist bij deze passage uit de Pentateuch sluit de beschrijving aan die in Ez. van de dAb K' van JHWH wordt gegeven, zij het dat de beschrijving in Ez. veel gedetail-leerder en uitvoeriger is en niet slechts de achterzijde betreft. Ezechiël is als een nieuwe Mozes die meer van JHWH ziet dan Mozes of wie ook van de vroegere profeten.40 In Ez. wordt de dAb K' van JHWH als een menselijke persoon voor-gesteld. Dat blijkt in de gegeven beschrijving van die dAb K'. Daarnaast is het gebruik van het werkwoord dm [ in Ez. 3:23 en 10:18 een aan-wijzing in die richting. Ik noem ook dat in Ez. de l Aq die direct met de dAb K' van JHWH wordt verbonden, niet het geluid als zodanig, maar een menselijke stem is. Indirect vinden we dat trouwens ook in Ex. 33-34. In antwoord op de bede van Mozes de dAb K' van JHWH te mogen zien, daalt JHWH neder en roept Hij de betekenis van Zijn Naam uit (Ex. 33:18; 34:5-7). Te denken valt tevens aan het feit dat tot tweemaal toe in de Pentateuch wordt gezegd van JHWH, dat Hij van tussen de cherubs spreekt (Ex. 25:22; Num. 7:89). Er wordt in dat kader weliswaar niet expliciet over de dAb K' van JHWH gesproken, maar

39 Tuell, ‘Divine Presence and Absence’, 113. 40 Schäfer, Origins, 47.

Page 23: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

422

indirect is die relatie er wel vanwege het feit dat de dAb K' van JHWH woont in het heilige der heiligen. In onderscheid met Ex. 33 wordt in Ez. de dAb K' van JHWH Zelf - en ook de troonwagen waarvan de dAb K' van JHWH gebruik maakt - uitvoerig beschreven. Daarbij valt sterk de nadruk op de verbinding tussen de dAb K' van JHWH en licht. Dat blijkt uit de beschrijving van de troonwagen waarvan de dAb K' van JHWH gebruik maakt. Vuur en licht hebben daar een belangrijke plaats, terwijl de dAb K' van JHWH Zelf als een lichtende menselijke gestalte wordt getekend.41 In de beschrijving van de dAb K' van JHWH in Ez. komen zowel de transcendentie als de immanentie van JHWH tot uiting.42 Enerzijds is de dAb K' van JHWH heel in het bijzonder met de hemel verbonden en anderzijds wordt deze dA b K' - juist als het gaat om de dAb K' van JHWH als hypostase - in de tempel gesitueerd. In het bijzonder in Ez. komt naar voren dat de situering van de dAb K' van JHWH in de tempel niets afdoet aan de soevereiniteit van JHWH. De beelden van licht en vuur onderstrepen dat de dAb K' van JHWH feitelijk niet te beschrijven is. De beschrijving die in Ez. wordt ge-geven van de dAb K' van JHWH maakt duidelijk dat hoe meer we zien, des te minder we zien. Hoe uitvoeriger de dAb K' van JHWH wordt be-schreven, des te meer wordt de verborgenheid belicht. Dat neemt echter niet weg dat de beschrijving het concrete, substantiële en waar-neembare karakter van de dAb K' van JHWH onderstreept.

5.8 Het boek Ezechiël en de apocalyptische traditie in het Oude Testament

5.8.1 Apocalyptiek en profetie

Nergens in het Oude Testament worden JHWH en Zijn troon zo uitvoerig beschreven als in Ez.; een beschrijving die verbonden is met het gegeven dat de hemelen voor de profeet werden geopend. De

41 Von Rad, do,xa, TDNT, deel 2, 242. 42 Kutsko, Between, 81.

Page 24: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

423

opening van de hemelen stelde hem in staat om de tempel te beschrij-ven zoals die eenmaal gestalte zou krijgen. Ez. staat hier aan het begin van een ontwikkeling waaraan de naam apocalyptiek is gegeven.43 Het roepingsvisoen van Ez. vormt, zoals al werd aangegeven, het uit-gangspunt van de zogenaamde merkava-mystiek; de mystiek die erop gericht is JHWH op Zijn troon te aanschouwen. Daar waar de apoca-lypticus de troon van JHWH aanschouwt dan wel wenst te aanschou-wen, reiken apocalyptiek en mystiek elkaar de hand.44 Over de vraag wat apocalyptiek is en hoe het ontstond wordt niet een-duidig gedacht. De meest vruchtbare benadering is naar mijn over-tuiging een literaire en inhoudelijke component aan te nemen.45 Uit-gaande van de literaire component is er sprake van apocalyptiek wan-

43 Ezechiël wordt wel de vader van de apocalyptiek genoemd. Vgl. Anderson, Contours, 304; Dürr, Die Stellung des Propheten Ezechiel in der Israelitisch-jüdischen Apokalyptik: Ein Bei-trag zur Erklärung des Buches Ezechiel und zur Israelitischen Religionsgeschichte, Münster 1923, 95, Rendtorff, Theologie, Band 2, 279. 44 In de talmoedische tijd ontstaat binnen het rabbinale jodendom de hechalooth-literatuur. Verbonden met apocalyptiek was de merkava-mystiek er echter reeds ten tijde van de Tweede Tempel. Voor het Nieuwe Testament kan in het bijzonder gewezen worden op Openb. met het troonvisoen in het vierde hoofdstuk. Segal (Paul the Convert, 34v.) plaatst de visioenen die Paulus ontving, in het kader van de merkava-mystiek. 45 Collins, Apocalyptic Imagination, 10; Stephen L. Cook, Prophecy and Apocalypticism: The Postexilic Social Setting, Minneapolis, Minnesota 1995, 21. Rowland (Open Heaven, 14; Christian Origins, 57v.) gaat in zijn omschrijving van apocalyptiek uitsluitend van het eerste element uit. Dat wil zeggen dat hij apocalyptiek alleen als genre benadert. Paul D. Hanson (The Dawn of Apocalyptic: The Historical and Sociological Roots of Jewish Apocalyptic Eschatology, Philadelphia, Pennsylvania), gaat uit van een sociologische benadering. De positie van de priesterklasse die na de ballingschap de macht had, ziet hij weerspiegeld in het overgrote deel van Ez. en in Zach. 1-8. De oorsprong van de apocalyptiek is volgens hem te vinden bij visionaire zieners die in deze zelfde tijd een gemarginaliseerde positie innamen. Hun stem horen wij in Jes. 24-27, Zach. 9-14 en in het bijzonder in Jes. 56-66. Onder andere Childs (Biblical Theology, 183) heeft Hanson bekritiseerd vanwege het hypothetische karakter van zijn veronderstellingen waarbij concrete teksten aan bepaalde groepen worden toegekend en ook nog eens nauwkeurig gedateerd. De ontwikkeling die Hanson voorstelt, doet geen recht aan de aanknopingspunten voor apocalyptiek die in Ez. en Zach. 1-8 zijn te vinden en dat niet alleen als het gaat om apocalyptiek als genre maar ook met betrekking tot de inhoude-lijke kant ervan. Hanson kan geen verklaring geven aan de betekenis die Ez. voor de latere apocalyptiek heeft gehad. Cook (Prophecy and Apocalypticism, 19v.) en Sweeney (Form and Intextuality, 125v.; 237v.) hebben erop gewezen dat de proto-apocalyptische literatuur in het Oude Testament juist uit priesterlijke kring stamt. Zowel Ezechiël als Zacharia kwamen uit een priesterlijk geslacht, terwijl wij dit voor Joël gezien Joël 2:17 kunnen vermoeden. Volgens Levenson (Program, 95) is het verlangen naar een hemelse/nieuwe tempel de voedingsbodem van de apocalyptiek.

Page 25: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

424

neer de ziener in visioenen de hemelen geopend ziet. Bepalend voor apocalyptiek is de overtuiging dat de wil van God kan worden gekend door een wijze van openbaring waarbij de verborgen dingen van God direct worden onthuld. Deze openbaringen hebben of op de hemelen en de troon van JHWH betrekking, of op de loop van de geschiedenis en wel in het bijzonder de afloop ervan. Apocalyptiek is verbonden met profetie in de wetenschap dat JHWH de Heere is van de geschiedenis, en die leidt naar Zijn raad. Als het gaat om apocalyptiek als openbaring van de loop en de afloop van de geschiedenis moeten we apocalyptiek als een uitbloei van de transcen-dente eschatologie zien. In de inleiding zagen we dat Abrahams stelt dat het bij apocalyptiek in tegenstelling tot profetie om een volledige transformatie van de werkelijkheid gaat. Echter, dit onderscheid kan niet zo strak worden gemaakt.46 Transcendente eschatologie komen we in alle delen van Jes. tegen (Jes. 11:6-9; Jes. 24-27; 35; 41:18-20; 60:19-20; 65:20-25), in Jer. (Jer. 4:23-26), in Ez. (Ez. 38-39, 40-48), in Joël en in Zach. De grenzen tussen transcendente eschatologie en proto-apocalyptiek zijn vloeiend.47 In het bijzonder geldt dat voor Jes. 24-27. De escha-tologie krijgt daar nadrukkelijk universele dimensies en is verbonden met de overwinning van JHWH op Zijn vijanden en van het volk Israël. Echter, het motief dat de volkeren in de eindtijd tegen Jeru-zalem ten strijde trekken ontbreekt hier. Zowel de visioenen waarin Ezechiël de dAb K' van JHWH aanschouwt, als Ez. 38-39 kunnen we als proto-apocalyptische teksten beschouwen. Hetzelfde geldt voor de nachtgezichten van Zacharia in Zach. 1:7-6:8; 9-14 en Joël 2:1-11, 3:1-4:21 (2:28-3:21). De nachtgezichten van Zacharia zijn qua genre

46 Vgl. Inleiding, 8. 47 Hanson, Dawn, 10; Newman, Glory-Christology, 60; John N. Oswalt, ‘Recent Studies in Old Testament Apocalyptic’, Baker, The Face of Old Testament Studies: A Survey of Contem-poray Approaches, Grand Rapids, Michigan/Leicester 2005, 369v.; Rowland, Open Heaven, 357. G. von Rad (Wisdom in Israel, Londen/Nashville, Tennessee 1972, 279) ziet apocalyp-tiek in het verlengde van de wijsheidsliteratuur. Gruenwald (Apocalyptic and Merkavah Mysticism, 29) stelt dat zowel de profetische als de wijsheidsliteratuur bijgedragen hebben aan het ontstaan van apocalyptiek. Gezien beider betrokkenheid op de geschiedenis moet de rela-tie tussen profetie en apocalyptiek toch nauwer worden geacht dan die tussen apocalyptiek en de wijsheidsliteratuur.

Page 26: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

425

verbonden met de visioenen van Ezechiël. Wat Ez. 38-39, Joël 2:1-11, 3:1-4:21 en Zach. 9-14 met elkaar verbindt is dat van een massale aan-val van de volkeren op Jeruzalem sprake is.48

5.8.2 Ez. staat op de grens van apocalyptiek en profetie

In Ez. krijgt in vergelijking met het karakter dat de profetie tot dusver had, de verhouding van hemel en aarde een nieuwe dimensie. Terwijl Jesaja JHWH en Zijn dA b K' vanuit de tempel aanschouwde, wordt in Ez. verhaald hoe de profeet ziet dat de hemelen worden geopend, al komt in Ez. de dAb K' van JHWH wel naar de aarde. Bij Ezechiël wijkt het auditieve ten opzichte van het visionaire. Het visionaire krijgt bij hem een eigen plaats en is meer dan alleen een legitimatie van de profetische boodschap zoals dat bij Jesaja het geval is. Bij geen van de aan hem voorafgaande profeten of aan hem contemporaine profeten hebben visioenen een zo grote plaats als bij Ezechiël. De profeet is radicaal op de toekomst gericht. Er is sprake van een radicale breuk met het verleden.49 De tempel die hij in zijn slotvisioen ziet heeft een hemels karakter. De inhoud van het visioen zal welis-waar op aarde werkelijkheid worden, maar die werkelijkheid krijgt wel een paradijselijk karakter.50 De toekomst heeft een karakter dat valt buiten de werkelijkheid zoals wij die nu kennen. In dit alles heeft Ezechiël de apocalyptiek voorbereid. Getallen hebben een belangrijke plaats in Ez.51 Ook daarin kunnen we Ezechiël zien als een wegbereider van de apocalyptiek. Numerologie is één van de typerende elementen voor apocalyptiek. Tenslotte wijs ik op de aanzet tot een engelenleer in Ez. In Ez. 9-10 lezen we van zeven hemelse wezens, namelijk zes verwoesters en een hemelse schrijver, terwijl we in het slotvisoen een tolkengel tegenkomen. In de apocalyptiek vinden we in onderscheid met de klassieke profetie

48 Volgens Dürr (Stellung, 65) is Ezechiël de eerste die het motief van de aanval van de volkeren (Völkersturm) gebruikt. 49 Sacchi, Jewish Apocalyptic, 1791-80. 50 Fishbane, Biblical Interpretation, 370-371. 51 Vgl. deel II, hoofdstuk 4, appendix 1, 490, 491.

Page 27: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

426

reflectie op de bestaande, als gezaghebbend erkende boeken. Ook hier staat Ez. op de grens van profetie en apocalyptiek.52

5.8.3 Proto-apocalyptiek in Zach.

Tussen Zach. en Ez. zijn meerdere verbindingslijnen aan te wijzen, al zijn de nachtgezichten van Zach. in onderscheid met het slotvisioen van Ez. meer op de nabije toekomst gericht.53 Ook in de nachtgezich-ten van Zach. komen wij een tolkengel tegen. In Zach. 2 wordt in ken-nelijke aansluiting bij Ez. over de dAb K' van JHWH gesproken, al wordt in Zach. deze dAb K' niet concreet getekend. Evenals in het slot-visioen van Ez. het geval is, woont JHWH volgens het derde nacht-gezicht van Zach. in Zijn heerlijkheid in het midden van Zijn volk.54 Ook het gebruik van het werkwoord ddm verbindt Zach. 2 met het slotvisioen van Ez. In het eerste nachtgezicht van Zach. wordt gesproken over een Man rijdend op een rood paard en staande in de diepte tussen de mirten (Zach. 1:8). Kennelijk is deze Man de engel van JHWH, Wiens iden-titeit met die van JHWH Zelf overeenkomt (Zach. 1:11-12).55 Er zijn 52 Vgl. deel II, hoofdstuk 4, appendix 1, 483, 484. 53 Wellicht zijn ook de vier vermeldingen van het werkwoord q zx in Zach. 8 (Zach. 8:9, 13, 23 (2x)) een zinspeling op de naam van Ezechiël. Ook de nauwkeurige datering van de profe-tieën verbindt Ez. met Zach. Vgl. deel II, hoofdstuk 4, appendix 2, 492. 54 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 214, 215. 55 De engel van JHWH moet onderscheiden worden van de tolkengel die met de profeet spreekt. S.R. Driver (red.), The Minor Prophets: Nahum, Habakkuk, Zephaniah, Haggai, Zecharíah, Malachi, CBC, New York 1904, 96, 99; C.F. Keil, Biblical Commentary on the Twelve Minor Prophets, translated from the German by the rev. James Martin, herdr. Grand Rapids, Michigan 1976, 229-230; Hanhart, Sacharja, 79; Smith, Micah-Malachi, 189-190. Het is niet onmogelijk dat hl 'cuM . een welbewuste zinspeling is op Ex. 15:4-6. Daar wordt in het kader van het feit dat JHWH Zich verheerlijkt in de exodus gezegd, dat de wagens (tboK.r >m ;) van farao in de diepten (tl {A cm .) zijn gezonken (vgl. Ps. 68:23; Neh. 9:11). Aan Zacharia wordt getoond dat JHWH Zelf Zich daar in de gestalte van Zijn engel bevindt. JHWH identificeert Zich met de situatie van Zijn volk in relatie tot de ballingschap. Dat betekent dat deze situatie niet zo kan blijven; iets wat in de volgende nachtgezichten duidelijk wordt. In het derde nachtgezicht komen we dan in het kader van het herstel van Jeruzalem het woord dA bK' tegen. Evenals na de exodus de dA bK' van JHWH intrek nam in de tabernakel, zal na de herbouw van Jeruzalem JHWH tot dA bK' in het midden van Jeruzalem zijn. In het laatste nachtgezicht lezen we over de tboK.r >m van JHWH die Zijn geest op het land van het noorden doen rusten. Tussen de geest en de dA bK' van JHWH is een nauw verband. In Zach. 10:11

Page 28: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

427

verbindingslijnen te trekken tussen deze Man zowel met de engel-gestalten uit Dan. 10:5-6 en Dan. 12:6-7 en de mensenzoon uit Dan. 7 als met de dAb K' van JHWH in Ez. 1 en 8.56 Echter, in onderscheid met de tekening van de dAb K' van JHWH in Ez. wordt deze Man niet op een wijze beschreven die een overweldigende indruk maakt. In het achtste en laatste nachtgezicht wordt over vier wagens (tAb K'r >m;) gesproken die tussen twee koperen bergen vandaan komen (Zach. 6:1). De wagens herinneren aan de troonwagen van Ez. en de koperen bergen zijn een aanduiding voor de hemelse woning van JHWH.57 De aanduiding van koper sluit aan bij Ez. 1:7. Daar wordt van de voeten van de dieren die de troon dragen, gezegd dat zij glinsterden als koper. De vier geesten of winden (t A x ru) zijn verbonden met de vier wagens (Zach. 6:5). Deze geesten corresponderen met de vier dieren uit Ez. 1 en de vier cherubs uit Ez. 10. In Ez. 1 en 10 komt het woord x;Wr een aantal malen voor (Ez. 1:4, 12, 20 (3x), 21; 10:17), waarbij in Ez. 1:20 en 10:17 over de geest van de dieren (hY"x;h; x;Wr) wordt gesproken. De wagens, getrokken door paarden, doen de geest van JHWH rusten in het noorderland.58 Evenals in Ez. 38-39 wordt daar de vijand geloka-liseerd. Dat behoeft nog niet te betekenen dat de geest hier louter als geest van wraak moet worden gezien. Ook het element van heil is aan-wezig. De geest van JHWH zuivert zowel het kwade uit als dat hij vernieuwt. De onderwerping van de wereldmachten maakt de weg vrij voor de in het noorderland achtergebleven ballingen om terug te keren naar Jeru-zalem, terwijl ook velen uit de volkeren zich bij hen zullen voegen.

komen we het woord tA l W cm . tegen in het kader van een profetie over een nieuwe exodus niet alleen uit Egypte maar ook uit Assur. Daarbij wordt gezegd dat JHWH Zelf door de zee zal gaan en al de diepten (tA l W cm .) van de rivier zal verdrogen. Dit gegeven versterkt de indruk dat wij in Zach. 1:8 een zinspeling op de exodus mogen zien. 56 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 258v. 57 Smith, Micah-Malachi, 213. 58 Van de paarden lezen we in Zach. 6:7 dat zij de aarde doorwandelen.We vinden dan drie maal vormen van de hitpa‘el van $ l h. In Ez. 1:13 wordt over de gedaante van fakkels gespro-ken die wandelt (tk,L ,h;t.m i) tussen de dieren. Er is kennelijk een relatie tussen de fakkels uit Ez. 1:13 en de paarden uit het laatste nachtgezicht van Zach.

Page 29: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

428

(vgl. Zach. 2:15 (11); 8:20-23).59 Ervan uitgaande dat het doen rusten van de geest vooral positief moet worden verstaan, is er ook een relatie tussen Zach. 6:8 en Ez. 39:29. Het doen rusten of uitstorten van de geest van JHWH mag worden verbonden met de inwoning van de dAb K' van JHWH, al zegt de tekst dat niet met zoveel woorden.60 Zach. 9-14 heeft weliswaar een ander karakter dan Zach. 1-8, maar kan het best worden verstaan als een uitbreiding.61 Terwijl de nacht-gezichten qua genre een proto-apocalyptisch karakter hebben, geldt dat voor Zach. 9-14 inhoudelijk. In Zach. 12:10 wordt evenals in Ez. 39:29 over de uitstorting van de geest gesproken als kenmerk van de toekomstige heilstijd. Er wordt echter in onderscheid met de tekst in Ez. geen expliciete relatie met de dAb K' van JHWH gelegd. In het bijzonder in Zach. 14 blijkt aansluiting bij Ez. Evenals het geval is in Zach. 1-8 draagt Zach. 14 een sterk priesterlijk karakter. De beek waarvan sprake is in Zach. 14:8 komt overeen met de stroom uit de tempel in Ez. 47:1-12. Over de dAb K' van JHWH wordt binnen Zach. slechts in Zach. 2 gesproken. Wel lezen we in Zach. 14:9 dat JHWH in de toekomstige heilstijd Koning zal zijn over de gehele aarde. Dan zal JHWH één zijn en Zijn Naam één. De naam en de heerlijkheid van JHWH worden elders in het Oude Testament nauw met elkaar verbon-den. Van de toekomstige heilstijd kan elders in het Oude Testament worden gezegd dat de dA b K' van JHWH dan de aarde zal vervullen. In Zach. 14 wordt de heilstijd getypeerd met de eenheid van de naam van JHWH.

59 P.R. Ackroyd, Exile and Restoration: A Study of Hebrew Thought of the Sixth Century B.C., OTL, Philadelphia, Pennsylvania 1968, 183; Hanhart, Sacharja, 396-3397; Keil, Twelve Minor Prophets, 295; A.S. van der Woude, Zacharia, POT, Nijkerk 1984, 111. 60 Vgl. deel II, hoofdstuk 4, 342. Eibert J.C. Tigchelaar (Prophets of Old and the Day of the End: Zechariah, the Book of Watchers and Apocalyptic, Leiden 1996, 66) wijst erop dat het rusten van de geest correspondeert met de rust van JHWH op de zevende dag van de schep-ping. 61 Cook, Prophecy and Apocalypticism, 145; Sweeney, Form and Intertextuality, 243.

Page 30: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

429

5.8.4 Proto-apocalyptiek in Joël

Joël wordt om inhoudelijke redenen door de meeste oudtestamentici in de postexilische tijd gedateerd.62 In Joël komt het begrip dAb K' niet voor. Wel wordt in Joël 3:1-2 (2:28-29) evenals in Ez. 39:29 over het uitgieten van de geest van JHWH gesproken; een uitgieting die met wondertekenen (~ y tip .Am), bloed, vuur (vae) en rook (!v'[') gepaard gaat. De woorden wondertekenen, vuur en rook behoren allen in de sfeer van dAb K'.63 Evenals in Ez. en Zach. is er in Joël sprake van een fontein die ontspringt uit de tempel en zo het land een paradijselijk karakter geeft. Aannemend dat Joël inderdaad na de ballingschap is ontstaan, is beïnvloeding van Ez. op Joël aannemelijk. Als deze veronderstelling niet juist is, hebben beiden uit een gemeenschappelijke traditie geput.

5.8.5 Dan. 7-12

Dan. 7-12 is het enige als voluit apocalyptisch te karakteriseren boekdeel van het Oude Testament. De invloed van Ez. 1 en 8 op Dan. is reeds ter sprake gekomen.64 Waar moeten de tronen uit Dan. 7:9, bestemd voor de Oude van dagen en de mensenzoon, worden gesitu-eerd? De tekst zelf geeft niet uitdrukkelijk uitsluitsel. Hoogstwaar-schijnlijk moet in het verlengde van Ez. 1 aan de hemel worden ge-dacht. Aannemend dat deze zienswijze juist is, heeft de buitencanonieke apo-calyptische literatuur zich op dit punt bij Dan. 7 aangesloten. In deze literatuur wordt de glorierijke troon, die mede in de kleuren en beelden van Ez. 1 pleegt te worden beschreven, altijd in de hemel

62 Daarnaast wordt gewezen op de verwijzing naar het wenden van de gevangenis van Juda en Jeruzalem in Joël 4:1 (3:1). Edward J. Young (An Introduction to the Old Testament, herziene herdr. Grand Rapids, Michigan 1964, 255-256.) bepleit een pre-exilische datering voor Joël. Als argument noemt hij dat niet de Assyriërs en de Babyloniërs als vijand worden genoemd, maar de Filistijnen, Phoeniciërs (Joël 4:4 (3:4)), Egypte en Edom (Joël 4:19 (3:19)). Young denkt zelf aan een ontstaanstijd in de tijd van koning Joas. Dat betekent dat het boek Joël in dezelfde tijd als Hos. en Amos moet worden gedateerd. De plaats in de Hebreeuwse canon ziet Young als een onderstreping van zijn positie. 63 Vgl. deel I, hoofdstuk 2, appendix 473v.; deel I, hoofdstuk 3, 141v., 153, 154, 169, 172, 184, 214, 233, 234, 262, 263 en deel II, hoofdstuk 4, 276v.. 64 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, 258v..

Page 31: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

430

gesitueerd.65 De apocalyptiek ziet de hemelse wereld als de eigenlijke wereld. Heerlijkheid - een zaak die in het bijzonder met de troon van JHWH wordt verbonden - kenmerkt in de apocalyptiek de uiteinde-lijke toestand in vergelijking met de huidige situatie.66

5.9 dAb K 'dAb K 'dAb K 'dAb K ' en r q 'y >r q 'y >r q 'y >r q 'y > in het buitencanonieke tekstmateriaal van de Dode-Zeerollen67

De Dode-Zeerollen bestaan uit handschriften en fragmenten van zowel de canonieke boeken van het Oude Testament als van buitencanonieke literatuur waarbij in een aantal gevallen de grens vloeiend is. Concreet denk ik aan die handschriften waarin zowel canonieke als buiten-canonieke psalmen voorkomen. De buitencanonieke literatuur bevat zowel geschriften die in diverse groeperingen van het jodendom van de Tweede Tempel werden gewaardeerd - ik noem als voorbeeld 1 Henoch - als geschriften die het eigen standpunt van de sekte van Qumran vertolkte; een sekte die waarschijnlijk het best kan worden getypeerd als een zelfstandige groep binnen de stroming van de Esse-nen. Het is niet altijd eenvoudig om aan te geven welke geschriften uitsluitend binnen de sekte van Qumran werden gewaardeerd. Het is opmerkelijk dat van de gevonden Aramese geschriften er niet één is dat typerend voor de sekte van Qumran kan worden genoemd. Daarnaast kunnen, afgezien van de gevonden Targumim, alle Aramese handschriften tot de categorie ‘parabijbelse literatuur’ worden gere-kend. De Dode-Zeerollen bieden mede inzicht in de ontwikkeling van de Hebreeuwse taal. Zij vormen qua taalfase de brug tussen het Laat Bijbelse Hebreeuws en het Misjna-Hebreeuws. Daarbij moeten we bedenken dat in het bijzonder in liturgische teksten het Bijbelse

65 Vgl. 1 Henoch 14:18-20; 24:3; 25:3; 51:1-3; 61:8; 62:5; 71:5-7; Test. van Benjamin 10:6; Test. van Izak 2:7; Test. van Levi 5:1-2; Test. van Job 33; Apocalypse van Abraham 18:1-13; Exagoge van Ezechiël 6:8-10, 15-19; 7:3-7. 66 John J. Collins, Apocalypticism in the Dead Sea Scrolls, Londen 1997, 130 v.; Hanson, Dawn, 29; Klaus Koch The Rediscovery of Apocalyptic SBT 2/22, Londen 1972, 32. 67 In deel II, hoofdstuk 5, appendix 1 wordt een analyse geboden van dA bK'i en r q'y > in het buitencanonieke tekstmateriaal van de Dode-Zeerollen. Vgl. blz. 500v.

Page 32: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

431

Hebreeuws bewust wordt geïmiteerd. Een deel van de Dode-Zeerollen is geschreven in het Aramees. Het taalgebruik daarvan vormt de brug tussen het Bijbelse Aramees, dat als een vorm van rijks-Aramees moet worden gezien, en het Aramees van de Targumim, Midrasjim en Talmoed. Over de ontwikkeling van het Aramees kunnen we minder zeggen dan over die van het Hebreeuws. Slechts een klein deel van de Dode-Zeerollen is in het Aramees geschreven, terwijl dat voor het Oude Testament alleen maar enkele hoofdstukken en een tweetal losse teksten betreft. Wat in het algemeen voor literatuur geldt, is ook van toepassing op de Dode-Zeerollen. Het taalgebruik weerspiegelt niet alleen de taalfase van het Hebreeuws, respectievelijk Aramees, waarin zij zijn geschre-ven, maar wordt ook bepaald door het inhoudelijke karakter ervan. Het buitencanonieke tekstmateriaal ontstond in een gedachteklimaat dat werd gestempeld door een apocalyptische visie op de werkelijkheid en de geschiedenis. Evenals dat in het Oude Testament het geval is, heeft dAb K' in de Dode-Zeerollen in het bijzonder betrekking op God en goddelijke zaken. De in de Aramese fragmenten voorkomende vermeldingen van r q 'y > heb-ben veelal de betekenis van ‘eer’ en slaan meestal op een mens. Ge-zien de geringe omvang van het Aramese tekstmateriaal is het moei-lijk om daaraan verstrekkende conclusies te verbinden. Terwijl in het Oude Testamant de semantische overlap tussen dAb K' en het Hebreeuwse r q 'y > betrekkelijk gering is, geldt dat niet voor de Dode-Zeerollen en is het niet onmogelijk om voor r q 'y> in een enkel geval de notie van hypostase aan te nemen. Uit het onderzoek van de Dode-Zeerollen valt een aantal zaken af te leiden. De eerste is dat veel meer dan in het Oude Testament het geval is, een relatie is aan te wijzen tussen dAb K' en de hemel. Kenmerkend voor apocalyptische literatuur in het algemeen en ook voor de Dode-Zeerollen is, dat dAb K' in het bijzonder wordt gebruikt om de hemelse werkelijkheid te typeren.68 Terwijl in het Oude Testament er slechts één plaats is, namelijk Ps. 73:24 waar dAb K' mogelijk slaat op de

68 Vgl. blz. 420, 422v.

Page 33: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

432

hemelse heerlijkheid, is dat in de Dode-Zeerollen veel frequenter - zonder dat er van enige twijfel sprake kan zijn - het geval.69 Een volgende constatering is dat het aantal vermeldingen van dAb K' in de buitencanonieke literatuur van de Dode-Zeerollen ongeveer tachtig boven het aantal vermeldingen in het Oude Testament ligt, terwijl de omvang van de Dode-Zeerollen beduidend geringer is dan het Oude Testament.70 De belangrijkste verklaring daarvoor is het feit dat in de Dode-Zeerollen de hemelse werkelijkheid in het bijzonder met dAb K' kan worden getypeerd. Daarbij wordt dAb K' veelal attributief gebruikt. Niet alleen de frequentie van dAb K' als zodanig is veel hoger dan in het Oude Testament maar ook het attributieve gebruik. Een laatste conclusie is dat, hoewel de invloed van Ez. in een aantal geschriften van de Dode-Zeerollen heel duidelijk aanwijsbaar is en wel in het bijzonder in de Liederen van het sabbatsoffer, dAb K' veel minder dan in Ez. de betekenis van hypostase heeft. In de Liederen van het sabbatsoffer en ook in de andere geschriften van de Dode-Zeerollen wordt met dAb K' de hemelse werkelijkheid in al zijn aspecten getypeerd. In de Liederen van het sabbatsoffer wordt niet de dAb K' van JHWH Zelf beschreven maar die van de hemelse tempel en wel heel in het bijzonder Zijn troonwagen. Reeds in het licht van de Liederen van het sabbatsoffer is het daarom begrijpelijk dat de begeerte om de hemelse werkelijkheid te aanschou-wen aangeduid werd als merkava-mystiek. Een belangrijk verschil tussen enerzijds zowel de Liederen van het sabbatsoffer en Ez. als anderzijds de latere merkava-mystiek is, dat in de genoemde liederen de dienst van de engelen als priesters in de hemelse tempel en de lof die zij aan de merkava toebrengen, centraal staan. De merkava wordt slechts genoemd, maar niet beschreven. De opvallendste verschuiving ten opzichte van het Oude Testament is de veel nauwere verbinding tussen dAb K' en de hemelse en eeuwige werkelijkheid. Juist gezien de invloed van Ez. op de Dode-Zeerollen is het opmerkelijk is dat de notie van hypostase minder voorkomt dan in

69 Vgl. deel I, hoofdstuk 3, appendix 2, 480, 481 70 Dat geldt in de LXX ook voor de frequentie van do,xa als de meest gebruikelijke vertaling van dA bK'i.

Page 34: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

433

de MT. We zien in de Dode-Zeerollen nog geen aanzetten tot de vervanging van JHWH door Zijn dAb K' zoals dat in de Targumim het geval is.

5.10 Conclusies

Wanneer wij Ezechiël als profeet van de heerlijkheid van JHWH type-ren, is dat niet uitsluitend op grond van het aantal vermeldingen van dAb K' in Ez. Jes. overtreft op dit punt zowel absoluut als procentueel Ez. De structuur van Jes. wordt echter veel minder dan die van Ez. be-paald door d Ab K'. Dat Ezechiël als profeet van de heerlijkheid van JHWH mag worden getekend, heeft niet alleen met de plaats van de dAb K' van JHWH in zijn profetieën te maken, maar blijkt ook uit het feit dat de nif‘al van db k wordt gebruikt in een profetie die structureel het centrum vormt van Ez., namelijk 28:20-26. Daar lezen we hoe JHWH Zijn heerlijkheid toont in het oordeel over Sidon. Daarmee verbonden is dat JHWH in Israël voor de ogen van de heidenen wordt geheiligd door het terugbrengen van het volk uit de ballingschap. Opvallend is dat in Ez. dAb K' vrijwel uitsluitend voor JHWH wordt gebruikt, terwijl omgekeerd de woorden die de grootste semantische overlap hebben met dAb K' in het geheel niet in Ez. voorkomen (dAh, hL'hiT.) en in ieder geval niet voor JHWH worden gebruikt (r d'h'/ tr ,a,p .Ti).71 Vanaf hs. 33 komen we in Ez. geen tot nauwelijks meer synoniemen van dAb K' tegen, terwijl ze in hs. 40-48 geheel ontbreken. Bij de be-schrijving van het tempelcomplex, de cultus en de nieuwe stad wordt geen enkel synoniem of verwant begrip van dAb K' gebruikt. Evenmin worden materialen genoemd waarin dAb K' tot uiting komt; dit in onder-scheid van de wijze waarop in de Pentateuch over de tabernakel en de priesterdienst wordt gesproken en waarop in Jes. het herstelde Jeru-zalem wordt getekend. Op deze wijze valt in Ez. qua taal alle nadruk op de dAb K' van JHWH als zodanig, zonder dat dit betekent dat er geen

71 Vgl. deel I, hoofdstuk 1, 52v. en deel II, hoofdstuk 4, 376v.

Page 35: UvA-DARE (Digital Academic Repository) De heerlijkheid van ... · onderzoek naar de dAbK' van JHWH dat voorafgaande aan deze studie is gedaan. Naast het eigen accent van Ez., in het

434

relatie is tussen de tekening van het tempelcomplex, de cultus en de nieuwe stad enerzijds en de dAb K' van JHWH anderzijds. Uitvoeriger dan waar ook in het Oude Testament, wordt in Ez. een beschrijving van JHWH en van Zijn dAb K' gegeven. Hoewel hij het on-toereikende van zijn beschrijvingen onderstreept, beklemtoont de pro-feet dat hij datgeme wat hij beschreef, metterdaad zag. We kunnen dan ook zeggen dat in de typering van Ezechiël door Ben Sira (49:8) Iezekihl o]j ei=den o[rasin do,xhj’’ zowel ei=den, o[rasin als do,xhj’’ moeten worden onderstreept.72

72 Vgl. Inleiding, 1, noot 1. Vermoedelijk stond in de Hebreeuwse Vorlage die de vertalers van de LXX gebruikten: ~ y bw r k tbkr m l [ w ha r h r va dw bk ha r m ha r a w h l a q zxy.